Katelijne Damen
Is het een biografie, een sprookje, een tijdsbeeld, een biecht, een vlucht, een experiment? Orlando is van alles wat. Virginia Woolf heeft met deze roman haar meest toegankelijke werk geschreven. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het goed verkocht. Dat kan van haar andere werk niet gezegd worden. Dat zij een uitgever vond is te danken aan haar man Leonard Woolf, een socialistisch politicus. Van oorsprong journalist en bemiddeld richtte hij een uitgeverij op. De boeken van Virginia die Leonard uitgaf vonden aftrek in een kleine kring van Londense intellectuelen waarvan de Blooomsbury Group de kern uitmaakte. In het zog van de faam van de schrijfster en de krankjorume roman vond het Toneelhuis het passend het op de affiche te zetten. Als monoloog. Katelijne Damen zocht haar schaar en lijmpot en fabriceerde een monoloog die ze zelf ook speelt. Dat doet ze voortreffelijk. Jammer dat Guy Cassiers de regie en de vormgeving op zich nam.
Voor Cassiers zijn acteurs zetstukken in een concept waarin het flexibel behang dankzij computercapriolen de hoofdmoot vormt. En de acteurs krijgen in die vondsten een plek waarin nauwelijks plaats is voor bewegingsruimte. Alles is mathematisch afgebakend. De muziek en de belichting staat in functie van de beeldvorming. Dat heeft Cassiers nu al een aantal keren gefikst. Aanvankelijk tot ieders tevredenheid. Alles echter went, en gewenning brengt verveling. Met een monoloog moet je daarenboven extra op je hoede zijn. Eén speler vraagt soberheid en bescheidenheid in alles wat zich buiten de speler en de actie afspeelt. Maar dat weetje is aan Cassiers niet verkocht. Met als resultaat dat de eigenheid van Katelijne Damen, edele stijl en beheersing van stem- en lichaamstaal, verdrukt wordt en de voorstelling ijskoud is. Gevolg, Orlando raakt niet, is een vervelende productie.
Zoals gezegd Orlando, als roman, verkocht goed. De reden ligt hem in de natuur van de Britten. Dankzij het bezit van de halve wereld heeft de Britse cultuur een rijk palet, dat zich het sterkst uit in literatuur en toneel. De mooiste voorbeelden kregen vorm en inhoud met Laurence Sterne, Lewis Carroll, en als uitlopers Woodehouse, Dennis Potter en James Joyce. Zij speelden met genres ontleend aan de culturen van hun koloniën, met als uitschieter de Oosterse. Orlando van Virginia Woolf is daar een treffend voorbeeld van. Via een sprookje met Perzische trekjes geeft zij gestalte aan haar geaardheid die ze zelf niet kent, maar hoopt daar met het schrijven van Orlandovat op te krijgen. Elke man heeft vrouwelijke trekjes en omgekeerd. Bij Virginia Woolf waren die zo dominant dat zij gezorgd hebben voor weerzin, angst, twijfel, driften… opgaand in waanzin en uitmondend in zelfdoding. Haar jeugdervaringen spelen ook een rol in haar gedrag en schriftuur. Op zesjarige leeftijd was zij reeds seksueel misbruikt door haar broer, zij had een tirannieke en labiele vader en haar moeder stierf al te jong, veel te vroeg.
De complexiteit van al deze zaken sloeg wel aan bij het Britse publiek. Het is het keurigste volk ter wereld. Schijn. Geen volk dat zo worstelt met zijn geestelijke en lichamelijke geaardheid. Om gek van te worden. De beste remedie hiertegen is zwarte humor. Dat wordt het best aangetoond in de kunst van de komische televisieseries, waarvan Falwty Towers het mooiste voorbeeld is. De mélange van de typisch Britse gedragsafwijkingen, weergegeven door Virginia Woolf in Orlando, naar eigen zeggen ‘te lang voor een grap en te frivool voor een serieus boek’, is echter niet te vinden in de nieuwste productie van het Toneelhuis. Het omgekeerde effect wordt erdoor bereikt. Het serieus sluipt de zaal in en zorgt voor koude voeten en een slaperig gevoel. De bescheiden lach die een paar maal uit het publiek oprijst, is enkel te danken aan de timing van Katelijne Damen. En omdat zij zich gaandeweg losrukt uit het gevoelloze concept haar opgedrongen door Guy Cassiers en zijn acolieten. Door een goede bui en omdat ik begaan ben met mevrouw Damen krijgt deze productie drie sterren. Zonder haar was een halve maan er teveel aan.
Guido LAUWAERT
ORLANDO– naar de gelijknamige roman van Virginia Woolf – productie Toneelhuis – www.toneelhuis.be