Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
8 décembre 2011 4 08 /12 /décembre /2011 14:54

 

06-12-11-diam.kogel-020--2-.jpg

Van l.naar rechts: HFJ, Bob Mendes, Philip Heylen en Marie-Paule Andries (Foto: Frank Ivo van Damme)

Na tien jaar voorzitterschap van de jury (en een halve eeuw lectuur), stel ik vast dat het misdadige literaire landschap in versneld tempo omgeploegd werd.

Vorig jaar, 2 december, voerde Geert Swaenepoel hier het woord namens de jury. Hij stelde vast dat de grenzen tussen misdaadliteratuur en literatuur vervagen.

Het huis der thrillers telt vandaag meer dan ooit vele kamers. Meer en meer wordt ook duidelijk dat de misdaadliteratuur een volwaardige loot is op de stam van de literatuur”, aldus Geert Swaenepoel.

Dit wordt vandaag duidelijker dan ooit.

*

Vorig jaar kreeg de jury 67 inzendingen te verwerken. Dit jaar diende zij zich te buigen over niet minder dan 107 romans.

Het kan in dat verband nooit geen kwaad ook even te gaan kijken bij de collega's.

Inge Ipenburg, juryvoorzitter van de Gouden Strop, kraakte dit jaar een kritische noot: vele boeken blijven steken in “relationeel gedoe, prinsen op witte paarden en zieleroerselen van onevenwichtige dames”.

De jury van de Hercule Poirotprijs, die sinds 1998 een Vlaamse misdaadauteur bekroont, had het dit jaar over de specifieke contouren van de Vlaamse thriller:

"Het is de kleine, geborgen, intense dorpssaga. Met zijn verknipte zonderlingen, zijn schijnheilige schermen, zijn hang naar eenvoud, zijn ontreddering als oud botst met nieuw, zijn pijnlijke, psychologische escapades in de verboden wereld van lust, nijd, wreedheid en aftandse gedachten", zo luidt haar  omschrijving.

*

Net als de Gouden Strop, in 1986 in het leven geroepen, bekroont De Diamanten Kogel nu al tien jaar een oorspronkelijk Nederlandstalig werk.

Dat verklaart dan ook het hoge aantal inzendingen, waaronder ook werk van canonieke schrijvers als bijvoorbeeld Pieter Aspe, Baantjer, Bob Mendes, Tomas Ross, Felix Thijssen en Peter de Zwaan.

*

Na zes plenaire vergaderingen nomineerde de de jury uitzonderlijk niet minder dan 7 boeken i.p.v. de traditionele 5.

De zeven genomineerden bieden een staalkaart van de kwaliteit die aanwezig is in de Nederlandstalige thrillerwereld.

Hier dan in alfabetische volgorde de namen van de kandidaten voor de kogel:

  • Hôtel du Lac van Michaël Berg, een verzorgd geschreven sterke thriller met strakke spanningsopbouw, waarin het misdaadverhaal feilloos gecombineerd wordt met een pakkende “coming of age”-verhaallijn.

  • Bonita Avenue  van Peter Buwalda, een ambitieuze, vlot vertelde en spannende zedenroman, heftig van taal en inhoud. Grote thema's worden erin verwerkt in een taal die bewust de gevoelens uitvergroot. Een debuut dat een groot lezerspubliek gevonden heeft. (Genomineerd voor de Libris Literatuurprijs, de AKO Literatuurprijs en de Gouden Strop 2011; bekroond met de Academica Debutantenprijs en de Selexyz Debuutprijs 2011 en de prijs van de KANTL.)

  • Iris was haar naam van Toni Coppers, een zorgvuldig uitgewerkte intrige, verteld in een vlotte taal, met af en toe een scheut humor. Een misdaadverhaal waarbij de klemtoon ook valt op de psychologische ontwikkeling van de personages en uiteindelijk toch nog voor een verrassende ontknoping zorgt. (Genomineerd voor de Hercule Poirotprijs 2008 en voor de Diamanten Kogel 2010.)

  • Grijze herfst van Nellie Mandel, een klassiek, vakkundig opgebouwd misdaadverhaal, degelijk neergezet tegen een internationale achtergrond, met een hoofdpersonage dat voldoende reliëf krijgt. (Hercule Poirotprijs 2009)

  • Roomservice van Elvin Post een aanstekelijk verhaal vol vaart en bevolkt door allerlei wat bizarre maar raak geschetste personages. Een slapstickthriller van hoog niveau met aanstekelijke dialogen. (Gouden Strop 2004, nominatie De Diamanten Kogel 2004; nominatie Gouden Strop en Diamanten Kogel 2006.)

  • Getuigen van Rudy Soetewey, een origineel verhaal, dat van psychologisch inlevingsvermogen getuigt. Het boek heeft een strak tempo en een inventieve plot met verrassende wendingen. (Nominatie Hercule Poirotprijs 2001; nominaties Hercule Poirotprijs, Schaduwprijs en Gouden Strop 2002; nominaties Gouden Strop en Hercule Poirotprijs 2007; Hercule Poirotprijs 2011.)

  • Déjà vu van Esther Verhoef, een misdaadverhaal over vriendschap, geheimen en verraad, waarin de spanning zorgvuldig gedoseerd wordt en de beschrijvingen van het sombere, herfstige Franse landschap vakkundig een prangende lugubere sfeer creëren. (Nominatie Gouden Strop 2004 en 2005; winnaar Diamanten Kogel 2005; nominatie Gouden Strop 2007; nominatie De Diamanten Kogel 2007 en 2008)

*

De “literaire wereld heeft het continent van het spannende boek blijkbaar ontdekt. Daarvan getuigen het aantal inzendingen dat NUR-codes toegewezen kreeg die buiten de traditioneel gekende codes van de thrillers vallen.

De vraag kan gesteld worden of de doorsnee liefhebber van het genre deze kruisbestuiving weet te appreciëren.

Puristen zullen dat wellicht betreuren, wij alleszins niet. Het wordt dus hoogtijd afstand te doen van het commercieel bedachte label “literaire thriller” dat marketingsgewijs zijn succes bewees, maar inhoudelijk op niets meer slaat.

*

Dat alles maakte de taak van de jury niet gemakkelijker en zorgde alleszins voor levendige discussies tijdens de bijeenkomsten, waarbij ook de zin van een genreprijs ter sprake kwam.

We denken dat het bestaan van een genreprijs wel degelijk zinvol is en zullen dat dus ook de volgende tien jaar bewijzen.

*

Achtbare genomineerden,

 

Ik zou uw lot niet willen delen.

 

Vorig jaar heeft jurylid Jos van Cann, die jammerlijk vandaag verhinderd is door professionele verplichtingen en ik hier moet verontschuldigen, nadrukkelijk op uw droevig lot gewezen. Ik citeer hem hier met onvorwaardelijke instemming.

 

Naast de kwantiteit is er de kwaliteit. De ene keer te wisselend. De andere

keer te veel goede boeken, zoals dit jaar. Het probleem van het kiezen: steekt er een bovenuit; of komen er teveel voor nominatie in aanmerking; dit jaar. Het is altijd wat in de jury, maar het blijft leuk.

Veel zwaarder hebben het echter de auteurs. Daar denkt dan niemand aan bij zo’n gelegenheid. Weken met een briljant idee rondlopen en maar hopen dat niemand anders daar ook op komt. Dan maanden noeste arbeid. De vingers blauw geschreven, de eerste versie naar de uitgever. Als die het wil: de keel schor pratend om die versie intact te houden. Het opmaken, het corrigeren, het drukken. Eindelijk: het boek ligt er. Dan de promotie of het ontbreken daaraan. Kritiek volgen al of niet. Verkoop idem dito. Het inzenden voor een prijs. De bekendmaking van de genomineerden: zit mijn boek er bij of niet? En ook nog dit alles te moeten aanhoren.

*

En het ergste moet nog komen.

Die heikele taak laat ik dus wat graag over aan Schepen / Wethouder van Cultuur van de Metropool, Philip Heylen, die even stoïcijns als hartelijk bereid is mij van een ondankbare taak te ontlasten, waarvoor mijn oprechte dank.

HFJ

Partager cet article
Repost0
8 décembre 2011 4 08 /12 /décembre /2011 14:24

 

06-12-11-diam.kogel-008--2-.jpg

Iets meer dan 10 jaar geleden, om precies te zijn op 7 juni 2002 klom ik in Gran Duca aan de De Keyserlei op een tafel om de oprichting aan te kondigen van De Diamanten Kogel.

Ik had namelijk tijdens een congres van het Internationaal Genootschap voor Misdaadauteurs in Washington toegezegd in Vlaanderen een literaire prijs in te richten die het prestige van de Amerikaanse Hamlett en de Engelse Golden Dagger kon evenaren. Waarom en hoe ik daar toe was gekomen ga ik nu niet uit de doeken doen. Jullie zouden denken dat ik een boek aan het schrijven ben.

Omdat ik afstand wilde nemen van de klassieke geldprijs wat aanleiding kan geven tot appreciatie van het bekroonde boek naar de grootte van de geldprijs, gaf ik de voorkeur aan een waardevol kunstwerk, liefst iets met diamanten want Antwerpen en diamant zijn twee woorden die in één adem worden uitgesproken.

Omstreeks die tijd werkte ik aan mijn roman Bloedrecht, en tijdens de research naar diamantwinning in Zuid-Afrika kwam ik terecht bij Serge Muller, die sterke belangstelling toonde voor het idee van een literaire prijs en bereid was hem te sponsoren. Het was Serge Muller en zijn sales-manager Marie-Paule Andries die met het idee kwamen een unieke trofee te laten maken door onze internationaal gekende kunstenaar: Wim Delvoye.

We hadden het geluk dat Henri-Floris Jespers bereid was een volledig onafhankelijke jury te installeren en er het voorzitterschap van waar te nemen. Het is in de literatuur zoals in de sport: om kampioen te spelen heb je de beste spelers (goede boeken), een sterk bestuur (een bekwame jury) en een goede coach (een sponsor/mecenas) nodig.

Zoals Marie-Paule Andries het toen uitdrukte vormden we op die manier een perfecte culturele driehoek: de grootste hedendaagse kunstenaar; een vooruitstrevende sponsor, en het beste spannende boek van het jaar.

Namens de auteurs én de lezers wil ik hen daarvoor bedanken.

Intussen zijn we aan de tiende editie.

Ik ben daar blij mee en ook een beetje trots.

De essentie van schrijven is gelezen worden. Een boek mag nooit vervelend zijn, niet voor de schrijver en niet voor de lezer.

De kennis van de lezer anno 2011 inzake actualiteit, techniek, sport, fysische en sociale geografie en zijn psychologisch inzicht is er enorm op vooruit gegaan. Het volstaat niet langer om rond de pot (of de plot) te draaien met alleen maar stijl en taalgeleerdheid. Tenzij men fantasy schrijft - en dat is een ander verhaal - moeten de feiten correct zijn, de locaties reëel, de achtergronden herkenbaar, de plot oorspronkelijk en aannemelijk en de personages psychologisch verantwoord.

Als geen ander genre toont de thriller ons de wereld waarin we leven zien in al zijn facetten. Daarom kan ook de ex-politieman een succesvolle speurdersroman schrijven, de arts een medische thriller, de advocaat een legal thriller, de ex-accountant een maatschappijkritische faction-thriller.

Maar in een wereld waar alles al wel eens gezegd en geschreven is, worden de eisen die aan de thrillerschrijvers gesteld worden steeds hoger. En omdat ook de kwaliteit van wat gepubliceerd wordt in evenredigheid stijgt, krijgt ook een nominatie voor de zo fel begeerde hoogste bekroning steeds meer waarde.

Voor wie uiteindelijk de kroon mag opzetten, verandert er veel. Hij krijgt een waardevolle prijs en er volgen ongetwijfeld herdrukken, nevenrechten, en/of goedbetaalde opdrachtjes. Maar als het alleen om geld of grote oplagen te doen is, hoef je niet noodzakelijk de beste boeken te schrijven. Dan volstaat soms de grootste gemene deler. De échte waarde ligt elders. Bij een Gouden Stropuitreiking uitte de laureaat ooit zijn bezorgdheid over de toekomst. Hij vreesde dat voortaan ieder nieuw boek met het bekroonde boek zou worden vergeleken en men kan niet steeds zichzelf overtreffen. "Integendeel," antwoordde ik. "Het wordt van nu af aan gemakkelijker. Voortaan ben jij het die mee de norm bepaalt."

Dat is natuurlijk niet helemaal waar, maar het is prettig het te horen zeggen Wat er ook van zij: De namen van de winnaar én van de genomineerden staan voor altijd in de annalen.

En laat het voor de schrijvers die vandaag niet tot de uitverkorenen behoren een geruststelling zijn: hoe roemrijk de bekroning met een prestigieuze prijs ook mag wezen, niets evenaart de vreugde die je beleeft aan het schrijven zelf, het schrijven van een eigen boek dat zijn eigen achtergrond en zijn eigen geschiedenis heeft, en dat zolang het nog niet gepubliceerd is, voor jezelf, en voor al wie je liefheeft, een meesterwerk is dat over de hele wereld zal gelezen worden.

Bob MENDES

Partager cet article
Repost0
8 décembre 2011 4 08 /12 /décembre /2011 14:07

PostRoom.jpg

Elvin Post werd de winnaar van de Diamanten Kogel 2011 voor zijn  thriller Roomservice. Het was de tiende editie van deze Nederlandstalige thrillerprijs voor beste spannende oorspronkelijk Nederlandstalige boek.


De trofee van Wim Delvoye (een edelmetalen boksbeugel bezet met diamanten) werd uitgereikt in het Antwerpse Stadhuis door schepen van Cultuur Philip Heylen (CD&V).

DDK.jpg

De prijs werd ingesteld op initiatief van Bob Mendes, die daarbij gevolg gaf aan een wenk van de Internationale Vereniging van Misdaadauteurs AIEP-IACW (Asociación Internacional de Escritores Policiacos-International Association of Crime Writers). De prijs wordt jaarlijks uitgereikt ter bekroning van het beste spannende, oorspronkelijk Nederlandstalige boek.

 

De jury, onder voorzitterschap van Henri-Floris Jespers, bestaat uit: Frank van den Auwelant (secretaris), Jos van Cann, Eric Diepvens, Kris Kenis, Alain Sohier, Geert Swaenepoel en Magali Uytterhaegen.

 

*

De jury boog zich over een recordaantal inzendingen (107) en nomineerde zeven titels:

Michaël Berg, Hôtel du Lac (The House of Books)

Peter Buwalda, Bonita Avenue (Bezige Bij)

Toni Coppers, Iris was haar naam (Manteau)

Nellie Mandel, Grijze herfst, Manteau)

Elvin Post, Roomservice (Anthos)

Rudy Soetewey, Getuigen (Kramat)

Esther Verhoef, Déjà vu (Anthos)

06-12-11-diam.kogel-029--2-.jpg

Van l. naar r.: Rudy Soetewey, Nellie Mandel,Tony Coppers, Michaël Berg, Elvin Post en Esther Verhoef (Foto: Frank Ivo van Damme)

 

Vorige winnaars van DDK

2002 Benny Baudewijns (De Emerson locomotief)

2003 Jef Geeraerts (Dossier K)

2004 Bob Mendes (Medeschuldig)

2005 Esther Verhoef (Onder druk)

2006 Felix Thijssen (Het diepe water)

2007 Patrick Conrad (Starr)

2008 Simon de Waal (Pentito)

2009 Bavo Dhooge (Stiletto Libretto)

2010 Mieke de Loof (Wrede schoonheid)


(wordt vervolgd)

Partager cet article
Repost0
8 décembre 2011 4 08 /12 /décembre /2011 12:00

 

Paul-van-Ostaijenlaan--c-Bert-Bevers-.JPG

Foto: © Bert Bevers


Vers

 

Ik heb in m'n hart 'n zonderlinge wezen

Dat een bizarre tango danst; herrezen, -

Ik weet niet hoe, zo vaag

Is alles, - uit 'n aloude sarkofaag.

Terwijl het danst, hoor ik het zingen

Met bonte blijschap over weemoedszwangre dingen.


Paul-van-Ostaijen.jpg

Paul van Ostaijen (1896-1928)

Partager cet article
Repost0
7 décembre 2011 3 07 /12 /décembre /2011 12:00

 

Melis-Stokelaan--c-Bert-Bevers-.JPG

Foto: © Bert Bevers

 

Omdat ic niet en wille,

Dat mijn sijn ligghe stil 

Ende verderve mit ledicheden,

Willic u alhier ter steden

Segghen, wie de graven waren,

De hollant in haren jaren

Hadden onder haer bedwanc,

Ende hoe verre dat haer ganc

Met rechte gaet in Vrieslant,

Alsoo als icket bescreven vant

In den cloester tEcghemonde,

In Latine in vraier orconde,

Sonder favele sonder lieghen

Ende sonder iement te bedrieghen


Stoke.jpg

Melis Stoke (ca. 1235-ca. 1305)

Partager cet article
Repost0
6 décembre 2011 2 06 /12 /décembre /2011 12:00

 

Karel-van-de-Woestijnelei--foto-Bert-Bevers--copie-1.JPG

Foto: © Bert Bevers


Ik ben 't geduld

 

Ik ben 't geduld der brooze en lustelooze menschen;

ik ben de afwezigheid van God in 't eigen hart;

ik ben in de uren 't uur dat op zijn einde mart.

Ik ben de vreê waar alle rozen in verslensen.

 

Bewoont mijn stem het want waar grote vooglen waken

met rustelooze vlerk die beeft gelijk een beê:

er is geen wind die waakt en hapert aan mijn kake;

ik ben in 't oor van doof een weêuw de zucht der zee.


Karel-van-de-Woestijne--collectie-Letterenhuis-.jpg

Karel van de Woestijne (1878-1929)

 

N.B. Er is óók een Karel van de Woestijnestraat

Partager cet article
Repost0
5 décembre 2011 1 05 /12 /décembre /2011 11:00

Julius De Geyterstraat

Foto: (c) Bert Bevers

 

De lente

 

De lente is een meisje dat zweeft in de lucht,

Met vleugeltjes aan en een lach om het mondje;

Een kuis, ongekleed en verrukelijk blondje,

Dat gloeit van gevoel, dat nog meer verzucht,

Wier harteke tiktakt van liefde...

 

Ze strooit uit een korfje - en ledig is 't nooit -

Miljoenen, miljarden van bloemen op d'aarde;

Zij schept het hier om in een hemelse gaarde,

En zingzangt, zij Engel, terwijl ze zo strooit:

"Mijn harteke tiktakt van liefde..."

 

En blikt zij naar onder, zij hoort uit die pracht

Door orglende kelen haar lof kwinkeleren:

Geen vogel die haar niet met zang wil vereren:

Geen bloem die niet rilt, haar toegeurt en -lacht;

Geen hart dat niet tiktakt van liefde...


 Julius-De-Geyter.gif

Julius De Geyter (1830-1905)

Partager cet article
Repost0
4 décembre 2011 7 04 /12 /décembre /2011 10:49

 

Max-Elskampstraat.JPG

Foto (c) Bert Bevers

Dans le temps donné

Que la vie nous quitte,

En la rue tacite,

C'est la nuit qui paît,

 

Dans ta rue Saint-Paul,

Celle où tu es né,

Un matin de Mai

A la marée haute,

 

Dans la rue Saint-Paul,

Blanche comme un pôle,

Et donc tu fus l'hôte,

Pendant des années.


Max Elskamp

Max Elskamp (1862-1931)

Partager cet article
Repost0
3 décembre 2011 6 03 /12 /décembre /2011 11:17

 

Schillerstraat--c-Bert-Bevers-.JPG

Foto : © Bert Bevers


Geflügelt ist das Glück und schwer zu binden,

Nur in verschloßner Lade wirds bewahrt.

Das Schweigen ist zum Hüter ihm gesetzt.

Und rasch entfliegt es, wenn Geschwätzigkeit

Voreilig wagt, die Decke zu erheben.

 

Friedrich-von-Schiller.jpg

Friedrich von Schiller (1759-1805)

Partager cet article
Repost0
2 décembre 2011 5 02 /12 /décembre /2011 18:00

 

Er was eens een eindstation van een band in een koekjesfabriek. Een laatste controle wordt uitgevoerd. Zit het pakje goed? Is het prakje zoet? Koekje gaat op stap! Naar verre landen, andere continenten. De middagploeg wordt afgelost. De nachtploeg houdt zich echter, o wat vreselijk, niet aan het boekje. En dat is heerlijk, beste beeldbuiskinderen allemaal, want daardoor is het een dolkomische voorstelling geworden. Voor de kinderen, maar ook voor de papa’s en mama’s, opa’s en oma’s en de eenzame ouderling in de zaal die nog in Sint-Niklaas en de Kredietbank gelooft.

 

Dubbele agenda

Het overbekende sprookje van de gebroeders Grimm, en nu moeten jullie eens goed luisteren, vormt de basis van het spektakel. Ergens in een verloren hoek hebben de bandwerkers een kist met oude kleren gevonden. Snel hebben ze zich verkleed. Christoph Homberger als Grietje en Wim Opbrouck als Hans. Andreas Grötzinger, de lader die rondtoert door het magazijn met een lorrie, heeft zich opgetuigd als heks. Eenmaal in een andere outfit - ja, dat lijkt me logisch, niet? - gaan de poppen aan het dansen. Letterlijk en figuurlijk. Maar de heks zou de heks niet zijn als ze geen dubbele agenda had. Ze slaagt erin Hans in een container te lokken, een container die, o nee! eigenlijk een kooi blijkt te zijn. Zij voedert Hans met koekjes en koekjes tot hij bollerond is. Heerlijk zal dat zijn. Een keer wat anders dan de traditionele kerstkalkoen. Maar… mirakel! Zusje slaagt erin om broertje uit de kooi te verlossen en samen duwen ze de heks in de muil van de machine. Eind goed al goed, en de kinderen in de zaal, die allemaal gezorgd hebben voor luide kreten bij heikele momenten, worden door een kanon bekogeld met honderden, nee duizenden speculaasjes – in cellofaan verpakt want hygiëne is heilig. Jongens en meisjes! Een kraaien en graaien, veel groter dan die van op die boot die tegen een ijsberg knotste en blubblub zonk. Hoe heette hij ook weer? Help me even. Ja, allemaal. Allemaal moeten jullie me helpen. Hoe heette de Ti… die boot!? – TITANIC!!! – Juist, Titanic.

 

Uitvergrote poppenkast

De schone prins achter de knopjes van de computer, en dat mag ik eigenlijk niet zeggen, maar ik ben een stoute kobolt en doe het dus toch, is de toetsenman met de mooie naam Alexander Paeffgen. Hij zorgt voor de muziek bij de liedjes die Christoph bij elkaar gesprokkeld en Wim bewerkt heeft. Meezingers zijn het geworden. Geen mens, groot en klein, ja zelfs de speurhond die zich als criticus had vermomd, die niet luidkeels meehuilde met de brave wolven in het bos.

Groots is het allemaal niet, en terecht, nietwaar beste lezertjes? De lekkerste pret zit in het simpelste vet. De regisseur heeft gekozen voor een uitvergrote poppenkast met levende marionetten. Echt waar! Wat natuurlijk zorgt voor zulke oorverdovende vrolijke kreten, dat het pand gesneuveld zou zijn, als het van bordkarton, hout en blik was geweest. Voor spanning is ook gezorgd, wees maar niet bang puppy’s en poezen. Het eerste bangelijk moment is wanneer een bandwerker met zijn hand gekneld raakt en in het onderaardse van de machine dreigt te belanden. De grap, de idee van de band op zich al, doet denken aan Modern Times van Charlie Chaplin. Een steengoede grap blijft echter van steen en is dus voor herhaling vatbaar.

 

Bakker met gulle hand

Met groot enthousiasme werd deze voorstelling gemaakt. Het spelplezier fladdert als een fee over de zee. Waarom niet een familiekaart voor deze voorstelling in een pakje uit de zak van Sint-Niklaas, appelbaas, uit het land van Waas? Een verrassing wordt het, waar alle kinderen, groot en klein, nog lang zullen over spreken. Helaas, aan alle sprookjes komt een eind, beste boefjes. Gauw nog zeggen dat er een bakker is met een gulle hand, die Lotus heet, en alle bezoekers naar huis laat gaan met het themalied in het hoofd, en het buikje vol en het hartje warm.

Guido LAUWAERT

HANS EN GRIETJE productie NTGent en Schauspielhaus Köln– vanaf 14 december in de Gentse schouwburg – volgend seizoen op reis in Duitsland, Nederland en België – www.ntgent.be

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche