Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
30 mars 2010 2 30 /03 /mars /2010 00:17

PORTRET-ACTEUR-CARL-RIDDER-copy_1.jpgPortret van Carl Ridders door Jan Scheirs

'Zondag gaat het gebeuren', de Canvasreportage over de euthanasie van acteur Carl Ridders, heeft gisteren in Parijs de prijs voor de beste Europese spirituele film gewonnen.
De documentaire werd gemaakt in de reeks "Puur persoonlijk" en werd op 13 april 2009 op Canvas uitgezonden. Tijdens Docville 2009 werd 'Zondag gaat het gebeuren' al bekroond met de titel beste Belgische documentaire.

'Zondag gaat het gebeuren' vertelt het verhaal van Carl Ridders die aan de neuromusculaire aandoening ALS leed en op 50-jarige leeftijd voor euthanasie koos. Tijdens de laatste maanden van zijn leven werd hij thuis door zijn vrienden, onder wie fotografe Lieve Blancquaert, verzorgd. Op 7 december 2008 werd Ridders geëuthanaseerd.
Over Carl Ridders op deze blog:

http://mededelingen.over-blog.com/article-25560302.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-25581631.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-26215278.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-25560414.html

Partager cet article
Repost0
29 mars 2010 1 29 /03 /mars /2010 23:07

Giordani2.jpg

Sara Giordani (°Rovereto, 1977) verwerkt op handige wijze schilderkunst en fotografie. In haar collages vindt een informele overdracht plaats waarbij figuratie ruimte schept voor al dan niet vage sporen van het gevoelsleven van de kunstenares. Ze stelt onomwonden: "L'artista si sa, è figura inutile; è colui che porta l'utopia, il desiderio, il sogno, la beffa, il gioco, è un errore sociale".

Werk van Sara Giordani werd geselecteerd voor de tentoonstelling “Luc Fierens & Réseau/Rete”. De tentoonstelling loopt tot 27 juni en is vrij toegankelijk op zaterdag en zondag van 10 tot 18 u of op afspraak van maandag tot en met vrijdag. De vernissage vindt plaats op zondag 11 april vanaf 15 uur.

EXIT11

Château de Petit-Leez

rue de Petit-Leez 129

B 5031 Grand-Leez

www.exit11.be

www.saragiordani.it

Partager cet article
Repost0
29 mars 2010 1 29 /03 /mars /2010 17:05

VeronicaVeronica Bellei (°Rovereto, 1979) is vooral geïnteresseerd in fotografie en video. In 2008 maakte ze deel uit van het curatorenteam van Adam Budak voor de Europese biënnale voor hedendaagse kunst, Manifesta7, regio Trentino Alto Adige.

Werk van Veronica Bellei werd geselecteerd voor de tentoonstelling “Luc Fierens & Réseau/Rete”. De tentoonstelling loopt tot 27 juni en is vrij toegankelijk op zaterdag en zondag van 10 tot 18 u of op afspraak van maandag tot en met vrijdag. De vernissage vindt plaats op zondag 11 april vanaf 15 uur.

EXIT11

Château de Petit-Leez

rue de Petit-Leez 129

B 5031 Grand-Leez

www.exit11.be


Over Manifesta7, zie:

http://mededelingen.over-blog.com/article-21840136.html

Partager cet article
Repost0
28 mars 2010 7 28 /03 /mars /2010 20:49

Kunstenaar, galeriehouder en agitator Sarenco (°Brescia, 1945) leeft en werkt in Salo (Italië) en Malindi (Kenia). Vanaf het einde van de jaren zestig werkte hij mee aan het Antwerpse tijdschrift De Tafelronde. Hij sluit vriendschap met Paul de Vree (1909-1982). In 1971 lanceren De Vree en Sarenco het tijdschrift Lotta Poetica (juni 1971 – juni 1975, 47 nummers), gevolgd in 1977 door de drie afleveringen van Factotum-art. Na het overlijden van De Vree publiceert Sarenco de tweede reeks van Lotta Poetica.

LottaPoeticaweb.jpg

In de jaren negentig opende hij een galerie in Malindi, waar hij jonge Afrikaanse kunstenaars exposeert. In 2001 nam hij deel aan de Biënnale van Venetië.

Werk van Sarenco werd geselecteerd voor de tentoonstelling “Luc Fierens & Réseau/Rete”. De tentoonstelling loopt tot 27 juni en is vrij toegankelijk op zaterdag en zondag van 10 tot 18 u of op afspraak van maandag tot en met vrijdag. De vernissage vindt plaats op zondag 11 april vanaf 15 uur.

EXIT11

Château de Petit-Leez

rue de Petit-Leez 129

B 5031 Grand-Leez

www.exit11.be


Over Poesia visiva, zie o.m.:

http://mededelingen.over-blog.com/article-35043052.html

http://caira.over-blog.com/article-gierik-nvt-poesie-concrete-visuelle-sonore-

Partager cet article
Repost0
26 mars 2010 5 26 /03 /mars /2010 22:31

Exit11 stelt 'Featuring' voor: een nieuwe cyclus tentoonstellingen waarbij een kunstenaar de mogelijkheid krijgt om anderen, gekozen uit zijn netwerk volgens plastische, filosofische of andere criteria, uit te nodigen.

De cyclus gaat van start met Luc Fierens, die zes Italiaanse kunstenaars uitnodigt die allen een zekere affiniteit vertonen voor communicatie en de verhouding tussen woord en beeld in de hedendaagse kunst: Sarenco, Linda Pelati, Sara Giordani, Veronica Bellei, Angelo Ricciardi, Emmanuele Benedetti.

Fierens.jpgLuc Fierens: Double Life


Ook A Book About Death staat op de affiche, een samenwerkingsproject van de Amerikaanse kunstenaar Matthew Rose voor de Emily Harvey Foundation in New York, waar de originele tentoonstelling in september 2009 plaatsvond. Ongeveer 500 kunstenaars stuurden kunstwerken in in de vorm van postkaarten op om een ongebonden boek over de dood te creëren. Dit project wil vooral een eerbetoon brengen aan de geestelijke vader van de communicatiekunst “mail-art”, Ray Johnson die zich van het leven benam in 1995 en aan Emily Harvey (1941-2004), de legendarische galeriste die fluxus promootte in New York en Venetië. Dit collectief project is een reizende expo, een process dat door de deelnemers kan worden voortgezet en getoond. De expo was onlangs te zien in het Mube van São Paulo en de volledige set postkaarten bevindt zich in de vaste collectie van het MoMa te New York. Belgische deelnemers waren o.a. Sara Bosmans en Luc Fierens.


De tentoonstelling “Luc Fierens & Reseau/Rete” loopt tot 27 juni en is vrij toegankelijk op zaterdag en zondag van 10 tot 18 u of op afspraak van maandag tot en met vrijdag. De vernissage vindt plaats op zondag 11 april vanaf 15 uur.

Vanaf morgen zullen de deelnemers aan deze merkwaardige tentoonstelling hier een per een voorgesteld worden.

EXIT11

Château de Petit-Leez

rue de Petit-Leez 129

B 5031 Grand-Leez

www.exit11.be


Over Luc Fierens op deze blog:

http://mededelingen.over-blog.com/article-poesia-visiva--henri-floris-jespers---luc-fierens-in-gierik-37210881.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-poesia-visiva--henri-floris-jespers-over-luc-

http://mededelingen.over-blog.com/article-21840136.html

Partager cet article
Repost0
24 mars 2010 3 24 /03 /mars /2010 20:52
Wegens een fundamenteel verschil in artistieke toekomstvisie heeft Guy Cassiers beslist om de samenwerking tussen het Antwerpse stadstheater Het Toneelhuis en Peter Missotten / De Filmfabriek op het einde van het lopende seizoen stop te zetten.
Volgens Het Toneelhuis heeft de plotse breuk niets te maken met producties uit het verleden.

 

Peter Missotten zou volgend seizoen Endgame van Beckett regisseren”, zegt zakelijk leider Luk Van den bosch. “Zijn concept bleek naar bezetting en invulling niet overeen te komen met de ideeën van Guy Cassiers. Als artistiek leider moet die waken over de programmering.”

Insiders menen dat de “barslechte” productie van Maeterlincks Indringer (cf. de blog van 14 maart) blijkbaar de spreekwoordelijke druppel was...

De geplande activiteiten met Peter Missotten / De Filmfabriek worden tot het einde van dit seizoen verder gezet: De Indringer (nog tot 27 maart), Klein werk in 't groot (op 30, 31 maart en 1 april) en Performance fabriek (van 5 t/m 8 mei).

Partager cet article
Repost0
23 mars 2010 2 23 /03 /mars /2010 04:18

Dat Hubert van Herreweghen een van de belangrijkste levende Vlaamse dichters is, staat m.i. als een paal boven water. Zonder enige mentale restrictie onderschrijf ik de uitspraak van Patrick Lateur: “Hij komt verrassender uit de hoek dan veel van zijn jongere collega's die vandaag de literaire canon uitmaken.”

(Even tussen haakjes: de literaire canon? Welke canon? Welke regel? De vluchtige door de media vertolkte en (al dan niet) zacht opgedrongen consensus? Consensus, een bepaald onfris, uit de politieke wetenschappen overgewaaid begrip waarvan de oorspronkelijke Latijnse betekenis 'samenzwering' betekent.)

KunstTSvlHERRE.jpg

Kunsttijdschrift Vlaanderen brengt een huldenummer aan de negentigjarige, veelgelauwerde dichter, wiens zonder meer verbluffend meesterschap zich met de jaren almaar soevereiner en speelser ontplooit. Inleider Herman van Rompuy stelt terecht dat de vitaliteit van Hubert van Herreweghen 'ontstellend' is, dat zijn taalkracht met het ouder worden verhoogt.

De aflevering van Vlaanderen is voorbeeldig gestructureerd. Met een bepaald gedicht of cyclus als uitgangspunt wordt het zo geschakeerde oeuvre van Herreweghen secuur en met veel empathie belicht door Lut de Block, Hugo Brems, Stefaan Evenepoel, Joris Gerits, Frans de Haes, Dirk Hanssens osb, Geert van Istendael, Hilde Keteleer, Anne Marie Musschoot, Joris Note, Willy Spillebeen, Carl de Strycker, Yves T'Sjoen en Herlinda Vekemans. Vaak worden daarbij poëticale uitspraken geformuleerd die, wars van neo-post-pomo jargon, meer dan het overwegen waard zijn.

Patrick Lateur brengt vooraf een pretentieloos maar bijzonder verhelderend overzicht: “Een dichtersleven gebundeld, besproken, uitgesproken”. Ik vermoed dat hij de architect is van dit huldenummer, een absolute must, uiteraard voor de Van Herreweghen-fans, maar ook voor alle ware poëzieliefhebbers. Als uitsmijter brengt Frans de Haes een aantal zonder meer voortreffelijke Franse vertalingen.

Webben.jpg

In de rubriek 'Bibliotheek', verzorgd door Geert Swaenepoel, bespreekt Carl de Strijcker de jongste bundel van Van Herreweghen, Webben & wargaren: “De titel is een metafoor voor hoe de dichter het leven ervaart: men is erin verstrikt en krijgt er geen greep meer op”.

Het volgende gedicht zal wel iedereen aangrijpen die gevoelig is voor een nuchtere, maar tevens in het metafysische geankerde visie op de realiteit:

 

Hominisatie


Zijn moer is erbij omgekomen,

toen hij, uit de bewoonde bomen

en het groot bosgeweld,

als zuigeling werd meegenomen

en op transport gesteld.


Een orang-oetang in zijn kooi,

een kelder van beton,

al twintig jaar alleen, ten prooi

aan een menswording, die begon

bij gebrek aan ruimte,

woud

en zon.

*

Net als de dichter Hubert van Herreweghen wordt ook het tijdschrift Vlaanderen met de jaren hoe langer hoe duidelijker “incontournable”...

Henri-Floris JESPERS

Kunsttijdschrift Vlaanderen, jg. 59, februari 2009, nr. 329, [61 p]., ill., 10 €.

Hubert van Herreweghen, Webben & wargaren, Leuven, P, 2009, 62 p., 15 €.

Partager cet article
Repost0
19 mars 2010 5 19 /03 /mars /2010 23:50

Onderschept.jpg

onderschept, Manteau, Brussel & Den Haag, s.d. [1959].

Omslag en typografische verzorging: Alje Olthof (1935-1995).


Bianco



De zalmen van de morgen springen

tot aan de bronnen van de dag.

Ik onderga en buitel binnen.

Ik bloei. Ik vlàg.


Het lichaam wil de huid doorbreken:

herinnerend wordt vederlicht

gecijferd aan de dode tekens

van dit weerklinkend schrift.


En zwellende in ruimte

vlinder ik bovenuit

het in deze wereld verzuimde

vogelengeluid.


Spring op de wipplank van de landtong

met gindse zon het zuiden in:

de navel van een plots verloste

luchtspiegeling


die buitentijds begint te glanzen

uit niets dan lucht en zon.

Achter de muur van deze zee

zingt Ichnaton.


Het gedicht 'Bianco' werd opgenomen in: Pierre H. DUBOIS, Karel JONCKHEERE en Laurens VAN DER WAALS, Facetten der Nederlandse poëzie (van Hensen tot Nooteboom), 's Gravenhage-Rotterdam, s.d. [Nimmer dralen reeks, no 71]


Uit-het-nest.jpg

Uit het nest geroofd. Ongebundelde poëzie bijeengebracht en tweemaal ingeleid door Karel Jonckheere, Amsterdam / Antwerpen, De Bezige Bij / Ontwikkeling, 1962.

Omslag en typografie: Karel Beunis (1933-1983).


Uit het verzet


I


Als in het allereerste uur

de dag sprak plotseling.

De dingen droegen naam.


Ik ontstond uit verwondering

en windstil weer; het licht

deed zonderling.


De zon ging zacht te keer

tegen de wolken:

het regende weer.


Het regende oud zeer.

Het ging – als in het begin –

de wereld bevolken.


Zonder zonde dit keer.


II


Dit heet kamer; kubus waarin ik hok.

Elk ogenblik kan hij eensklaps kantelen.

Klaarblijkelijk bijna ontstaat de schok.


Stilstand staat op het punt te handelen.

Tafel en stoel veranderen van plaats

en dode rekwisieten zijn gehaast


elkander te verdringen op dit blad

en twisten plots – maar zijn reeds uitgeraasd.


III


Dit noem ik angst: de leegte waar ik stond

maakt gij thans met uw lichaam rond.


In dit station van ons bestaan:

wie heeft bewogen? Wie bleef staan?


Kennis van ruimte en tijd is weg.

Uitstappen. Naar de uitgang gaan...


IV


Ik schrijf ten dode op:

stoel, tafel en bed,

hart en vlinderend kind,

stamper en rozeknop.


Woorden vullen mijn donkerte op

en laten mij liggen waar ik lag.

Ook de ontvleugelde vogel

ben ik overdag.


Roeispannen onder mijn ribben

maken een plonsgeluid:

het hart vaart tussen de riffen

het lichaam uit.


Het roeit tussen de woorden

steeds in dezelfde kring.

De nacht is een kom mist.

Ik ben de drenkeling.


Krekels2.jpg

De krekels, Brussel & Amsterdam, Manteau, 1978.Oplage: duizend exemplaren.

Grafische vormgeving: Alje Olthof (1935-1995).

Oplage: duizend exemplaren. Twaalf gebonden exemplaren, genummerd van I tot XII.


De cyclus 'De dubbelganger, 'parafrase van een mislukte ontmoeting met M. Nijhoff', ontstond kort voor het overlijden van Martinus Nijhoff (20 april 1894 – 26 januari 1953), maar werd pas later voltooid. Hier volgt het slotgedicht:


De dubbelganger


V


Elk oponthoud is op termijn verstreken

in dit station. Een kruier spreekt mij aan,

maar hij heeft net als ik zijn laatste kans verkeken:

ik doe het zelf – Ik zie hem eenzaam gaan

en in de ochtendkrant herlees ik het bericht

over een man, vermorzeld door een trein.

Hij moet (zo ogenblikkelijk als een gedicht,

bedenk ik) bij zijn val gestorven zijn.

'Zonder bewijs op zak van wat of wie hij was

en onherkenbaar', staat er nog te lezen,

'de firmanaam Verschoren achter op zijn das.'

Wanneer de trein vertrekt en in de wissels schokt

als vingerwijzing dat ik nu word uitgewezen,

waag ik nog gauw de allerlaatste gok:

'Ook déze man kon een Martinus wezen!'

Er is voldoende stof om zich een vol kwartier

het hoofd met elke mogelijkheid te breken,

want twijfel zet de kansen altijd op een kier –


Maar ook het voorgevoel blijft dit keer in gebreke.

 

(HFJ)

Partager cet article
Repost0
18 mars 2010 4 18 /03 /mars /2010 23:12

Gisteren werd in het crematorium te Vilvoorde in zeer beperkte kring afscheid genomen van journalist en dichter Jaak Brouwers (28 februari 1930 – 8 maart 2010). Slechts enkele intimi waren aanwezig op de sobere plechtigheid die werd afgesloten met het plaatsen van de urne bij deze van Hilde Uytterhoeven, zijn echtgenote die in 2006 overleed.


*

De dichter Jaak Brouwers was al lang (ten onrechte) vergeten. Hij is niet aanwezig in de bloemlezing Hotel New Flanders (Gent, Poëziecentrum, 2008), wordt niet eens vermeld in Hugo Brems' Altijd weer vogels die nesten beginnen. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1945-2005, Amsterdam, Bert Bakker, 2006) of in Buelens Van Ostaijen tot heden (Nijmegen, Vantilt, 2001). Hij komt wel even ter sprake bij R.F. Lissens (De Vlaamse letterkunde van 1780 tot heden, Brussel / Amsterdam, Elsevier, 1967. Vierde, herziene druk), Paul van Aken (Letterwijs, letterwijzer. Een overzicht van de Nederlandse literatuur, Brussel / Amsterdam, 1978), Rudolf van de Perre (Er is nog olie in de lamp der taal, Beveren / Nijmegen, Orbis en Orion, B. Gottmer, 1982) en Marc De Smet (Droom en doem. Vlaamse poëzie 1960-1985, Gent, Yang, 1985) en Jos Joosten (Feit en tussenkomst. Geschiedenis en opvattingen van Tijd en Mens, Nijmegen, Vantilt, 1996).

*

Onze kennismaking – die ik vermoedelijk aan Clara Haesaert te danken heb – dateert van 1965 of 1966, kort na de publicatie van Ik schreef nachtland (Antwerpen, Ontwikkeling, 1965). Ik had toen al gedichten van hem gelezen in De Vlaamse Gids, het Nieuw Vlaams Tijdschrift en De Meridiaan en in destijds toonaangevende bloemlezingen:

  • Jan WALRAVENS, Waar is de eerste morgen. De levende experimentele poëzie in Vlaanderen, Brussel : Den Haag, Manteau, 1960, tweede vermeerderde druk;

  • Karel JONCKHEERE, Uit het nest geroofd, Amsterdam / Antwerpen, De Bezige Bij / Ontwikkeling, 1962;

  • Pierre H. DUBOIS, Karel JONCKHEERE en Laurens VAN DER WAALS, Facetten der Nederlandse poëzie (van Hensen tot Nooteboom), 's Gravenhage-Rotterdam, s.d. [Nimmer dralen reeks, no 71];

  • Anthologie de la poésie néerlandaise. Belgique 1830-1966, Paris, Aubier, éditions Montaigne, 1967. Traductions de Maurice CARÊME, préface de Jean Cassou, introduction de K. JONCKHEERE.

Jaak Brouwers was journalist bij Het Laatste Nieuws, waar hij o.m. Jan Walravens, Pieter de Prins, Willem M. Roggeman en Willem Pelemans als collega’s had. Zijn aandeel in het losbarsten van de “zaak Berghmans-Jageneau” was beslissend (zie Henri-Floris JESPERS, Artis amore, Antwerpen, The Private Press, 1994, pp. 37-82; Mededelingen 147, 27 november 2009, pp. 6-9; Joke VAN DEN BRANDT, 'Lambert Jageneau en de zaak Berghmans', in: Mededelingen 128, 6 november 2008, pp. 4-11 ).

Wegens gezondheidsproblemen diende Jaak Brouwers al te vroegtijdig af te haken. Zijn verdiensten als cultuurredacteur kunnen niet genoeg onderstreept worden.

*

In de jaren zeventig publiceerde Brouwers bij Manteau de bundel De krekels (1978) en in de door Herwig Leus uitgegeven Hoofts Bibliofiele Serie, Lilith, vier gedichten bij vier etsen van Jef Tuerenhout (1979). Daarmee was zijn poëtisch oeuvre afgerond.

*

In 1981 publiceerde Jaak Brouwers Met Gaston Burssens in de cel (Mechelen, J. Stevens), een nogal hybridisch maar niet minder boeiend boek dat uit een lange inleiding bestaat, een notenapparaat, een aantal gedichten van Gaston Burssens en zijn editie van het onuitgegeven manuscript van Jozef Uytterhoeven (Berchem 31 juli 1895 – Tienen 14 april 1972) die zijn omgang met Burssens beschrijft.

Het boek wierp alleszins nieuw licht op Burssens als activist, al bleven er enkele kernvragen onbeantwoord. Recentere publicaties hebben niet alleen het activisme van Gaston Burssens scherper gedocumenteerd, maar ook de niet onbelangrijke rol van de clan Burssens en aanverwanten in het Mechelse activisme belicht.

*

Bij de publicatie van Brouwers debuutbundel, Harp en mirliton (Mechelen, privé-uitgave, 1952), die ik jammer genoeg nooit in handen kreeg, wees V. Lansens er in Gazet van Antwerpen op dat de dichter een “juiste vertolking in woorden” bracht van Giorgio de Chirico's schilderwerk. Die intense belangstelling voor de plastische kunsten steeg met de jaren.

In 1989 schreef Brouwers een verhelderende bijdrage naar aanleiding van de overzichtstentoonstelling die in het Cultureel Centrum A. Spinoy te Mechelen werd gehouden, waarin hij niet alleen het werk van zijn vader, de schilder Rik Brouwer, situeerde en toelichtte, maar ook de problematiek rond het zogenaamde 'animisme' van de dertiger jaren (een begrip ontsproten uit het brein van Paul Haesaerts) deskundig in een nieuw perspectief profileerde (Rik Brouwers, 1904-1978: een oeuvrecatalogus, 1989).

*

De bundels Vuursteenvonken (privé-uitgave, Mechelen, 1954) en Onderschept (Brussel en Den Haag, Manteau, s.d. [1959]), waarvan ik de opdrachtexemplaren aan Gaston Burssens piëteitsvol bewaar, las ik pas in de jaren negentig. Destijds leken me dat zijn sterkste bundels.

*

De laatste vijftien jaar hadden we geen contact meer. We waren elkaar gewoon uit het oog verloren. 'Les choses de la vie', ja. Ach, vrienden (een woord dat zovelen te pas en te onpas in de mond nemen, vooral naar aanleiding van sterfgevallen...) waren we niet op heel wat punten gelijkgestemden. Onze wegen hebben elkaar meer dan eens op gedenkwaardige momenten gekruist.

Clara Haesaert wees erop dat Brouwers in het gesprek vaak pittig en accuraat was, dat zijn betoog helder en steeds onderbouwd was met talrijke en ter zake doende argumenten. Dat laatste had soms ook nadelen: wanneer hij zich in een onderwerp vastbeet (en dat deed hij graag) kon zijn tekstuele obsessie en meticuleuze aanpak hem soms wel parten spelen.

*

Jaak Brouwers had zin voor humor en ironie, net als zijn echtgenote, de feministische politica Hilde Uytterhoeven (° Mechelen 15 maart 1926). Hij stond haar als onvermoeibare mantelzorger jarenlang toegewijd bij. Na ruim veertien jaar ongeneeslijke ziekte overleed zij op 1 mei 2006. Haar verzoek tot actieve euthanasie van 25 juli 2005 werd niet ingewilligd. (Zie Mededelingen 71, 27 mei 2006, pp. 3-4)

*

Jaak Brouwers overleed op maandagavond 8 maart. Sedert half december 2009 was hij zwaar ziek, maar zat hij toch nog vol plannen. De laatste jaren was hij volop bezig met de restauratie van het werk van zijn vader, de schilder Rik Brouwers. Vorig jaar heeft hij nog in zijn tuin een atelier gebouwd waar hij kon werken.

*

De archieven van Hilde Uytterhoeven bevinden zich o.m. in het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN) te Antwerpen en het Archief- en Documentatiecentrum voor Vrouwengeschiedenis te Brussel. Hopelijk zal het rijke archief van Jaak Brouwers zijn weg vinden naar het AMVC-Letterenhuis.

Henri-Floris JESPERS

Partager cet article
Repost0
18 mars 2010 4 18 /03 /mars /2010 16:59

Geschiedenisles tussen krijtjes


De beklemming die per productie aan belang won, heeft bij Eric De Volder plaatsgemaakt voor een onbreekbare lichtheid.

Sinds de universiteiten geen elitaire instellingen meer zijn heeft er zich iets merkwaardigs en toch niet onverwachts voorgedaan. Volksverhuizingen. De universiteitssteden zijn overspoeld met jong volk. Gent is daar het mooiste voorbeeld van. Door de rijkdom van West-Vlaanderen hebben bovendien ouders van studenten panden in de Arteveldestad gekocht en ze omgebouwd tot studentenflats. De gelijkvloerse etage werd, als het pand in schaduw van een faculteit lag, omgevormd tot een soep- of koffiehuis waar het lekker toeven is.

Veel meer dan in andere universiteitssteden zijn studenten na gedane studies in Gent blijven wonen. Door amoureuze relaties inderdaad, maar voornamelijk wegens een schrijnend gebrek aan culturele activiteiten in West-Vlaanderen. Er is cultureel vertier, maar zij haalt geen hoogte. Wie dat goed begrepen heeft is het kunstencentrum Vooruit, maar nog intenser het theatercollectief Campo. Minder bekend dan de Vooruit, omdat het in zijn beleid focust op sociaal geïnspireerde affaires uit de volksklasse. Campo tracht de actualiteit ervan zelfs te pousseren door na de integratie van het West-Vlaamse savoir-vivre ook de charme van de islamitische cultuur te promoveren.

Campo, Toneelgroep Ceremonia en Unie der Zorgelozen hebben een voorstelling opgezet waarvan het verhaal sterk aanleunt bij de geest die oprijst uit Hugo Claus’ Het verdriet van België. Het gegeven van Godses situeert zich in Harelbeke. Al zwemt het verhaal van Godses in dezelfde vijver als Het verdriet, toch is het een familiedrama met een eigen smoel. En al is gekozen voor een monoloog, op de scène staan x-aantal personages met elk een eigen karakter, inclusief de gebruikelijke afwijkingen. De subtiele motorische changementen van stem en lichaam van acteur Geert Six sleuren de toeschouwer mee tot net over de rand van de emotionele inleving.

Het verhaal is het verhaal van de collaboratie op het platteland. Was zij in de stad vooral politiek getint, op het platteland had zij een meer economisch belang. Zeker in West-Vlaanderen, waar de Vlaamse Leeuw enkel gezongen werd om plaasteren IJzertorens aan bedevaarders te verkopen. De details van het verhaal doen hier niet ter zake. Wat belangrijker is, is de structuur van het verhaal. Het is zo ingenieus opgezet dat de plattelandscollaboratie bloot komt te liggen. Terreur van het onderwijs, familievetes, verdraaide waarheden, weggemoffelde gebeurtenissen, zwartgeld, inteelt, met haast onzichtbare verbindingslijnen. Ze maken dat nijd, jaloersheid, afgunst en ergernis zich ballen tot obussen. De oorlog zorgde voor explosies waarbij de bezetter gebruikt werd om lafheid en verraad achter te verbergen.

Maar het einde van de oorlog betekende niet het einde van de slachting. De bevrijding zorgde voor nieuwe explosies die tot op de dag van vandaag voortduren. Want kinderen gaan vragen stellen, zodra ze voldoende afstand kunnen nemen van het eigen erf. De antwoorden worden verwerkt tot ze gaandeweg een verhaal vormen. Het ene al meer geschikt voor het podium dan het andere. Dat het verhaal van Godses zo beklijvend is, is te danken aan een goedaardige samenzwering in Campo. Geert Six zorgde voor het verhaal, Eric De Volder voor coherentie en Dirk Pauwels leverde geld, goed en liet zijn secondanten op de trommel roffelen en het lied van de promotie zingen.

De locatie is een klas. Er staan geen banken, er zijn geen leerlingen in levende lijve, er is geen bord, maar wel een onderwijzer die ronddoolt tussen krijtjes en een geschiedenisles geeft. De toeschouwers zijn stille getuigen, te vergelijken met de verwanten langs de wanden tijdens een modelles bij een openschooldag. Nu eens staat de onderwijzer ver achteraan, wanneer het verleden ingedoken wordt, om vooraan te komen om de angst van een verhoor op te roepen. Dit is eindelijk weer eens Eric De Volder op hoog niveau. De beklemming die de laatste jaren per productie aan belang won, heeft plaatsgemaakt voor een onbreekbare lichtheid.

De gehanteerde taal is West-Vlaams. Al te vaak leidt het gebruik van dialect tot verarming van de voorstelling. In dit geval is het tegendeel het geval. Het versterkt de inleving. En waar slaat de titel op, Godses? Het is van hetzelfde gehalte als wat merde betekent voor de Fransen en shit voor de Engelse Amerikanen [en tegenwoordig ook de veramerikaniseerde Europese beroepszappers]. Een krachtterm dus uit Harelbeke en omliggende weiden en velden. Te gebruiken voor goede en kwade zaken, in tijden van verleidingen en bekoringen, en bij afkering of waardering.

Guido LAUWAERT

 

GODSES – tekst en regie Eric De Volder – spel Geert Six – productie Campo, Toneelgroep Ceremonia & Unie der Zorgelozen – info: www.campo.nu

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche