Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
2 septembre 2013 1 02 /09 /septembre /2013 15:42

 

Aanstaande vrijdag 6 september organiseert Peter De Greef (Intertext Boekproducties) samen met enkele goede vrienden een (hopelijk) prachtige benefietavond ten voordele van de renovatie van Zaal Roma in Borgerhout. Nog niet alle plaatsen zijn uitverkocht, vandaar dit bericht.
Artiesten die hun medewerking hebben toegezegd zijn o.m. Dez Mona, Brigitte Kaandorp, Paul Haenen en zijn alter ego Margreet Dolman, Filip Jordens die een indrukwekkende hommage brengt aan Jacques Brel, dansers van Het Ballet van Vlaanderen, Les Ballets de Monte Carlo en Introdans (Nederland), de Nederlandse zanger Ronnie Tober (Geef die rozen aan Sandra!), e.a.
De presentatie is in handen van Kurt Van Eeghem.
De Roma in Borgerhout is behalve een volledig in eer hersteld theatermonument uit lang vervlogen tijden, waar internationale vedetten optraden als Paul McCartney, James Brown, Cliff Richard en AC/DC, maar ook een samenlevings-, integratie- en buurtontwikkelingsproject dat ieders steun meer dan verdient.
De opbrengst van de benefiet gaat dan ook naar de eindfase van de renovatie van de zaal.
Hans Focking, oprichter van het Nederlandse en gerenommeerde balletgezelschap Introdans viert met deze benefiet tevens zijn 50-jarige jubileum in de Vlaams-Nederlandse theaterwereld.

Praktische info:

http://ymlp.com/zfS8PX
http://www.deroma.be/#!eventid=62

Partager cet article
Repost0
22 juillet 2013 1 22 /07 /juillet /2013 17:38

 

2013juni-0279.jpg

Vier dagen Rock Werchter of één dag The Wall? The Wall, of course. Op Rock Werchter treden heel wat groepen op, generaties worden door elkaar gemixt en de ene heeft kabaal met moraal en de andere houdt het op kabaal met een sterk rimboe-isme. Al menen ze het goed en houden mordicus vol dat ze een boodschap brengen waar de inboorlingen wat aan hebben.

 

The Wall daarentegen is van een geheel andere orde. Al kort na de bevalling broeide de vraag bij uw verslaggever hoe Richard Wagner zich moet gevoeld hebben toen hij, om een bekend voorbeeld te noemen, Parsifal schreef. De vergelijking is logisch. Beide werken zijn niet alleen opera’s, maar net als bij Wagner zijn bij Roger Waters [1943] tekst en muziek gelijkwaardig. The Wall daarom een geniaal totaalkunstwerk noemen is niet meer dan logisch.

 

De voorstelling in Werchter verschilde van die van Berlijn, in 1990. Daar speelde de val van de muur een jaar voordien een grote rol in de enscenering, maar ook in de medewerking van gerenommeerde zangers én acteurs als Van Morrisson, The Band, Marianne Faithfull en Albert Finney. Tevens kwam die historische voorstelling op een kantelmoment in de geschiedenis van de wereld. De grenzen binnen de Westerse cultuur waren gevallen, op uitzondering na van het meest schietgrage land ter wereld, Noord-Amerika.

 

De jeugd van de jaren zestig én van de jaren tachtig was er vast van overtuigd dat een nieuwe wereldorde met een open mind en de pijlers van de Franse revolutie, uitgedacht door de Verlichters, eindelijk gerealiseerd zouden worden. Dat het kapitalisme meteen de macht greep, met de zegen van de politieke wereld, en misbruikte, waar de huidige financiële crisis een bewijs van is, werd niet gezien, door de euforie die alle nuchterheid overheerste.

 

Net om die economische en politieke ontwikkeling heeft, gek genoeg, The Wall zijn eeuwigdurend succes te danken. De rockopera is een hoogstaand cultureel protest, het podium een altaar van de vredesbeweging en de muur een troost voor diegenen die zich bedrogen voelen. Roger Waters heeft dat zeer goed begrepen. Zowel elementen uit de Berlijnse voorstelling als uit de combifilm van Alan Parker [animatie + concert + toneel; 1982] worden gebruikt in de huidige tournee, en dus ook in Werchter.

 

Wereldberoemde zangers en acteurs waren deze keer niet van de partij en dat was misschien maar goed. Daardoor ging alle aandacht naar Roger Waters en zijn boodschap. En het moet gezegd: hij zong, acteerde met oprechte inleving, alsof het de première was. Geen overacting, geen automatische piloot in de verste verte te bekennen. De theatrale elementen waren adequaat, puntig en van de juiste lengte. De kans op een vervelend moment bij het publiek of een zwak bij de muzikanten was dan ook niet te vinden. Wat verwacht werd van het concert werd waargemaakt.

 

Het niet versagend sociaal engagement van Roger Waters was tevens te vinden in de inschakeling van 16 kansarme kinderen uit de regio die het beroemde lied, waarvan vele zowel jonge als oudere mensen niet weten dat het uit The Wall komt, die dus het beroemde lied met de beginregel We don’t need no education zongen. Maar terug naar Roger Waters en zijn boodschap, want verslagen van het concert kan u vinden in alle mediawinden.

 

Wat de compositie zo beklijvend maakt en waardoor het succes niets van waarde inboet, is dat iedereen zich in het verhaal kan vinden. Met variaties. Roger Waters’ vader sneuvelde in WO II. Hij heeft hem nooit gekend en toch altijd nabij gevoeld door wat zijn moeder over hem vertelde en de spullen die ze van hem bewaarde. Daaruit heeft hij een eigen vaderverering opgebouwd, maar ook een antimilitarisme. Zelf heeft hij geen oorlog meegemaakt, net zoals alle mensen die in en na 1943 zijn geboren. Hij en zij zijn wel geconfronteerd met talrijke oorlogen. Ze blijven dagelijks, deze uit het Midden-Oosten als van de andere kant van de wereld, invloed uitoefenen op ons gedrag, onze houding, onze overtuiging.

 

The Wall is een versterking van ons gewenst protest, maar dat we door een geraffineerd politiek / politioneel systeem niet meer kunnen naar buiten brengen. Elke antimilitaristische manifestatie wordt binnen de kortste keren de kop ingedrukt, vernederd en desnoods overgenomen en opgeblazen ten eigen baat van de machthebbers, of de machtswellustelingen. Eerlijk, waarlijk protest, zo begreep Bob Dylan al zeer vroeg, is een doodgeboren kind.

 

2013juni-0280.jpg

De enige troost die de oprechte vredesmens rest is concerten als The Wall, de muziek van Beethoven, Mozart, Bach, films als Apocalyps now, boeken als Voyage au bout de la nuit, de Griekse tragedies, jazz [het grootste rustgevend medicijn dat er bestaat], en beeldende kunstwerken als Guernica.

 

Tot slot staat The Wall ook voor de muren die rond ieders muur worden opgetrokken. De eerste muur wordt gebouwd in het onderwijs, met goedkeuring van 99% van de ouders. Maar eenmaal aan het werk worden we steeds weer opnieuw geconfronteerd met muren.

 

Onze cultuur is een massacultuur geworden, gemaakt door de elite van die massa, of wat er moet voor doorgaan. Zij weten het beter en je hebt naar zijn wijsheid te gedragen. Dat die wijsheid in deze maar sneller draaiende beschaving echter van korte duur is, wordt dagelijks aangetoond door de wisseling van de macht. In de media krijgt iemand die zich opgeworpen heeft als de grote redder geen Christustijd meer [drie jaar] om zich te bewijzen. Hij wordt al na een paar maanden vervangen door een andere redder, een nieuwe brick in the wall. Niet onder druk van de eigenaars, maar van marketeers, de farizeeërs onder de marktkooplui.

Guido LAUWAERT

Partager cet article
Repost0
15 août 2012 3 15 /08 /août /2012 17:45

 

GuidoCohen

Zaterdag 11 augustus. Na de ochtendthee slenter ik naar mijn bibliotheek en kies een dichtbundel. Een uitgave van Penguin: Book of Longing. 230 pagina’s met gedichten en tekeningen van Leonard Cohen. Publicatie: 2006. Opgedragen aan Irving Layton, een collega dichter en schrijver, overleden op 4 januari van datzelfde jaar.

 

Irving Layton werd in 1981 genomineerd voor de Nobelprijs Literatuur, maar Elias Canetti ging met de buit lopen ‘voor werken,’ om de centrale zin uit het juryrapport te plukken, ‘die gekenmerkt zijn door ruimdenkendheid, vindingrijkheid en artistieke kracht.’ Bol, dat wel, maar hol. De jury heeft nooit uitgeblonken in sterke standpunten. De rapporten geven tevens aan waarom auteurs als James Joyce, Robert Musil, Virginia Woolf, Franz Kafka en Vladimir Nabokov niet tot de laureaten behoren. Bijkomende factoren als politiek en neutraliteit waren voor de jury altijd belangrijker dan sociaal engagement en seksuele openhartigheid, vaak op een bedje van een vette laag satire. Elementen die ook de poëzie kenmerken van Leonard Cohen, al is zijn satire verborgen onder de doorschijnende blouse van relativering en tederheid.

 

De bundel verdwijnt in een envelop, ik stop een poëzieposter in een koker, en meld me wat later aan bij de balie van het hotel waar hij logeert. Drie gekostumeerde baliebedienden staren mij aan als ik de koker, de envelop en mijn kaartje in hun richting duw. ‘Wij mogen niets aanvaarden,’ zegt de middelste van het drietal. Ik dring aan. Stijve stilte, blanke blik.

Goed, dan zijn wij uitgepraat, vermoed ik?’ Ik draai mij om, ga zitten in de lobby en bestel een café latte. Op dat moment passeert Leonard Cohen. ‘Good morning, mister Cohen,’ zeg ik. ‘Please, will you sign your book of poems?’ Sure,’ antwoordt hij zonder aarzeling. ‘Where is it?’ Hij signeert op de gesloten vleugel de bundel op de pagina met een van mijn favoriete gedichten.

Terwijl hij letter voor letter op het opdikkend papier eerder schildert dan schrijft, haal ik de poster uit de koker en rol hem open.

 

O, beautiful,’ zegt hij met een breekbare stem. ‘More a statement than a verse,’ zeg ik. ‘I’m not a poet but rather a promoter. And that brings you in a lost moment to put your feelings on paper.’ Cohen grinnikt. ‘You only need two words for poetry. And a sense of warmth.’ Hij zet het poëtisch statement van het Frans om in het Engels: ‘GAND… nobody… have you… never… told of your taste… than your tables. - Indeed, that’s the soul of the silent power of Ghent.’ Hij heeft gesigneerd op een pagina met een van mijn favoriete gedichten. Hij ziet twee met potlood onderstreepte versregels. Een vinger gaat naar het blad. ‘Why these lines?’ – ‘I find them strong.’ – ‘O, I prefer the next two.’ Ik lees ze. ‘Yes, indeed, they are stronger. But the stronger ones need to draw attention to the weaker.’

 

 

Are you coming to the concert?’ – ‘I will, sure, but it’s sold out, I hear. Full house.’ Hij wenkt een struise man die vanuit de verte toekijkt. ‘Give Guido a ticket,’ zegt hij. En zich naar mij wendend. ‘One or two?’ Voorzichtig opper ik dat het morgen de verjaardag is van mijn partner. ‘It would be a nice birthday present.’ – ‘Make it two,’ zegt hij tegen de kerel. ‘Which day? – ‘Tuesday?’

 

Hij maakt aanstalten om te vertrekken maar wordt opgehouden door een koppel. De man vraagt om een foto. Cohen, een frêle man en naast hem een Amerikaan, mooi in het vet. Een foto vragen was ik niet van plan, maar de lef van de man verdrijft mijn aarzeling. De balieman wordt erbij geroepen. Hij maakt met mijn eenvoudig mobiel toestel een foto. ‘And a second one.’

 

Nice stay in Ghent,’ zeg ik ten afscheid. Handen worden geschud. ‘Thank you, Guido.’

Aanvankelijk was het niet de bedoeling het gesprek openbaar te maken, maar een gedachte kreeg beeld. A tribute to the most gently man I ever met… en waar de stijl en de klasse onmerkbaar van af druipt. Moet kunnen. Mocht niet verloren gaan.

 

Dinsdag 14 augustus. Stipt om acht uur, onder een lichtbewolkte hemel en in een zoete warmte zoeken de muzikanten en drie sirenen hun plek. Leonard Cohen sluit de rij en begint meteen aan zijn eerste lied, Dance me. Het is het begin van een vier uur durende performance. De 78-jarige dichter en zanger lijkt de hele duur van het concert 50 jaar jonger. Wat me ook opvalt is een totaal gebrek aan valse gevoelens. De klassieker The Partisan, wordt gebracht alsof hij even voordien de bezetter omzeilde en verslag uitbrengt bij de leiding, het gemoed nog geschonden door het verlies van strijdmakkers en de dood van de oude vrouw die hen verborg, she died whithout a whisper.

Derde sterkte: Cohen geeft de muzikanten en de zangeressen, ruimte om te soleren, terwijl hij opzij gezeten de vinger op de pols houdt. Zijn eeuwige hoed zet hij af als zij de hoofdrol overnemen. De opbouw van de belichting sluit naadloos aan bij het breken van het licht. Natuur en cultuur versmelten. Na anderhalf uur sluit hij het eerste deel af met Anthem. Een pauze van een half uur. Achtduizend mensen zoeken wat ze willen vinden. Het toilet, een drankje, een broodje. Bekende ontmoet vreemde. Ze worden vrienden. Praten met elkaar. Ieren, Engelsen, Nederlanders, Duitsers, Belgen uit de negen hoeken van het land verliezen hun nationaliteit maar niet hun identiteit. Idealisme wint het van provincialisme.

 

Het tweededeel start met een lied, waarvan het als indringendste vers luidt: ‘I said to Hank Williams: how lonely does it get? / Hank Williams hasn't answered yet / But I hear him coughing all night long / A hundred floors above me / In the Tower of Song.

Het is intussen nacht geworden. Toch blijft het brandend braambos jong licht uitstralen. De tussenteksten lijken wel vredesboodschappen, zonder een spoor van cliché, de geur van paté. Cohen is een diplomaat zonder jezuïetenstreken. En het gaat maar door. Het hele palet van moderne muziekvormen komt aan bod. Elke golf is verschillend en toch vormen ze een hechte vloed. Even over elf uur volgt Take this Waltz. De ideale afsluiter. Maar het applaus is nauwelijks begonnen of hij begint aan de bisnummers. Zeven! Het publiek mompelt de tekst mee van MarianneenClosing time. Als hij I tried to leave youinzet, een monkel om de mond, begint het publiek te lachen. Een breekbare lach. Want langzaam maar zeker is het concert een vredesmanifestatie geworden, een pleidooi voor meer democratie met minder politiek. Cohen heeft alle muren gesloopt… en iedereen begrijpt de reden waarom hij, 78 jaar oud, keer op keer de barrikaden opklimt 'Cause don't forget who's taking you home / And in whose arms you're gonna be / So darling, save the last dance for me / Save the last dance for me / Save the last dance for me…’


Bij het verlaten van het Sint-Pietersplein ontmoet ik de Israëlische ambassadeur. Hij is met politiebegeleiding voor en achter zijn wagen gearriveerd, maar staat rustig en eenzaam tussen het publiek. ‘It was even high-minded as a classic concert,’ zeg ik. Hij vervolgt, een trekje van zijn pijp nemend en starend naar het verlaten maar niet lege podium: ‘It was a synagogue.’


Leonard Cohen: The man, his songs and poems are one.


Guido LAUWAERT

Leonard Cohen – Gent - tot en met zaterdag – er zijn nog toegangskaarten aan de ingang: www.sherpa.be

Partager cet article
Repost0
31 mai 2011 2 31 /05 /mai /2011 06:27

 

bach-y.jpg

22 mei. Bachconcert. Klavecimbel solo en leiding: Mario Sarrechia (°1988), die voor en na de pauze een verhelderend commentaar ten beste geeft.

Mario citeert graag Schopenhauer:

Zowel in de kunst als in de literatuur is er op bijna elk moment een onjuiste zienswijze, gewoonte of manier van doen die in zwang is en bewonderd wordt. De oppervlakkige geesten zijn er altijd druk mee bezig zich die eigen te maken.


*

Soms ben je in een zeldzame toestand van begenadigde ontvankelijkheid. Je beseft het niet eens, maar plots ervaar je 't in alle scherpte. Dat overkwam mij in de Begijnhofkerk aan de Rodestraat te Antwerpen.

Meteen bij de inzet van het concerto voor klavecimbel, strijkers en continuo in D Mineur van Bach (BWV 1052) werd ik als het ware door de bliksem getroffen en meegesleurd in een aanzwellende golf van genot, juister: van intellectuele emotie.

Technische vaardigheid is weliswaar een conditio sine qua non, maar met zijn vertolking van de sonate voor obligaat klavecimbel en viool in G Majeur (BWV 1019) bewees Mario Sarrechia, voor wie het nog niet wist, dat virtuositeit alleen niet volstaat. Kennis en inzicht, daar komt het er op aan.

Dé revelatie was echter het concerto voor twee klavecimbels in A Mineur van de mij slechts bij naam bekende Johann Ludwig Krebs (1713-1780), een leerling van Bach.

Het in alle opzichten gedenkwaardige Bachconcert werd besloten met een beheerste en dus des temeer beklijvende uitvoering van het concerto voor twee klavecimbels, strijkers en continuo in C Majeur (BWV 1061), met de voorbeeldig op elkaar afgestemde Mario Sarrechia en Korneel Bernolet (°1989) aan het klavecimbel.

Of de muzikanten een vaste collectief vormen of niet, weet ik niet en doet er ook niet toe. Dat er die zondag niet alleen virtuositeit maar vooral 'duende' ten toon werd gespreid, lijdt wat mij betreft geen twijfel... Eerste viool: Justin Glorieux; tweede viool: Michiyo Kondo; altviool: Sylvestre Vergez; cello: een krachtig overrompelende Ronan Kernoa.

 

HFJ

Partager cet article
Repost0
2 avril 2010 5 02 /04 /avril /2010 04:38

In 2010 is het 250 jaar geleden dat de componist Christoph Graupner (1683-1760) overleed. Hij was een tijdgenoot van Bach, maar is minder bekend. Dat heeft niets met de kwaliteit van zijn muziek te maken, maar alles met het feit dat zijn erfgenamen kibbelden over de rechten op zijn muziek. Destijds was zijn muziek populairder dan die van Bach.

In de Rubenszaal van het KMSKA brengt B’Rock een selectie van werken van Christoph Graupner en tijdgenoten. Het barokorkest B’Rock is ontstaan uit zin voor vernieuwing en verjonging in de wereld van de oude muziek en bestaat uit een twintigtal jonge musici uit binnen- en buitenland.

Het orkest speelt staande, maar jij kunt plaats nemen op de loungebanken die we voor de gelegenheid in de grootste en meest imposante zaal van het museum zetten, tussen de schilderijen van Rubens. Tijdens de pauze kun je de tentoonstelling 'Closing Time' van Jan Vanriet bezoeken. Wij zorgen bovendien voor een glaasje cava, onze dj zorgt voor groovy intermezzo’s.

Een unieke gebeurtenis, enkel te zien en te horen in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen.

Donderdag 29 april en zondag 2 mei, 20 uur.

Tickets: € 25 I € 20.

Concert, tentoonstelling en cava inbegrepen.

Koop je tickets online via www.kmska.be of in het KMSKA.

Wees er snel bij. Het aantal plaatsen is beperkt.

www.kmska.be

www.b-rock.org

 

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche