Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
11 août 2011 4 11 /08 /août /2011 03:29

 

deelegasten1.jpg

De folkgroep De Elegasten was in hoofdzaak gegroeid uit een familie-aangelegenheid. Ze werd gevormd door de broers Ivan, Paul en Raymond Poppe, door de echtgenote van deze laatste, Rita Bracke, en door Herman Van Caeckenberghe.

In 1964 debuteerde dit vijftal onder de naam The Campground Singers met negrospirituals en gospelsongs, en ook bredere Angelsaksische folksongs. Geleidelijk evolueerde de groep steeds nadrukkelijker naar een Nederlandstalig repertoire, wat hen in 1967 deed besluiten om een naamwijziging door te voeren en definitief over te schakelen naar het Nederlandstalige lied. Voortaan zouden ze door het leven gaan als De Elegasten (een verwijzing naar het middeleeuwse ridderverhaal 'Karel ende Elegast').

Gedurende een twaalftal jaren werkte het kwintet samen. Benevens een tiental singeltjes, werden zes elpees en een verzamelelpee uitgegeven. Het repertorium gaat van het meest ernstige gedicht over enkele klassiekers naar de parodie, de humor en het engagement. Zangtechnisch opteerden ze voor alternerende solo-zang, waarbij de andere groepsleden voor vocale en instrumentale ondersteuning zorgden. Ook de vrouwenstem zorgde voor een andere klankkleur.

De bekendste Elegast, en tevens de belangrijkste arrangeur en componist, is Herman Van Caeckenberghe, die in 1969 een ferme duw gaf aan de populariteit van de groep toen hij als Herman Elegast op het laatste nippertje Mary Porcelijn moest vervangen in de Belgische ploeg van de Europabeker voor Zangvoordracht in het casino van Knokke en meteen met de persprijs ging lopen.

Het bekendste nummer van De Elegasten, Wat heb je vandaag op school geleerd, dateert eveneens uit 1969. Herman vertaalde samen met Hugo Verhulst en Willy Evenpoel deze song van de Amerikaanse folksinger Tom Paxton ('What did you learn in school today'), en zong de solo-partij.

De in 1971 verschenen derde elpee van De Elegasten 'Kathmandou' was een enige gebeurtenis. Het is een soort oratorium dat één volle zijde van de plaat vult terwijl de andere zijde een zestal liedjes in Elegastenstijl bevat. Her en der werd geschreven dat De Elegasten een mijlpaal vormden in opvatting, muziek en tekst.

In 1973 pakten De Elegasten uit met 'Praten, Zingen, Dansen". Het optreden was een klank- en lichtspel, totaal nieuw in de Vlaamse muziekwereld, laat staan show-gebeuren. De sfeer werd mede opgebouwd door Hugo Aeyels en Hugo De Vriendt, die respectievelijk licht- en klankinstallatie bedienden. Einde 1974 werd een gelegenheidselpee opgenomen" KER(st)MIS " met een aantal klassieke maar herwerkte kerstnummers, een vertaling en een drietal nieuwe liedjes.

Rustig bouwden De Elegasten hun repertoire uit met vertalingen van gedegen, populaire artiesten (Joe Dassin, Ralph McTell). Voor de verkoop van 50 000 elpees werd hun in 1975 een gouden plaat, gegraveerd op de matrijs van Kathmandou, overhandigd. En ongeveer op hetzelfde tijdstip kwam een zesde elpee ''n Ogenblikje' op de markt, een plaat tot in de details verzorgd, technisch perfect en zwaar orkestraal onderlijnd, waarmee het kwintet het kwintet zowel in Nederland als in Vlaanderen aardig scoorde.

Een jaar later, in juli 1976, besloten ze evenwel, voornamelijk als gevolg van professionele besognes van de meeste leden, om te stoppen met optreden en platen te maken. Het was goed geweest, zij hadden een stempel gedrukt op een periode in de Vlaamse muziekwereld en konden terugblikken op een succesvolle liedjesloopbaan

Drie van de leden (Herman, Ivan & Paul) brachten nadien nog de LP Madrigals op de markt. Ivan Elegast (Ivan Poppe) schreef ook nog een kindermusical, "Locotof" . En ook Herman Elegast begon aan een solo carrière. In 1982 richtte hij het ensemble Gospodi (in het kerkslavisch de aanroepende vorm van God, ‘Heer’) op met Guido Cassiman, Jos Simal en Paul Nieuwdorp (later vervangen door Frederik Meireson). Dit kwartet maakt een tocht door de de Slavisch-Byzantijnse liturgie vol stemmige a capella klanken en verinnerlijkende muziek. Daarnaast is Herman ook de leider van het Ensemble Herman Elegast.

 

Frans DEPEUTER

Partager cet article
Repost0
29 juillet 2011 5 29 /07 /juillet /2011 18:01

 

Afdwalend-bij-een-refrein.jpg

Natuurlijk weet ik al lang dat poëzie méér is dan rijmen. Maar de eerste 'herkenning' kwam wel degelijk van gelijkklanken. Ik weet nog zeer goed dat ik als jongetje werkelijk verrukt raakte door een liedje van, godbetert, Ria Valk. Ik kon al lezen, maar had nog geen idee van de effecten die je met taal kon bereiken. Als ik de golven aan het strand zie kwam uit de radio. Als ik de golven aan het strand en de duinen en 't zand zie / Denk ik aan die vakantie, vakantie, vakantie. Ik vond het gewéldig dat 't zand zie, toch gans anders geschreven, rijmde op vakantie. Ik heb lang gedacht dat dié regels mijn eerste 'kennismaking' waren met wat letterplaatsing vermag, maar ineens werd ik nog iets verder terug in de tijd geworpen toen ik in een familiealbum een foto terugzag. Daarop is te zien hoe ik mijn broertje voor zit te lezen. Dat was in januari 1961. Dat weet ik omdat mijn vader beatae memoriae dat erbij schreef. Ineens vroeg ik mij af wat er destijds uit de radio waarvoor wij op die opname zitten zou hebben geklonken. Er wat naslagwerken bij gepakt. Dat had Apache van The Shadows kunnen zijn. Of Ramona van The Blue Diamonds. Of Marina van die sympathieke Rocco Granata. Of Zeeman van Caterina Valente. Daarbij viel me op dat veel hits uit die tijd een titel van slechts één woord hadden. Maar vooral werd ik toch getroffen door de herinnering aan de melodie en het refrein van die Zeeman:

 

Jouw verlangen is de zee

en je vrienden zijn de sterren

boven Rio en Shanghai

Boven Bali en Hawaii

 

Plotsklaps was ik weer dat knaapje dat Shanghai en Hawaii zo fantastisch vond rijmen. Wat een exotische namen! Ik was daar nog nooit geweest. In die situatie is overigens nimmer verandering gekomen. Dankzij Moderne Verworvenheden als Google en YouTube kon ik me weer eens in dat nummer van Valente onderdompelen. Waarna ik uiteraard ook wat verder klikte, en ontdekte dat het liedje een vertaling was van Seemann (Deine Heimat ist das Meer), dat in 1960 een voltreffer was voor de Oostenrijkse zangeres Lolita. Die natuurlijk niet echt zo heette, maar Ditta Zusa Einzinger (1931-2010), hetgeen ik eigenlijk een veel mooiere naam vind. Het liedje werd geschreven door Werner Scharfenberger en Fini Busch en was tot in 1984 Nena opdook met haar 99 Luftballons de grootste Duitstalige hit (nummer 5 in de Billboard Hot 100!) in de Verenigde Staten van Noord-Amerika. Op YouTube het origineel dan maar even opgezocht. Daarin klinkt het refrein

 

Deine Heimat ist das Meer

Deine Freunde sind die Sterne

Über Rio und Shanghai

Über Bali und Hawaii


 

De taalverwantschap tussen het Duits en het Nederlands moge evident zijn. Toen ik Seemann hoorde moest ik aan Petula Clark denken. Aan haar Sailor met name. En toen realiseerde ik me dat Sailor geen origineel was, maar óók een bewerking van de Scharfenberger-Busch-compositie. Dan ook het refrein dáárvan maar eens onder de loep genomen:

 

As you sail across the sea

All my love is there beside you

In Capri or Amsterdam

Honolulu or Siam

 

Wonderlijk om te zien hoe Rio und Shanghai en Bali und Hawaii veranderen in Capri or Amsterdam en Honolulu or Siam. Allez, Amsterdam telt wat mij betreft niet mee maar voor de rest klinkt het toch net zo uitheems. Die mooie Clark nam van het liedje tevens een Franstalige versie op, Marin (Enfant du voyage). Daarvan is het refrein

 

Ta maison c'est l'océan

Tes amis sont les étoiles

Tu n'as qu'une fleur au cœur

Et c'est la rose des vents

 

Daarin dan weer geen énkele topografische verwijzing! Rare jongens, die Fransen. Ze hebben gewoon te veel woorden nodig. Als de originele tekst gevolgd zou zijn, dan had Petula Clark haar tong gebroken over de derde en vierde regel want daar zouden dan simpelweg te veel lettergrepen in gezeten hebben:

 

Ta maison c'est l'océan

Tes amis sont les étoiles

Au-dessus de Rio et Shanghai

Au dessus de Bali et Hawaii

 

Ik ben dol op Parijs hoor, maar met de Franse taal heb ik absoluut niets. Daar ben ik te veel een Germaan voor. Sluiten Duits-, Engels- en Nederlandstaligen bijvoorbeeld een brief compact af met respectievelijk Hochachtungsvoll, Yours sincerely en Hoogachtend, bij francofonen moet dat dan weer onmiddellijk Veuillez agréer Madame, Monsieur, l'assurance de ma haute considération zijn. Franstaligen presteren het vaak om met veel omhaal van woorden amper iets te zeggen. Hier in België vertaalt dat zich momenteel politiek in de zoveelste slopende onderhandelingsronde over een nieuwe staatshervorming. De Brusselse en Waalse politici maken er een sport van hun Vlaamse collegae tijdens urenlange vergaderingen zowat bewusteloos te kletsen, zonder er op uit te zijn ook maar iets concreets te zéggen.

Ik ben een liefhebber van de bioloog Midas Dekkers. Die ook nog eens goed kan schrijven, en boeiend over zijn werk kan vertellen. Las zojuist een interview met hem, over zijn jongste boek Rood, een bekoring (dat gaat over de haarkleur, niet over socialisten): "We hebben een fantastisch verfijnd spraakorgaan, we hebben zo'n 61 spiertjes om het te bewegen, en we kunnen zo'n 250 lettergrepen per minuut uitspreken. De Fransen zelfs 350." Dat zegt iets. En Cees Nooteboom noteerde in zijn Voorbije passages al: "Fransen praten zoals ze autorijden, dat valt bij alle televisiedebatten op: doorrijden en door blijven rijden tot je 100% zeker weet dat de ander niet opzij gaat - dan pas remmen." Ik denk dat ik binnenkort maar weer eens op de Thalys naar de Franse hoofdstad stap....

Bert BEVERS

Voor de volledigheid voeg ik nog graag de link naar Lolita's Seemann toe:


http://www.youtube.com/watch?v=jrXlwd5LFPU


Partager cet article
Repost0
5 juin 2011 7 05 /06 /juin /2011 03:18

 

Wie de persmap niet gelezen heeft weet wel wat hij ziet, maar niet wat de bedoeling is. Waar het over gaat staat halverwege het programmaboekje. Aan te raden valt op z’n minst dat te lezen wil men genieten van de voorstelling. En genieten zit er in. Als één ding duidelijk is, is dat op alle gebied kwaliteit werd geleverd. Muziek, spel, decor, projectie zijn beeldschoon.

Burenruzies

In juni 2000 bracht de Amerikaanse president Bill Clinton Yasser Arafat, Palestijns leider, en premier van Israël Ehud Barak samen in Camp David, in een poging nu eens eindelijk komaf te maken met de burenruzies over en weer die telkens uitmondden in mini-oorlogen weer en over. Een poging die van bij de eerste zet gedoemd was te mislukken, zoals elkeen weet die een beetje vertrouwd is met de kwestie, maar je weet nooit. De gebeurtenis is de geschiedenis ingedoken en daar blijven plakken door het idealisme van Bill Clinton: zelfs in een strohalm, blowing in the wind, zit nog leven.

Damocles

Boven het decor hangt een zak fijn zand. Tussen het doven van het zaallicht en het opgaan van het toneellicht wordt hij in beweging gebracht. De zak wordt het gewicht van een slinger boven een tafel waarrond kinderstoelen staan, in alle mogelijke vormen en gewichten, de een al iets groter dan de andere. Ze zijn te klein of zitten niet goed voor de zwaargewichten. Zij zijn niet Arafat en Barak, maar de emanatie van de politici. Hadden u en ik daar gezeten, we zouden er ook niet uitgeraakt zijn, met de kennis en de ervaring van wat Israël en Palestina hebben meegemaakt, van wat dreigt een honderdjarige oorlog te worden.

Wij worden vervangen door twee zangers, Ruth Rosenfeld en Thomas Bellinck. Zij dialogeren, al zingend, het is nu eenmaal een opera, maar wat ze zingend zeggen is niet meer dan routinepraat bij een eerste ontmoeting.

A – We zullen? ons zetten.

B – Naast elkaar.

A – Aan dezelfde tafel.

B – We zullen ons zetten.

A – We zullen praten.

B – [Ik zal zwijgen.]

A – We zullen ons zetten.

B – [Dat heeft geen enkele zin.]

A – We moeten.

B – We zullen ons zetten.

A – Waarom gaan zitten?

B – Waarom ?!?

A – We zullen ons zetten.

B – We gaan zitten. We zetten ons.

Wat volgt is het voorstellen van elkaar. Buiten naam en toenaam summier de fasen in hun leven die hen tot die hoge post hebben gebracht. Maar over de zaak waarvoor ze bij elkaar zitten wordt met geen woord gerept. Om aan de praat te blijven vertellen ze over wat hun als kind het meest geraakt heeft. Dat blijkt de grondlaag te zijn van hun visie, hun koppigheid, hun ambitie. Leuk, maar het brengt geen zoden aan de dijk. In plaats van zoden steekt een zanger een gat in de zak. En nog een gat. Sneller en sneller. Wilder en wilder. Tot het zand de tafel met zijn speelgoedkopjes en alle bijhorende spullen bedekt. Kinderstoelen vliegen in het rond. Aan het eind, een uur die de duur van de onderhandelingen comprimeert, staan ze even ver dan in het begin. Paroles inutiles. Onder het oog van twee kinderfoto’s. Die vanuit de achtergrond halverwege de voorstelling naar voor werden gehaald. Ze staren in het niets.

B – We zullen ons zetten.

A – We zullen ons zetten.

B – Onze rechter armen zullen van gedachten wisselen met onze linker armen. Onze raadgevers zullen onze raadgevers raad geven. Overbodige woorden. En dan de stilte.

A – Ja. De stilte. Eindelijk

De angst regeert

Eindelijk is het afgelopen. De zinloze bijeenkomst. De lege dialogen. De clichématige beleefdheidsformules. De ingestudeerde beledigingen. De halfafgewerkte bewegingen. Kromgebogen lichaamstaal. De wanverhouding. De medialach. Eigenlijk zegt alles niets. Dat is de essentie van het conflict. Omdat de ene het land wil van de ander. Een morzel grond. De angst regeert. Mijn morzel is niet jouw morzel. Handen af. Vergeet hem. Mijn beloofde land is meer waard dan jouw uitverkoren land. Mijn land is van mijn vaders’ vader. Mijn land is van mijn moeders’ moeder.

Zien, horen… voelen

De dialoog wordt op een panoramisch scherm geprojecteerd. Van de hand van Philippe Blasband. Hij zette zijn libretto om in een grafisch spel dat de gevoelens gestalte moet geven. Onder het scherm zitten de muzikanten. Het Spectra ensemble, o.l.v. Frank Rathé. Rustig maar gedecideerd leidt hij het ensemble door de neo-tonale toonspraak, beïnvloedt door hedendaagse muziekgenres, van Frank Nuyts.

De minimal regie van Johan Dehollander past perfect bij deze voorstelling. Ze is een reflectie op een historische gebeurtenis. Zowel reflectie als gebeurtenis zijn blijven plakken. Hebben zich vermengd. De moeite waard om te zien en te horen, deze voorstelling. En als de toeschouwer zich voldoende documenteert alvorens plaats te nemen, voelt hij ook aan wat Dehollander bezielde.

Guido LAUWAERT

Middle East – productie LOD info en optredens: www.lod.be

 

Partager cet article
Repost0
24 mai 2011 2 24 /05 /mai /2011 06:14

WWzaal.jpg

Op zondag 22 mei werd in de Taxandriazaal van het Provinciehuis te Antwerpen de CD “Libra” van Wilfried Westerlinck voorgesteld. Het talrijk opgekomen publiek werd ontvangen door de componist, die vertelde dat hoewel zijn curriculum een indrukwekkende CD-lijst bevat, het daar steeds gaat om opnames van meerder componisten. De CD die voorgesteld wordt is de eerste waarop uitsluitend een keuze voorkomt uit zijn eigen oeuvre.

Bestendig afgevaardigde Bart Denijn verwelkomde de aanwezigen namens het Provinciebestuur, dat reeds in 1977 aan Wilfried Westerlinck de prijs van de Provincie toekende voor zijn “Landschappen I” voor blaaskwintet.

Producent Patrick Mortier van Senza Nome gaf als beweegredenen voor de uitgave van de CD vooral zijn bewondering voor het veelzijdige oeuvre van Wilfried, dat hoewel hij geregeld gevraagd wordt in het buitenland voor festivals, masterclasses en lezingen, toch te weinig waardering krijgt in eigen land.

WW-copie-2.jpg

Wilfried Westerlinck

Tot slot kwam de componist zelf uitgebreid aan het woord om zijn parcours in de compositie voor te stellen. In korte fragmenten, voorzien van sfeerbeelden, gaf hij een overzicht van zijn belangrijkste werken.

Wilfried Westerlinck vindt zijn inspiratie in eigen belevenissen, gemoedstoestanden of literaire teksten. De poëtische kracht van zijn werk steunt op de herhaling. Hij gaat vaak uit van één krachtig akkoord dat langzaam uitgerafeld en uitgepuurd wordt, zo krijgt het werk kleur en sfeer. Wilfried bereikt de hoogste lyrische top bij zijn werken voor één instrument (basklarinet, cello, fluit) eventueel ondersteund door percussie.

Basklarinettist Jan Guns met wie Wilfried vaak samenwerkt was aanwezig met zijn Japanse vrouw Kaoru Hoshino. Celliste Judith Ermert vertolkte Canto II , een werk dat vanuit een agressief begin evolueert naar een uitgepuurde, verstilde melodie.

JanGunsKaotuHoshino.jpg

Jan Guns en Kaoru Hoshino

JorisJoke.jpg

Joris Gerits en Joke van den Brandt 

Prof. em. Joris Gerits was het met mij eens dat vooral in die pure lyrische werken de weemoedige poëtische kracht van het werk een onvergetelijk indruk maakt.

 

LudoSimons.jpgWilfried Westerlinck, Ludo Simons en Jo Gisekin

VDEREyken.jpg

An en Willem Vander Eyken en Frank Ivo van Damme

De naam “Libra” verwijst naar het sterrenbeeld van Wilfried, waaraan zin voor schoonheid, evenwicht en harmonie worden toegeschreven, elementen die ontegensprekelijk aanwezig zijn in zijn werken. De producent opteerde voor de naam”Balance” maar Wilfried kreeg uiteindelijk zijn zin en het werd het veel zuiverder klinkende Libra.

Joke VAN DEN BRANDT

Foto’s Frank Ivo van Damme

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche