Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
18 juin 2013 2 18 /06 /juin /2013 10:16

 

ZLXIIeen.jpg

In verband met Joris van Severen kwamen in de vorige afleveringen Ter Waarheid en Ça Ira ! even ter sprake. Van Ça Ira ! naar de jongste aflevering van het niet genoeg te prijzen literair-historisch tijdschrift Zacht Lawijd is de stap gauw gezet. Inderdaad, Jan de Heer (°1948) focust niet alleen op Theo van Doesburg, maar ook op de minder bekende Paul Dermée (1986-1951), de van origine Luikse dadaïst van het eerste uur over wie ik al in verband met Ça Ira ! terloops publiceerde. Hij staat vereeuwigd op de foto met andere (Parijse) Dada-”presidenten”:Tristan Tzara, Louis Aragon, Céline Arnauld, Théodore Fraenkel, Philippe Soupault, Paul Éluard, Francis Picabia en Ribemont-Dessaignes.

De erudiete vorsers Sjoerd van Faassen (°1949) en Hans Renders (°1957) belichten en plaatsen in context het tweede manifest van De Stijl, dat over literatuur handelt (1920) en ook opgenomen werd in Ça Ira ! (Zie Henri-Floris Jespers, Theo van Doesburg en Ça ira ! 1920-1923, Cahier van het CDR, nr. 4, Antwerpen, Jef Meert, 1999).

*

De onvolprezen Daisne-kenner Johan Vanhecke (°1957) blikt terug op de oorlogsmissies van de magisch-realist als onderluitenant Herman Thiery, en Herman van Bergeijk (°1954) focust op Bollen van F. Bordewijk, “een boek over architectuur”. Patrick Conrads elpee Gelukkig als in het bijzijn van een vrouw (1973) wordt belicht door Steve Marreyt (°1983)

Henri-Floris JESPERS

 

Zacht Lawijd, jg. 12, nr. 1, 103 p., ill.Redactiesecretaris: Geert Swaenepoel, Salm Salmstraat 13, B 2320. Redactieadres voor Nederland: Sjoerd van Faassen, Postbus 90515, NL 2509 LM Den Haag.

Abonnement voor een jaargang (4 nrs.): 30 €. Opgave van abonnementen bij de administratie (België): Garant Uitgevers, Somersstraat 13-15, B-2018 Antwerpen.

E: uitgeverij@garant.be.

(Nederland): info@letterkundigmuseum.nl

Losse nummers: 9 €

Over Zacht Lawijdzie ook:

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-i-floris-jespers-verliefd-op-roosje-van-lelyveld-97215878.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-ii-paul-van-ostaijen-en-zijn-netwerk-97278420.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-iii-uitgeversperikelen-98750050.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-iv-vlaamse-pockets-98803759.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-v-brieven-raymond-brulez-en-genderstudies-98827663.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-zacht-lawijd-vi-camille-melloy-cj-98975959.html

Partager cet article
Repost0
17 juin 2013 1 17 /06 /juin /2013 12:00

 

StripWerner.jpg

Ik heb, en dan nog wel in mijn poëziekast, één deel uit de hier bijzonder populaire stripreeks Kiekeboe in huis. De doedelzak van Mac Reel is deel 10 uit de reeks rond detective Kiekeboe. Kwam het tegen toen ik iets wilde opzoeken in een bundel van Werner Spillemaeckers (1936-2011). Ik kocht het stripalbum, uit 1979, destijds omdat Spillemaeckers, een vriend van tekenaar Merho, er in voorkomt. Als een van de boeven, de meteoroloog Werner von Spillmachers. Hij lijkt sprekend! Hij wordt geïntroduceerd met de opmerking: “Herr doctor Werner von Spillmachers is een dichterlijke natuur. Hij gaat zo op in zijn werk, dat hij enkel nog in weerspreuken praat.” Waarop de in een witte laboratoriumjas gehulde Werner meteen debiteert: “Op 14 april na de noen, worden alle velden groen.” Vanaf bladzijde 25 duikt hij regelmatig op. “Is half mei de sla al gaar, dan levert de oogst een goede korenaar” en “Regenboog in de vroege morgen, baart de boer veel zorgen. Regenboog ’s namiddags laat, blijde hij te ruste gaat” zijn nog enkele van zijn teksten. Hilarisch.

StripWerner2.jpg

Volgens mij zijn er maar héél weinig dichters die het tot stripfiguur hebben geschopt.

Bert BEVERS

Partager cet article
Repost0
16 juin 2013 7 16 /06 /juin /2013 21:53

 

JorisVS.jpg

Joris van Severen, Leider van het Verdinaso

In mijn vorige blog wees ik erop dat Van Severen de opvatting van Vlaanderen als een homogeen Germaans element 'even onjuist en verarmend, ontervend' vond als de wil tot verfransing. 'Germaansheid en Latijnsheid groeien in de geest en het gemoed der beste Vlamingen zo diep dooreen dat het mij werkelijk anti-Vlaams schijnt, deze [...] geestelijke concentratie te willen tegenwerken of belemmeren.' Voor hem was de taal duidelijk niét gans het volk.

Zo vond hij Ça ira ! 'een sympathiek tijdschrift':

Zijn zeer jonge geweldige zelfzekerheid en twijfelloos idealisme, is een blijde verschijning. Er zit geloof in en liefde in overmoed ook … zeker … maar als een frissche wind is het. (Ter Waarheid, nr. 4, april 1921, pp. 231-232)

En in Ça ira !  staat over Ter Waarheid te lezen:

Très certainement la meilleure revue critique paraissant en pays flamand. Chaque numéro constitue un aperçu des plus complets de l'activité intellectuelle, tant chez nous qu'à l'étranger. Ses chroniques internationales sont rédigées avec une extrême compétence et un sens aigu de l'idée moderne dans les différents où elle se manifeste. (Ça ira !, nr. 18, mei 1922, p. 168)

*

Tijdens mijn gesprek met de Antwerpse schepen van Cultuur Philip Heylen (zie vorige blogs) heb ik er terloops op gewezen dat ook Fransschrijvende Vlamingen een rechtmatige plaats hebben in ons cultuureel erfgoed, een stelling (eerder al duidelijk geponeerd door o.m. Hubert Lampo) die de jongste jaren veld wint. Zo zal van 27 juli tot 25 augustus in de Antwerpse Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience en het Letterenhuis een overzichtstentoonstelling te zien zijn over de in Antwerpen geboren Franstalige auteur Georges Eekhoud (1854-1927). In oktober vorig jaar verscheen bij Epo de monumentale biografie van Emile Verhaeren (1855-1916) door Paul Servaes (hier uiteraard gesignaleerd en nu al aan een tweede druk). De openbare vergadering van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, woensdag 3 juli in het park van het kasteel Beauvoorde te Veurne, Wulveringem staat geheel in het teken van Verhaeren.

*

Terug naar Van Severen. Uit het aantal lezers van mijn vorige blog over de 'Imperiale Staatsman' kan ik alvast afleiden dat hij allerminst vergeten is. Harry van Bokhoven stelde terecht vast: 'Sommige figuren roepen meer vragen op dan dat ze antwoorden geven'. Vandaar dat iedereen zijn eigen beeld van Van Severen koestert. Dat heeft hij dan gemeen met Van Ostaijen.

Dat heb ik genoegzaam kunnen vaststellen uit mijn gesprekken met baron Pierre Nothomb (1887-1966), E. L. T. Mesens (1903-1971) en Pol Le Roy (1905-1983)...

Henri-Floris JESPERS

Partager cet article
Repost0
16 juin 2013 7 16 /06 /juin /2013 10:57

JvS17.jpg

 

Eens te meer word ik geconfronteerd met de fascinerende persoonlijkheid van de fascistische leider Joris van Severen. Niet alleen onder de pen van Willy Copmans in de jongste aflevering van Heibel (zie de blog van 11 juni: Piet van Aken en Joris van Severen). Ondertussen las ik immers ook het zeventiende Jaarboek Joris van Severen.

Eindredacteur Maurits Cailliau onderstreept in het 'Ten geleide' dat uit de nu gepubliceerde dagboekbladzijden (mei-september 1920) van Joris van Severen blijkt hoezeer hij 'zich grondig kon ergeren aan de mediocriteit van zijn medestrijders binnen de Vlaamse Beweging'.

'De eerste Grote Synthese – 1924', zo luidt de titel van het doorwrochte essay van Romain Vanlandschoot (pp. 71-158) waarin Van Severens diepgravende wijsgerige en staatkundige inzichten centraal staan. Uit het tijdschrift Ter Waarheid citeertVanlandschoot een passus 'die het meest Joris van Severen typeert':

Vlaanderen als een homogeen Germaans element opvatten is naar mijn mening even onjuist en verarmend, ontervend als Vlaanderen te willen verfransen. Germaansheid en Latijnsheid groeien in de geest en het gemoed der beste Vlamingen zo diep dooreen dat het mij werkelijk anti-Vlaams schijnt, deze concentratie, deze geestelijke concentratie te willen tegenwerken of belemmeren. Het is immers volstrekt verkeerd deze concentratie van Germaans-Latijnsheid, als Belgischheid in te denken. België is inderdaad systematisch anti-Vlaams, terwijl deze Vlaamse concentratie van Europeesheid instinctief, van nature anti-Belgisch is. Deze Europeesheid voelt België aan als een decadentie, als een aderverkalking, als een hoon. België is een beschaving-dodent element. Een parasiet.

Ook dit tweede citaat van Joris van Severen uit Ter Waarheid illustreert zijn scherpzinnige kordaatheid:

Het is een blijk van bekrompenheid en primaire achterlijkheid vijandig te staan tegenover een volk en tegen een bepaalde vorm van beschaving. Gemakkelijk wordt elk nationalisme in deze domheid meegesleurd. Daarom is het de dringende plicht der leiders van een volk het nationalisme uit dit onzinnig en verderfelijk extremisme te redden. Zulkdanig extremisme is het beste middel om het nationalisme in barbarie te doen uitslaan.

De inzichten van Van Severen anno 1924 worden door Vanlandschoot in de context geplaatst van gelijkaardige, vooroorlogse inzichten van August Vermeylen en Karel van de Woestijne.

Dit belangrijk, voorbeeldig geadstrueerd essay beslaat meer dan veertig procent van het Jaarboek. Eens te meer wordt de lezer geconfronteerd met de intellectuele rijkdom van Joris van Severens complex intellectueel universum.

*

Leven en werken van Louis Gueuning (1898-1971) worden in een verhelderend gesprek opgeroepen door zijn twee discipelen en medestanders Joseph Peeters (°1924) en Vic Eggermont (°1929). De Nederlandse historicus Ruud Bruijns publiceert het opstel 'Tussen rood en groen. Joris van Severen, het Verdinaso en de socialisten'.

Het zeventiende jaarboek wordt afgesloten met zes haiku's van de Brugse dichter en essayist Herwig Verleyen (°1946) 'Denkend aan Joris van Severen'. De laatste is opgedragen aan Gaby Warris, overlevende van de slachtpartij in Abbeville:

Hoogbejaard krimp je

steeds meer terug tot het kind

onder de kiosk.

*

Het Jaarboek werd alvast in 't Pallieterke van 5 juni besproken door 'De brave Hendrik' (schuilnaam van CDR-medewerker Hendrik Carette).

Henri-Floris JESPERS

(wordt vervolgd)

 

Jaarboek Joris van Severen, Ieper, Studiecentrum Joris van Severen v.z.w., 2013, 208 p., ill., 25 € ISBN 9789076057156. Secretariaat: Paddevijverstraat 2, B 8900 Ieper.

secretariaat@jorisvanseveren.org

www.jorisvanseveren.org

Partager cet article
Repost0
15 juin 2013 6 15 /06 /juin /2013 19:44

 

Werk-Philippe-Robeyns.JPG

Werk van Philippe Robeyns

 

Een oase van rust midden in het trendy winkelgebied in hartje Antwerpen is de ruimte voor hedendaagse kunst WorkPlace, aan de Schuttershofstraat 45. Momenteel is er de tentoonstelling IDentiteit te bekijken. Curator Freija Van Esbroeck nodigde daarvoor zes kunstenaars uit, waarvan vier van de vrouwelijke kunne. Het is een smaakvol geheel, met werk van bovengemiddelde kwaliteit waarin eigenlijk geen zwakke plek valt te ontdekken.

Er zijn robuuste portretten van Philippe Robeyns, en fijnzinnige vederlichte tekeningen van Laure Forêt, van wie ook een charmante video is te bekijken.

Foto-s-Griet-Vanhumbeeck-copie-1.JPG

Werk van Griet Vanhumbeeck

Griet Vanhumbeeck toont foto’s van zichzelf in buitentijdse kleding, op mysterieuze plekken. Ook van Jozefien Jocqué zijn er foto’s te zien. Filip Van Kerckhoven presenteert zich met een serie eigenzinnige werken op papier in verschillende technieken.

Werk-Filip-Vankerckhoven.JPG

Werk van Filip Van Kerckhoven

De mooie expositieruimte beschikt over drie verdiepingen. Op de bovenste wordt Blut geprojecteerd, een prikkelende film van Tina Schott, samengesteld uit eigen en gevonden filmmateriaal. Jan Matthé zorgde voor een interessante soundtrack.

IDentiteit is beslist de moeite van het bekijken waard, zoals eigenlijk iedere expositie in WorkPlace dat is. Allen her!

Bert BEVERS

 

IDentiteit, WorkPlace vzw – Ruimte voor hedendaagse kunst, Schuttershofstraat 45, 2000 Antwerpen. Open zaterdag en zondag van 14.00 tot 18.00 uur, alsmede op afspraak: 0474 65 85 28. Tot 24 juni.

www.workplaceantwerp.blogspot.com

Partager cet article
Repost0
14 juin 2013 5 14 /06 /juin /2013 10:31

 

MDD2010.jpg

Normaliter hebben de abonnees de papieren editie van de Mededelingen vandaag ontvangen. Van bij de start werd geregeld de aandacht gevestigd op De Diamanten Kogel, de inmiddels gewaardeerde prijs die sinds 2002 jaarlijks een “spannend boek”, “thriller” of “misdaadroman” bekroont. De laureaat krijgt een waardevol origineel kunstwerk van de internationaal befaamde conceptueel kunstenaar Wim Delvoye. De Diamanten Kogel kwam tot stand op initiatief van Gulden Strop-winnaar Bob Mendes, hierin onvoorwaardelijk gesteund door mecenas Serge Muller.

Vorig jaar werd Almar Otten bekroond voor Blauw goud(Luitingh-Sijthoff, 2012). Eerder oogstte hij al alom lof voor zijn vier politieromans over de 'Deventer moordzaken' – en terecht. Het vierde deel,Lied van angst,werd al in 2010 genomineerd voor de Diamanten Kogel. Na dit kwartet koos Otten voor een andere uitgever en een andere protagonist.Dit jaar verscheen Jeugdzonde.

OTTENjeugdzonde.jpg

Op 1 juni hield Almar Otten een lezing ter gelegenheid van de opening van de pop-up store van boekhandel Praamstra in Deventer. In excusiviteit vindt u hier de tekst van zijn beschouwing over “De filosofie van het spannnende boek”.

Hoofdredacteur Henri-Floris Jespers onderstreept dat

De kritische receptie van “spannende boeken” in Vlaanderen kwalitatief op een bijzonder laag pitje staat . Lukas de Vos, mijn geletterde collega-redactielid van het destijds zo gezaghebbende Nieuw Vlaams Tijdschrift, hoort bij de drie musketiers (die, we weten het, met vier waren) die daar de spreekwoordelijke uitzondering op vormen.

Dat wordt eens te meer bewezen door zijn grondige en scherpzinnige recensie van Tango assassino van Patrick Conrad (in 2007 won hij De Diamanten Kogel met Starr inmiddels met succes in het Engels vertaald als No Sale).

http://www.knack.be/nieuws/boeken/recensies-jeugd/thrillers/patrick-conrad-en-de-zaak-zonder-alzheimer/article-4000320566983.htm


INHOUD


Necrologisch

Miel Cools

Jacques “Jack “De Graef

Arkprijs

Lukas DE VOS: Profeten en doemdenkers

Diamanten Kogel

Almar OTTEN: De filosofie van het spannende boek

Column

Guido LAUWAERT, Rekkerkwekken

Kritisch

Hendrik CARETTE, O, die muzikaliteit en die precisie

Plastisch

Frank DE VOS, De “Serene werelden” van Dirk Martens

Cinema Trivia

Bert BEVERS, Impressionant document; Leuke reclame; Blanke indianen

Door de leesbril bekeken

Niki Faes: Sprankelend licht; ExLibris: Philip Heylen in gesprek met Henri-Floris Jespers;

Ben Klein: via voetbal naar poëzie?; HA

Achteruitkijkspiegel

Bert BEVERS, Lang geleden & Metrische mijmeringen

Colofon

Partager cet article
Repost0
14 juin 2013 5 14 /06 /juin /2013 09:21

 

JetKarelHEIBEL.jpg

Jet Jorssen en Karel De Cat (1970)

“Heibel tot in den treure”, de hier gepubliceerde bijdrage van Mededelingen-redacteur Frank De Vos, gaf aanleiding tot een vinnige polemiek met Heibel-redacteur Frans Depeuter, nu integraal onder de overkoepelende titel “Met gekruiste degens of: Een vos verliest zijn haren, niet zijn streken” opgenomen in de jongste aflevering van Heibel (pp. 48-60).

Frans Van Campenhout en Henri-Floris Jespers focussen op Jet Jorssens (1919-1990). Frans Depeuter vult dit dossiertje aan met parafernalia: boeiende foto's alsmede bibliografische en andere aantekeningen (pp. 65-83).

De erudiete, vaak weerbarstige en soms wel wat kronkelende bijdragen van cultuurfilosoof Johan Sanctorum laten mij nooit onverschillig. Je moet niet eens met zijn conclusies instemmen om intellectueel genot te beleven aan zijn treffende analyses, waarin hij steevast verrassend uit de hoek komt. In Heibel handelt hij “Over het nut en de zin van kunst”; “Fuck de open-debatcultuur?”; “De discrete onzin van vaderlandslievende boekjes – De schaduw van B plus...” en “Joke, Joke, haal 't spinrag uit je haren, Joke, Joke, trek je witte jurkje aan!” (waarin hij stelt dat een 'onmondige' cultuur-minister misschien wel een verademing is).

Frans Depeuter publiceert een sereen, informatief literair overzicht: “De Kempen buitenstebinnen (Van Cuppens tot Claes”, waarin hij terecht handelt over “Heimat in de wereldliteratuur” – en een treffende illustratie ten beste geeft van de “vooruitgang” in de Kempen... Onder de titel “Voor de ping doe je pong” publiceert hij de lijst van de auteurs die in 2011 en 2012 een werkbeurs ontvingen van het Vlaams Fonds voor de Letteren (waarover later meer in een aflevering van mijn “Losse notities”...).

Lezenswaard ook, de al dan niet kort geknipte notities van Staf Versweyveld (o.m. “Van allochtoon over roze plank naar residentie Avondzon. Over de populariteit van het eufemisme”) en de dagboekachtige aantekeningen van Julien Vangasbeke (“Hersentjes met appelmoes”) .

Talentvolle huistekenaar Manten ontbreekt natuurlijk niet op het appel.

Eerlijk gezegd, ik erger mij meer dan eens aan de soms al te stoer geformuleerde, uitdagende “humor” of “satire” die ik in Heibel voorgeschoteld krijg. Anderzijds lees ik in elke aflevering bijzonder boeiende bijdragen die ik niet wil missen.

Eén ding staat vast: Heibel brengt geen vitamineloze of vrijblijvende teksten.

De redactie stelt terecht: “Quot capita, tot mentes. Heibel wil een open forum zijn waarin tegengestelde meningen aan bod kunnen komen.”

Henri-Floris JESPERS

HeibelApril13

Heibel, het blad zonder blad (voor de mond). Onafhankelijk kritisch-satirisch-polemisch tijdschrift, XVIIIde g., nr. 1, april 2013, 120 p. Verschijnt tweemaal per jaar (april en oktober). Losse nummers kosten 11 €; een abonnement op twee nummers: 18 €. Betalingen geschieden vooraf op rekening nr. 979-3986331 van F. De Peuter (met vermelding 'Heibel') (IBAN: BE81 9793 9863 3124 – BIC: ARSPBE22).

Redactiesecretariaat: Frans Depeuter, De Heikens 29, 2250 Olen.

Depeuter.frans@telenet.be

Partager cet article
Repost0
11 juin 2013 2 11 /06 /juin /2013 19:02

 

HeibelApril13.jpg

Heibel, 'het blad zonder blad (voor de mond)', verschijnt tweemaal per jaar (april en oktober) onder redactie van Frans Depeuter en Robin Hannelore.

In de jongste aflevering borstelt Willy Copmans een portret ten voeten uit van Piet Van Aken, 'de laatste der Mohikanen?' (pp. 29-37). Hij stelt m.i terecht dat De Verraders (Antwerpen, Ontwikkeling, 1962) het vreemdste boek dat Van Aken ooit geschreven heeft.

'Het lijkt mij onvermijdelijk dat de beschreven periode uit het leven van het personage Boodt, die trouwens naar diens ondergang leidt, de buitenwereld (de kritiek en de lezer) laat vermoeden dat in deze roman het levenseinde van Joris van Severen wordt verteld. Zeker, men kan voor een (zelfs redelijk groot) gedeelte het verhaal verbinden met “de geschiedenis”, maar de verschillen zijn ongetwijfeld te groot, de afwijking van de werkelijkheid te duidelijk, waardoor de koele interpretatie dat het personage Boodt onvoorwaardelijk Van Severen is, verkeerd zou zijn. Die stond blijkbaar wel model, een vermoeden dat door de gebeurtenissen aan het einde van de roman – de executie van Boodt gelijkt op die van Van Severen in het Franse Abbeville – nog wordt aangewakkerd. Maar in het interview met Joos Florquin voor Ten huize van... heeft Piet van Aken zich duidelijk uitgesproken: “Laten we zeggen dat hij (= Van Severen, WC) model heeft gestaan, maar dat hij het niet is, en verder beschouwde de schrijver zijn personage als “een ontleding van het leiderschap”. Zeker is dus dat Piet van Aken in De Verraders niet de verdediging op zich heeft genomen van Joris van Severen. […] Het verhaal van Boodt is er een van een fascist, van een “zwarte Messias”, die zich bewust is van zijn hoogmoed en tekortkomingen” en die in Abbeville de offerdood sterft.'

Piet van Aken heeft voor de oorlog vaak straatgevechten geleverd met de Dinaso's. In De verraders schetst hij

'een merkwaardig beeld van de eerste oorlogsdagen, waarin hij zijn aversie toont voor uniformen en de “machtswellust” die daaruit voortvloeit, zoals overigens later ook duidelijk werd in Agenda van een heidens lezer: “wie in wellust een uniform dragen, kunnen op mijn eeuwigdurende verachting rekenen”. De Verraders is een geschiedenis, hallucinant soms, die de volgende generaties absoluut niet mogen vergeten'.

*

De redactie van Heibel reikt jaarlijks de Nestorprijs uit. Dit jaar wordt de prijs toegekend aan Bert Slaets, voorzitter van het Vlaams Muziek Theater, de dichter Rudolf Van de Perre en de beeldende kunstenaar Harold Van de Perre.

Henri-Floris JESPERS

(wordt vervolgd)

Partager cet article
Repost0
10 juin 2013 1 10 /06 /juin /2013 20:12

 

Fire-Knife.JPG

In The Last Of The Mohicans uit 1992 werd de hoofdrol gespeeld door Daniel Day Lewis, maar dat was in recente tijden eerder een uitzondering. Sedert de jaren zeventig (Marlon Brando die zijn Oscar door een indiaanse op liet halen, Clint Eastwood die in The Outlaw Josey Wales indianen door échte indianen liet spelen) is het immers ongebruikelijk om een blanke acteur in de rol van een roodhuid te laten kruipen. Daarvoor echter waren anonieme indianen veelal figuranten met pruiken op, en belangrijke gewoon blanke acteurs. Voorbeelden te over: in Apache werd Massai vertolkt door Burt Lancaster, in Run Of The Arrow Blue Buffalo door Charles Bronson, in Cheyenne Autumn Red Shirt door Sal Mineo terwijl Rock Hudson de titelrol speelde in Taza, Son Of Cochise. Dacht daaraan toen ik daarstraks The Yellow Tomahawk uit 1954 zag (met in de hoofdrol Rory Calhoun, die ik altijd een toffe acteur heb gevonden). Het opperhoofd van de Cheyennes, Fire Knife, wordt daarin vertolkt door….Lee Van Cleef!

Bert BEVERS

Partager cet article
Repost0
9 juin 2013 7 09 /06 /juin /2013 18:35

 

In een van mijn vorige opinies, n.a.v. de halve marathon van Brussel [Filip loopt] heb ik geopperd dat het hof aan een charmeoffensief begonnen is, om prins Filip ‘dichter bij de mensen’ te brengen. Mijn woorden waren nog niet koud of de prins werd in een café gedropt.

 

Links zakenlui, rechts fotografen en pal voor zich de cameraploegen van de nationale en commerciële zenders. Ze brachten een prins in beeld die met een stijve nek de match van de Rode Duivels volgde, op het hoger opgehangen scherm, zoals dat in kroegen de gewoonte is. De kroonprins had een glimlach om de mond. Hoelang heeft hij die moeten ophouden? Als het een kwartier was zit hij nu met kaakkramp. En hij had een pint in de hand maar een slok bier heb ik hem niet zien nemen.

 

Filip symboliseert niet enkel de nutteloosheid van een koningschap, maar vooral het absurde ervan. De geboren houten Jan Klaasen moet wel héél dom zijn om niet te begrijpen dat het trompetgeschal van het offensief van de hofhouding, recent gewassen en geschoren, contraproductief werkt. Evenwijdig daarmee lopend vraag ik mij af, waarom slechts een kleine minderheid van de bevolking inziet dat een land met een koninklijke familie nooit serieus kan worden gevonden. In de 21ste eeuw is een erfelijk monarch even bespottelijk als een erfelijk filosoof en loopt het land hierdoor continu het risico dat het wordt gepatroneerd door een imbeciel en zijn discipelen.

 

Engeland klampt zich vast aan tradities en rituelen, maar de Britse overheid heeft het slimmer aangepakt. Het charmeoffensief dat ingezet is na de dood van Prinses Diana, koos niet voor de popularisering van de Queen en haar edele verwanten. De schijn werd wel verwekt, maar in de grond werd de koninklijke familie en al wat erbij hoort omgevormd tot een toeristische attractie. De politieke verantwoordelijkheid is zero komma nul. Willian Pitt [1759-1806], hij werd in 1783 de jongste premier in de Britse geschiedenis, had de moderne rol van een koningshuis al zeer goed begrepen, maar hij hield zijn mening binnenskamers. Maar een nicht, Lady Hester Stanhope, heeft hierover getuigd. Volgens haar zei haar oom ‘dat een monarchaal heerser waardeloos was, maar wat ben ik daarmee? Het zal maar leiden tot revolutie.’ De dood van een prinses in een Parijse tunnel, gaven de Britse regering, het is hard om te zeggen maar het is de naakte waarheid, de juiste context voor een hervorming. Geen revolutie volgde, niet eens gemor. Het begreep zeer goed de commerciële waarde van een toeristische attractie met glitter en gespetter.

 

Een land dat zich serieus neemt schaft het koningsschap af. In Amerika gebeurde dat via de revolutie van 1776, in Frankrijk in 1789, in Rusland in 1917 en in Duitsland in 1918. In dat laatste land niet door opstand maar gewoon door een reorganisatie. Van de ene op de andere dag kon keizer Wilhelm zijn boeltje pakken. Hij verhuisde naar Nederland waar hij onderdak kreeg in een klein kasteeltje, en na een verhuizing naar een iets groter, waar hij tot zijn dood verbleef. Hij heeft nog geprobeerd vriendje te worden van Hitler, de idioot. Heeft Nederland nog overbodige kastelen? Dat kan haast niet anders, want er gaan er nog bijkomen. De reorganisatie van het Oranjehuis is in volle gang, en wordt momenteel op gejuich onthaald, maar lang kan dat niet duren. Eenmaal het volk inziet dat zelfs een koning de hoofdrol speelt in een revue, en beseft wat die revue kost, zal het ook kiezen voor een simpeler regeersysteem.

 

Niet in alle stilte, maar op een zacht vuurtje wordt ook in ons land een hervorming ingezet. Niet meteen wegens het ontbreken van verstand en zelfs instinct bij prins Filip, maar door de stupide financiële kuren van koningin Fabiola. Haar hofhouding klungelt erop los en moet voortdurend beslissingen herroepen. Dat het geklungel mogelijk is bewijst andermaal dat niet enkel Filip een flop is, maar de hele Belgische tak van het Huis Saksen-Coburg-Gotha. Ook koning Boudewijn was in wezen een misdienaar met despotische trekjes. De vierdelige serie die momenteel uitgezonden wordt door Canvas toont dat zeer goed aan. De staatkundige reorganisatie gaat stapsgewijs. Hij is ingezet met de vermindering van de dotatie van de Spaanse begijn. De afschaffing van het royaal zakgeld van Astrid en Laurent is de volgende stap.

 

Helaas, een verbanning is – naar het zich laat aanzien – niet voor deze eeuw. De enige oplossing om verlost te zijn van de greep uit de staatskas door de Coburgse club is een revolutie vanuit het volk. Niet met de colt en de dolk, maar met de tong en de pen. Wat moet leiden tot een volksraadpleging. Hopelijk is Vlaanderen deze keer wijzer dan in 1950, toen het koos voor de terugkeer van Leopold III. Want politieke vrijheid gaat vooraf aan gehoorzaamheid. En gehoorzaamheid aan koningen en adel wijst op een infantiele gesteldheid van zowel de overheid als de burgerij.

 

Ik zal het niet meer beleven, maar ik hoop dat mijn kinderen ooit op de televisie zien hoe de sleutel van het koninklijk domein van Laken ooit opgehangen wordt aan de muur van de werkkamer, the oval office, van de eerste president van België. Met het uitgespaarde bedrag kunnen alle daklozen van België verhuizen van een portaal naar – op z’n minst – een container. Met een bed, een toilet, een primitief ingerichte keuken en een televisie om de matchen van de Rode Duivels te volgen met de hond aan de voeten en een blik pils in de hand. Meer moet dat niet zijn.

Guido LAUWAERT

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche