Cover: Jan Vanriet
Bij de uitgeverij van het Poëziecentrum, verscheen de zestiende dichtbundel van Roger De Neef, Som van Tijd. Drie cycli. De eerste heet 'Seizoenarbeid', de tweede is naar de titel genoemd, de derde kreeg de doopnaam 'De eeuw van de schreeuw'.
Een zeer toepasselijke titel voor de twintigste eeuw. In deze eeuw heeft Roger De Neef [1941] zijn openbaar leven, zullen we maar zeggen, rondgezworven. Sinds zijn pensionering in 2001 heeft hij zich teruggetrokken en verschijnt nog maar zelden in het openbaar. In zijn huis in het Mechels begijnhof houdt hij zich bezig met het kiezen van de fles wijn van de dag, en dat kan soms heel wat tijd in beslag nemen. Wat op tafel komt is belangrijk voor de zintuigen, maar ook de weersgesteldheid, die het gemoed van de dag bepaalt, beïnvloedt de keuze.
Poëtisch penseel
Zijn openbare leven heeft De Neef in extreme mate beïnvloed, in het bijzonder door zijn beroep. Als jongeman klerk bij een notaris, vervolgens drie jaar ambtenaar bij de provincie Brabant, om na een kort verblijf bij het N.I.R. [V.R.T.] als journalist in dezelfde hoedanigheid aan de slag te gaan bij Belga. Als prominent lid van het journaille heeft hij de naweeën van Tweede Wereldoorlog meegemaakt, de Koude Oorlog, de Koreaanse, de Vietnamese, de Chinese revolutie, de Cubaanse, de mei-revolutie, het bouwen en afbreken van de Berlijnse Muur, de implosie van het communistisch regime in Rusland, een tiental pausen – elk met hun eigen zegen en kuren.
Het vak van zowel klerk, ambtenaar en vooral journalist zit in de Styx van zijn gedichten. Was dat vroeger al zo, zijn pensionering heeft daar geen spat aan veranderd. Zijn pen blijft zijn poëtisch penseel. Het telexbericht, het verzinnen van een onderschrift bij een foto voel je opborrelen. Zeer sterk bijvoorbeeld in het openingsgedicht van de derde cyclus, 'De eeuw van de schreeuw'.
DRIE BIJSCHRIFTEN
BIJ DE GROOTE OORLOG
Foto van de eerste tank
Ontvangen
Koel en koosjer
Kan haast niet beter.
*
Blijf roeien met de riemen
Die je hebt
Koketteer met het hout
Van je houten been.
*
En over die miljoenen
Doden niets dan goed
Hun aantal kan de komende
Decennia nog worden verhoogd.
Kale muren
Het persoonlijk leven kennen van een dichter [of welke andere kunstenaar ook] is niet noodzakelijk om zijn gedichten te begrijpen, maar het helpt soms wel. Voor wie dat om de een of andere reden niet lukt zijn er de kenners en organisatoren en de promotors van poëziebijeenkomsten, groot en klein. Een kenner ben ik niet – heb nooit beweerd dat te zijn – maar wel een promotor. Promotors hebben het voordeel dichters van nabij te kennen, en de vorm en inhoud van hun werk tot en met het ondergoed te zien.
Roger de Neef is een dichter die ik als promotor zeer goed heb gekend, en nu als beroepsbeschouwer van nabij volg. Wat mij opgevallen is, van bundel 1 t/m 16, is dat zijn poëzie met de jaren helderder, zuiverder, nuchterder werd. Ook koeler. Zeer gevoelig is geworden, zonder de gevoelens waar heel wat dichters mee paraderen. Niet alleen de ouderen, de doden, maar vooral de jongeren, de levenden. Hun poëzie gaat niet langer mee dan de mode van de dag.
Dat is niet het geval bij Roger de Neef, en om nog een voorbeeld te noemen uit Vlaanderen, een gelijke onder zijn gelijken, Roland Jooris. En uiteraard behoren ook, elk naar zijn bek en trek, Marcel van Maele en Jozef Deleu tot die categorie. Zij beminnen de kale muren, blijven als dichter bewust afstandelijk, maar brengen de lezer tot hogere bewogenheid. Een voorbeeld is het beste bewijs. Op blz. 31 van de eerste cyclus 'Seizoenarbeid', edelachtbare lezer.
FAMILIEFOTO
Hier komt de werkelijkheid
Met haar blote ziekten
Bespiegelingen en begrafenissen
Keer op keer te laat
Iedereen op de foto
Geniet het eeuwige leven
Daarnaast werd hij of zij keurig
En met alle nestwarmte ingelijst.
Beeldmuziek
Bij de presentatie van zijn nieuwste dichtbundel troffen twee zinnen mij zeer: ‘Ik werk hoofdzakelijk met taaltekort en taalmagie.’ en ‘Het woord sticht brand in het beeld dat ons verlicht.’ Op weg naar huis wist ik plots welke muziek ik had gehoord: Miles Davis van vóór 1958. Toch komen de jazzy tonen in Som van Tijd helemaal niet aan bod, zoals dat vaak wel opvallend het geval is in vroegere bundels. Oorlog, van ver of nabij meegemaakt, door de dichter en de lezer, overheerst deze bundel. Vaak via de omweg van beeldende kunstenaars, zoals Munch, Picasso, Goya en Breugel de Oude.
Toch blijft Roger de Neef een jazzdichter van beeldmuziek. Miles Davis zette de grens van de pijn om in breekbare toonheuvels, Roger De Neef doet hetzelfde met zijn zinnen die lijken op geamputeerde ledematen. In de tweede cyclus, 'Som van tijd', ruikt men de wandaden van het bestaan, smaakt men het zuur van de onmacht, hoort men de nagalm van het denken.
ALS
Later als jij me dan leest
Sla je mijn dood over
Want ik spreek met jou
Hier vanuit een hiernamaals
Waarin ik nooit echt heb geloofd.
Vleesregels
Zelfs dood leeft de dichter nog. Dat is het voordeel van elke mens die beter kon schilderen, filmen, componeren, schrijven dan zijn medemens, en daardoor tot kunstenaar werd verheven. Roger de Neef behoort daartoe. Zijn ‘vleesregels’, zoals hij zijn versregels noemt rotten niet weg. Ze bloeien elk jaar opnieuw, of zoals Mallarmé dichtte: ‘Par son chant reflété jusqu’au / Sourire du pâle Vasco.’
Som van tijdis de merkwaardigste, de indringendste bundel die Roger de Neef geschreven heeft. Hoort in elke poëziekast, bij de halfgoden, want één god, de God in welk labo ook gevonden, bestaat nu eenmaal niet.
Guido LAUWAERT
SOM VAN TIJD – Roger de Neef – Poëziecentrum Gent – ISBN 978-90-5655-075-2 - € 19.95 - www.poeziecentrum.be