Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
25 septembre 2014 4 25 /09 /septembre /2014 03:45

 

PAUWELSvecu.jpg

Louis Pauwels in VECU (foto: collectie HFJ)

Vrijdag 22 oktober 1976 was de Franse schrijver Louis Pauwels (1920-1997) te gast. Samen met Jacques Bergier (1912-1978) schreef hij Le Matin des Magiciens (Paris, Gallimard, 1960) en L'Homme éternel (Gallimard, 1970).

In de eerste helft van de jaren zestig werd Le Matin des Magiciens, zeer tot verwondering van de uitgever, een internationale bestseller. Daarbij aansluitend werden Pauwels en Bergier de motoren van het tijdschrift Planète (1961-1968), waarvan het Nederlandse Bres als het ware een spin-off was.

De vaak omstreden Louis Pauwels had toen al heel wat journalistieke watertjes doorzwommen. Als neutrale titel van zijn causerie over de “zogenaamde wereldproblemen van het jaar tweeduizend” koos hij : “Les réponses de l'intelligence aux terreurs de l'an 2000”. Hij schuwde nooit sterke uitspraken en stelde zonder blikken of blozen dat er helemaal geen problemen zijn – of toch wel één: “het blanke ras sterft uit”. Al de rest wordt opgeschroefd tot mythen, terwijl het in werkelijkheid kleine moeilijkheden zijn die in een handomdraai uit de wereld kunnen worden geholpen. “Mits wilskracht en rede zijn alle grote problemen op te lossen” – een stelling die hij staafde aan de hand van een rits Amerikaanse wetenschappers. “Het pessimisme en defaitisme van de westerling is een levensfilosofische crisis die door meer zelfvertrouwen gemakkelijk overwonnen kan worden.”

PAUWELSvecu2.jpg

(Foto: collectie HFJ)

Louis Pauwels was toen al in het vaarwater van de nieuw-rechtse filosoof Alain de Benoist (° 1943), de stichter van GRECE. Kort na zijn lezing in Vecu nam Pauwels' journalistieke carrière een definitieve wending: hij werd hoofdredacteur van het invloedrijke Figaro Magazine. Later werd hij verkozen als lid van de (Franse) Académie des Beaux-Arts en ereburger van zijn geboortestad Gent.

*

Een week later, 29 oktober 1976, werd de tentoonstelling van Paul Snoek geopend, een ietwat heterogene verzameling aquarellen, gouaches en acrylschilderijen. Tony Rombouts bracht verslag in Vecu-Express. Hij stipte aan dat al eerder tentoonstellingen van Pauk Snoek te zien waren, maar dan wel telkens onder een welomlijnd motto: 'Het vliegt' of 'Het zwelt'.

'Zijn huidige tentoonstelling heeft geen kenspreuk meegekregen. De onderwerpen zijn schijnbaar chaotischer gekozen, alhoewel het merendeel wordt bepaald door imaginaire stadsgezichten, Venetiaans aandoende composities, samengesteld met gondelmeerpalen, paleizen, poortjes en trappen, dan weer met Praagse koepels […]. Het zijn vooral algemene indrukken, geladen met een sterk poëtische sfeer, die door hun hyperverfijnde compositie, ondersteund door precies gekozen kleuren, een aangename glimlach van vertedering bij de toeschouwer toveren.'

*

November 1976 werd drukker. Dat is voer voor de volgende gedocumenteerde aflevering...

Henri-Floris JESPERS

(wordt vervolgd)

Partager cet article
Repost0
24 septembre 2014 3 24 /09 /septembre /2014 14:45

 

Susan-Sontag.jpg

Susan Sontag

Naar aanleiding van mijn column ‘ Kitsch, de kunst van de massa. Kunst de kitsch van de elite’ (1) herinnerde Henri-Floris Jespers in Mededelingen van het CDR nr.235 aan het verslag van Het internationaal congres over kitsch en camp, dat aan de Universiteit Antwerpen plaatsvond in 1988. (2) En mederedacteur Luc Pay bezorgde mij het essay Notities over ‘Camp’ van Susan Sontag, een rebelse Grande Dame (1933-2004) van wie ik eveneens haar dagboeken las (3)

CAMP” is een concept dat verwant is met kitsch. Niet zelden worden beide begrippen in hun relatie tot kunst, literatuur, muziek of elk voorwerp met mogelijk een esthetische waarde, door elkaar gebruikt.

Een mens dient ofwel een kunstwerk te zijn, ofwel een kunstwerk aan te hebben.

Oscar Wilde

Voor Susan Sontag is de geschiedenis van de Camp-smaak  deels een geschiedenis van de smaak van de snob. Haar achtenvijftig notities over “Camp” zijn dan ook aan Oscar Wilde, dandy bij uitstek, opgedragen.

Terwijl Kitsch veeleer naar een werk op zich verwijst is Camp “a mode of performance” waarbij zij een onderscheid maakt tussen a "naive and deliberate camp”.

Kitsch, as a form or style, certainly falls under the category "naive camp" as it is unaware that it is tasteless; "deliberate camp", on the other hand, can be seen as a subversive form of kitsch which deliberately exploits the whole notions of what it is to be kitsch’.

De essentie van Camp is de liefde voor het onnatuurlijke’ schrijft Sontag. Het is een bepaalde vorm van estheticisme die niet in termen van schoonheid maar in een bepaalde graad van kunstmatigheid, overdrijving en stilering wordt uitgedrukt waardoor de inhoud wordt verwaarloosd. Camp is zodoende niet geëngageerd, gedepolitiseerd of op zijn minst apolitiek. Het is een cultuuruiting die met kitscherige elementen naar de wereld kijkt, met een stijl vol overmaat, buitenissigheid, met een ernst die tekortschiet en niet ernstig kan genomen worden. Het neutraliseert verontwaardiging en begunstigt speelsheid.

Dank zij Sontags Notes on camp en de vele camp-elementen In de Pop-art, raakte het begrip in de jaren zestig meer bekend. ‘Het ironisch omarmen van massacultuur is kenmerkend voor zowel camp als postmodernisme. Waar het modernisme een ivoren toren van onbegrijpelijke "hogere" kunst creëerde, en volkse cultuuruitingen als minderwaardig werden beschouwd, stelde het postmodernisme een (al te scherpe) grens tussen hoge en lage cultuur ter discussie. Het dwepen met volkscultuur was een logisch gevolg. Omdat deze populaire uitingen met de nodige artistiek / filosofische bijbedoelingen werden omarmd, kunnen we spreken van camp’ zo leert  Wikipedia (4). In de eerste helft van de twintigste eeuw verschijnt het begrip camp in verband met de homoseksuele subcultuur in de VS. Sontag stelt dat niet alleen de homoseksuele esthetische levenswijze de moderne pionierskracht is maar eveneens de Joodse morele ernst. Beiden zijn twee markante, creatieve minderheden in de hedendaagse grootstedelijke cultuur op zoek naar legitimiteit; de Joden in de hoop op maatschappelijke integratie door het bevorderen van het morele bewustzijn, de homoseksuelen door het bevorderen van het esthetisch bewustzijn.

Camp is een verloren gelopen woord, en niet langer gebeiteld in ons geheugen. Misschien een idee voor Mededelingen van het CDR om een nieuwe rubriek te starten.

Frank DE VOS

  1. http://mededelingen.over-blog.com/article-kitsch-de-kunst-van-de-massa-kunst-de-kitsch-van-de-elite-124281073.html

  1. http://mededelingen.over-blog.com/article-mededelingen-van-het-cdr-235-124510102.html

De troeven van kitsch. Subversie en conventie van Renaissance tot postmodernisme, Antwerpen, UIA /Progressef, 1989, 144 p.

  1. Tegen interpretatie, Essays. Susan Sontag. A.W. Bruna & Zoon. Utrecht/Antwerpen 1969, zonder ISBN

Herboren: dagboeken en aantekeningen 1947-1963, Susan Sontag, 334 p.

De Bezige Bij, Amsterdam. ISBN: 978-90-234-2902-9

  1. http://nl.wikipedia.org/wiki/Camp_(cultuuruiting)

Partager cet article
Repost0
23 septembre 2014 2 23 /09 /septembre /2014 21:56

 

Tekening-MDD--Japans-abstract-11--Scheirs-2014.JPG

Cover: Jan Scheirs (uit de reeks Japans abstract, 2014)

De elektronische editie werd vanochtend gemaild. De abonnees die de voorkeur geven aan de papieren editie krijgen die normaliter morgen in de bus.

De postume dichtbundel van performer Soetkin Soethoudt a.k.a. Medusa SuSu; de nieuwe bundel van Yannick Dangre, van Roger de Neef en van Frank De Vos, het debuut van prof. em. dr. Joris Gerits als dichter; tentoonstellingen van Guy Baekelmans, Patrick Conrad, Marcel van Maele (†), Hedwig Pauwels en Ron Scherpenisse; de nieuwe roman van Luc Boudens; Vorm & Visie, de lang verwachte geschiedenis van de concrete en visuele poëzie in Nederland en Vlaanderen van Renaat Ramon; de thema-aflevering van Gierik & NVT over plagiaat – dat alles wordt gesignaleerd (en in volgende afleveringen grondig besproken). Columns van Frans Depeuter en Guido Lauwaert en, in Bert Bevers' onthullende serie 'De Onbewoond Eilandkeuze van...' komen na Benno Barnard, Hendrik Carette, Benjamin Demeyere, Albert Hagenaars en Ron Scherpenisse nu ook Chrétien Breukers, Roger Nupie en Renaat Ramon aan bod. In de tweede aflevering van Henri-Floris Jespers' feuilleton over de schilder, dichter en kunsthistoricus Marc. Eemans (1907-1998) komen de jaren 1928-1930 aan bod.

Kortom, eens te meer een gevarieerde aflevering.

Proefnummers kunnen aangevraagd worden via hfj@skynet.be

Partager cet article
Repost0
22 septembre 2014 1 22 /09 /septembre /2014 15:59

 

t3-silver.jpg

Ode aan de staaflamp

Een voorstelling die in duisternis begint en in duisternis eindigt. Heel goed, bespaart een hoop elektriciteit. Het oor van de toeschouwer krijgt meer dan het oog. Al zijn de momenten dat er iets te zien valt subtiel, fragiel en subliem. Door de aanwending van het licht uit een staaflamp. Zijn licht is van een verrassende preciesheid om de rand van de depressie en de kant van de verveling in een totaalervaring om te zetten.

De helft van het podium is een vijver. Zonder water leeft niemand wel. Water werkt altijd therapeutisch, zorgt voor rust. Zodra het kan zitten jonge mensen aan de waterkant. Steden doen er alles aan om water prominent aanwezig te laten zijn. Madrid is daar een mooi voorbeeld van. Het is een van de weinige hoofdsteden ter wereld zonder rivier. Maar nergens zoveel fonteinen dan in de stad met drie uitzonderlijke musea binnen loopafstand. En achter het derde een in onbruik geraakt koepelstation genre Antwerpen-Centraal, met vijvers waarin planten, vissen en schildpadden leven.

Het spinnenweb

Het verhaal van de voorstelling doet er weinig toe, in zoverre er een verhaal is. Het is een cluster van gedachten rond een verloren vriend. Ze vormen de draden, om het spinnenweb dat de productie is, in de lucht te houden. De gedachten worden gedacht, klinken zacht uit een klankkast. Slechts eenmaal spreekt de actrice. Op fluistertoon. Het is de zwakte van de voorstelling; de essentie gaat verloren voor wie geen scherp gehoor heeft. Het is opvallend dat voor jonge acteurs [m/v] dictie zo weinig belang heeft in het toneelspel.
Maar de zwakke dictie is geen moordend element. De tekst is dienstbaar aan het beeld en de beweging. Lize Pede als actrice houdt alle krachten klein. Ze blijft geestelijk en lichamelijk binnenhuis, alsof ze last heeft van een winterdepressie. Het dolen door de vijver duwt op die wonde, het licht van de staaflampen is een sonde.

Zwart-witcontrasten

Een spot ontwaakt bijwijlen. Zonder echt wakker te worden. Wat er gezien moet worden blijft vaag. Een schemering kwetst de duisternis niet, voert warmte noch koude aan. Als decor, buiten het water een witte stoel, een witte tafel waarop wat serviesgoed achtergelaten [lijkt]. Het geheel van duisternis en vage figuren doet denken aan de schilder Charles Drybergh. Hij maakte overwegend zwart-witcontrasten. Door op die draad te dansen balanceert Of Paul had er niet moeten zijn tussen popart en ‘de atletiek van het gevoel’, zoals Antonin Artaud de worstelingen van het hart betitelde. Zonder dat het waarschijnlijk de bedoeling was hebben Lize Pede en Tiemen Van Haever als auteur en regisseur de adem van Drybergh en Artaud laten copuleren.
Het effect is een wisselend spel die sterren zoekt, in de vorm van kleine staaflampen die in het water landen. Hun licht versterkt eerder de duisternis dan het te verlichten. De mooie vondst leunt tegen ‘Gebruiksaanwijzing der lyriek’ van Paul van Ostaijen, in het bijzonder een fragment ervan: ‘Gedichten zijn slechts de uiterlike tekenen van de aanwezigheid des dichters, zoals b.v. de inkt in sommige gevallen de inktvis verraadt.’

Poolvos

Deze productie verdient herhaling. Past in de ziel van TAZ. Moet ver van de kermisdrukte van een schouwburg blijven.

augustus14-1564_0051_1.jpg

Zowel Lize Pede als Tiemen van Haver moeten meer kansen krijgen. Samen en afzonderlijk. Onder de hoed van een degelijk, groot gezelschap. Om door te groeien. Zonder al te veel advies. Want onderhuids en gedreven schuilt in hen een frisse lente en een vers geluid ten bate van de nood aan het perpetuum mobile dat het toneel moet zijn en al te weinig is. Beiden zijn geboren voor het theater. Het wordt aangetoond door deze voorstelling. Er is geen moment sprake van gestuntel. De productie draait rond gelijk een poolvos een circumpolaire verspreiding heeft.

Guido LAUWAERT

 

OF PAUL HAD ER NIET MOETEN ZIJN – vrije productie – gezien 21 september 2014 – Theater De Vieze Gasten – info en contact: www.deviezegasten.org

Partager cet article
Repost0
22 septembre 2014 1 22 /09 /septembre /2014 13:57

 

LynnDeBaets.png

Zaterdag 20 september vond in de Sint Rochuskerk te Deurne de uitvaartdienst plaats van Lynn De Baets (19 oktober 1955 – 10 september 2014) echtgenote van dr. Jan Dockx, voorzitter van de “Foundation Veerle Rooms.”

Jack-van-Peer.jpg

Jack van Peer (foto:Frank Ivo van Damme)

In zijn eerbetoon aan Lynn De Baets verwoordde Jack van Peer, voorzitter van de Belgische Exlibrisvereniging Graphia het gevoel van ongeloof, verdriet en verontwaardiging om dit zo vroegtijdig heengaan, dat hij deelt met de talrijke aanwezigen.

Graphia wordt voor de tweede maal in één jaar getroffen. Na het onverwachte heengaan van schatbewaarder Marie-Rose Theunis had Lynn zich spontaan aangeboden om deze voor een vereniging kapitale en vertrouwelijke functie op zich te nemen. Ook in de Foundation V.R. vervulde ze een gelijkaardige rol. Aan de zijde van haar man organiseerde ze feilloos en liefdevol de praktijk, de activiteiten van de Vlaamse Artsenvereniging, de jaarvieringen van de promotiestudenten en dies meer. In haar vrije tijd droeg ze voortdurend bij tot de promotie van de grafiek, niet enkel in de vermelde verenigingen, zij lag ook mee aan de basis van de recente workshops in de gerenommeerde Antwerpse grafiekgalerij “Épreuve d’Artiste.” De lezingen van de Vriendenkring Exlibris in taveerne Rochus werden ook door Lynn bijgewoond als haar schaarse vrije momenten het toelieten. Vanaf morgen zal blijken hoe belangrijk haar rol en bijdrage voor het culturele en gemeenschapsleven aan de basis was.

Joke VAN DEN BRANDT

Partager cet article
Repost0
21 septembre 2014 7 21 /09 /septembre /2014 02:13

 

somvantijd_rogerdeneef.jpg

Cover: Jan Vanriet

De nieuwe dichtbundel van Roger de Neef, Som van tijd, wordt voorgesteld op donderdag 2 oktober om 20 uur in Galerie De Zwarte Panter, Hoogstraat 70-72 te 2000 Antwerpen. Inleiding door de dichter, voordracht door actrice Brechtje Louwaard, muzikale omlijsting door saxofonist / fluitist Ben Sluijs.

Roger de Neef (° 1941) is auteur van enkele kunstmonografieën en een vijftiental verzenbundels. In 1978 werd hij met de Arkprijs van het Vrije Woord onderscheiden en in 1986 met de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Poëzie.

Roger DE NEEF, Som van tijd, Gent, Poëziecentrum, 2014, 95 p., 19,95 €.

YMDangre-potlood.JPGJan Scheirs, Yannick Dangre, 2011

Op donderdag 9 oktober om 20 u wordt in het Auditorium van Bibliotheek Permeke, De Conincklplein 25, 2060 Antwerpen, de nieuwe bundel van Yannick Dangre voorgesteld, Met terugwerkende kracht, een uitgave van De Bezige Bij. Bent Van Looy stelt het boek voor.

Over de poëzie van Dangre, zie op deze blog:

http://mededelingen.over-blog.com/article-y-m-dangre-eerste-druk-debuutbundel-op-een-maand-uitverkocht-67659200.html

http://mededelingen.over-blog.com/article-y-m-dangre-woordenfluisteraar-76830122.html

AAABF 2014 affiche 004 LR

De Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen organiseert voor het eerst een internationale kunstboekenbeurs. In haar statige ruimten in het centrum van Antwerpen bieden meer dan 70 standhouders uit België, Nederland, Duitsland en Frankrijk hun kunstboeken, kunstenaarsboeken, fotoboeken, tentoonstellingscatalogi, tijdschriften en ander artistiek drukwerk aan.

Belangrijk is dat de beurs zich niet enkel richt op verzamelaars van tweedehands en antiquarische publicaties maar ook op liefhebbers van hedendaagse kunstenaarsboeken. Beeldende kunstenaars en kunststudenten stellen er hun materiaal voor. Die interactie van oud & nieuw, van antiquarisch & avant-gardistisch, geeft de Antwerp Academy Art Book Fair  haar unieke profiel en maakt haar tot een mustvoor elke kunst- en boekenliefhebber.

De beurs vindt plaats op zaterdag 18 oktober en is gratis toegankelijk van 10 tot 17 uur.

Bijzonder aanbevolen!

Meer informatie op www.delangezaal.be/antwerp-academy-art-book-fair.

HFJ

Partager cet article
Repost0
20 septembre 2014 6 20 /09 /septembre /2014 14:37

 

Alain-Germoz-en-Renaat-Ramon--foto-Lieve-Terrie-.JPG

Alain Germoz en Renaat Ramon (foto: Lieve Terrie)

Op zo’n onbewoond eiland zou ik me wellicht best op mijn gemak voelen. Ik zou niets meenemen. Dan hoef ik ook geen foto te ensceneren. Het lijkt mij aantrekkelijk te leven zonder ballast – tijdelijk althans. Te leven als een edele wilde.

Overigens was mijn eerste opwelling de Grote Winkler Prins  mee te zeulen – aan de hand daarvan zou ik heel wat kunnen reconstrueren – en het Woordenboek van de Nederlandse Taal words words words

Ik zou natuurlijk ook mijn pas verschenen Geschiedenis van de concrete en visuele poëzie in Nederland en Vlaanderen, Vorm & Visie  kunnen meesmokkelen, want ik heb nog geen tijd gehad om het te lezen. Als handbagage neem ik de aforismen van Alain Germoz.

Omdat we nu toch bezig zijn en ik jullie niet wil ontgoochelen noch de indruk wekken mij er gemakkelijk van af te maken, ga ik nog even door. Zo verscheurend is de keuze overigens niet.

Renaat-1.jpgDe Victory Boogie Woogie van Mondriaan en een pendant daarvan in 5 (vijf) tinten grijs.

Renaat-2.jpg

Een plaat met Duitse romantische liederen, gezongen door Richard Tauber of Joseph Schmidt, voor het geval ik droevig ben, wat overal kan gebeuren, hoewel zelden, en wat free-jazz van Albert Ayler of Fred van Hove (met wie ik in 1986 optrad in het muziektheater De Spiegel in Brugge) naargelang de beschikbaarheid. De negende symfonie van Beethoven heeft in de gegeven omstandigheden weinig zin.

Renaat-3.jpgEn wat de film betreft: laat het wit/zwart zijn. Richard Minne schreef – weliswaar in een geheel andere context – ‘alleen het wit en ’t zwart behield zijn toover’. Laat ik mijn herkomst niet verloochenen: het zal Ansiktet  van Ingmar Bergman zijn en  L’Année dernière à Marienbad  van Alain Resnais. Dat zal niemand verrassen.

 

Renaat Ramon, Brugge

Partager cet article
Repost0
19 septembre 2014 5 19 /09 /septembre /2014 13:41

Op donderdag 2 oktober is het zover. De nieuwe bundel van Frank De Vos, Twijfelaars in bloei, een uitgave van P te Leuven, wordt om 20 uur in Kasteel Sorghvliedt, Marneflaan 3 te Hoboken voorgesteld. Bart Stouten leidt in, Frank De Vos leest voor en Celliccimo o.l.v. Judith Ermert zorgt voor de muzikale omkadering.

JanHendrik-HFHenFrankDeVos.jpg

Frank De Vos (r.) in gesprek met Henri-Floris Jespers en Jan Hendrik van Damme (3 september 2014)

DorpsDichterDoel van 2009 tot 2011, Frank De Vos (° Antwerpen, 1956) is historicus, troubadour, kunstenaar en schrijver. Hij publiceerde onder andere Infiniti (2007), In omstandigheden (2008), Trek de wind niet van de wieken (2009), Excisa  (2010) en Naamvallen in het ontheemde (2012) en is redactielid van Mededelingen van het CDR.

baekelmans3_1_1.jpg

Het FeliXart Museum toont tot 21 december een selectief overzicht van de werken van Guy Baekelmans. Begonnen in 1968 met figuren en vormen in de stijl van Pop art en Hard edge, voerde Guy Baekelmans (° 1940, Berchem) al snel vereenvoudigingen in vorm en kleur door. De evolutie naar het constructivisme ging in de eerste twintig jaar gepaard met een vroege interesse in de Oosterse filosofieën en leidde tot optische en dynamische wisselwerkingen geconstrueerd in het vierkant. Samen met o.a. P. R. de Poortere en Guy Vandenbranden stichtte Guy Baekelmans in 1972 het Internationaal Studie voor Constructieve Kunst. Vanaf de jaren ’80 neemt het belang van het driedimensionale toe met autonome, dikwijls monumentale sculpturen.

Baekelmans-foto.jpg

Er volgt een vrijere expressie vanuit een boeddhistisch universalisme, wat Guy Baekelmans beschrijft als een opening naar onuitputtelijke referenties buiten tijd en ruimte, ontstaan door de interactie tussen de innerlijke microkosmos en de uiterlijke macrokosmos, ondeelbaar en in totale symbiose.

Baekelmans3D.jpg

Over het oeuvre van de kunstenaar schreven Ernest Van Buynder, Frans Boenders en Simon Delobel Een spirituele reis, een ruim overzicht van twee- en driedimensionele werken van Baekelmans. Het boek kwam tot stand dankzij de steun van het Kunstendecreet van de Vlaamse overheid en de Provincie Oost-Vlaanderen. Een spirituele reis wordt voorgesteld (en de tentoonstelling geopend) op zondag 5 oktober om 15u.

Een spirituele reis, Pandora, garengenaaide hardcover, 348 p., 45 €.

FeliXart Museum, 6 Kuikenstraat, B 1620 Drogenbos.

*

Joris Gerits debuteert als dichter met Fuga, een uitgave van Pte te Leuven. De bundel wordt voorgesteld op zaterdag 11 oktober om 20 uur in de Zwarte Panter, Hoogstraat 70 te Antwerpen. Prof. Dirk de Geest leidt in, Joris Gerits leest voor en Guy Kestens (gitaar en luit) zorgt voor muzikale intermezzi.

Joris Gerits (° Vilvoorde, 1943) promoveerde in 1980 tot doctor in de Germaanse filologie op een proefschrift over Hugues C. Pernath. Hij is emeritus hoogleraar moderne Nederlandse letterkunde en taalvaardigheid aan de UA (Universiteit Antwerpen)en was jarenlang voorzitter van het Vlaams Fonds voor de Letteren. Hij is redacteur van Streven  en werkt als literair criticus en essayist mee aan o.a. Poëziekrant, De Leeswolf  en Ons Erfdeel.

GeritsDagboek.jpg

In 2007 publiceerde hij bij Meulenhoff / Manteau het bejubelde dagboek 365.Naar aanleiding zijn emeritaat verscheen in 2008 het huldeboek 365 voetnoten voor Joris Gerits(Revolver), waar ik met volle overtuiging aan meewerkte.

HFJ

Partager cet article
Repost0
18 septembre 2014 4 18 /09 /septembre /2014 23:44

 

JanFabre.jpg

Jan Fabre heeft na de uitgave van zijn theaterteksten er een standje bij op zijn al omvangrijke kunstmarkt. De uitgave van zijn nachtelijke spinsels, al moet dat met een korreltje zout genomen worden. Geen nachtnotitie of het wordt overdag aan een tweede verhoor onderworpen. Of het wordt overdag geschreven om ’s nachts zijn definitieve lijst te krijgen. In de stilte van de werkkamer, al wachtend op een vliegtuig, een trein, vóór of na een voorstelling, of in de eenzaamheid van een hotelkamer met een blik die de stillevens uit de kamers van Edward Hopper in herinnering brengt.

Dat het bij dit Nachtboek niet zal blijven, blijkt uit de ondertitel: 1985-1991. Er staat ons dus nog te wachten, 1992-1998, 1999-2006, 2007-2012, 2012-2018, ….
Zonder inleiding valt Jan Fabre met de deur in huis. Er is ook geen nawoord. De eerste nachtnotitie is geschreven in Antwerpen en dateert van 5 januari 1985: ‘The greatest nation is immagination /  [een tatoeage voor op mijn rug?]’. Een dag later volgt al een tweede, een iets langere. Ze wisselen elkaar af, de korte en de lange. De dagen, pardon, de nachten dat er geen notitie is zijn zeldzaam. Het is dus een omvangrijk boek geworden.


Jans Nachtlast


Fraai uitgeven, dat wel, het boek is een wereldreis langs alle haltes van Jan Fabre, maar geen boek waar je voor gaat zitten. Waar hoort een Nachtboek beter dan op de nachttafel? Voor het slapengaan, of bij een wakker moment, past het Jans nachtlast vast te pakken. Niet geschikt voor het ontwaken. De laatste notitie van het eerste jaar is alweer uit zijn thuisstad en is geschreven op 31 december. Waarschijnlijk far from the madding crowd. Waarschijnlijk, want schrijvers zijn leugenaars, zoals Stefan Hertmans me onlangs zei, en hij kan het weten want hij is een filosoof. ‘Ik haat verplicht feesten. / Voor mij is het elke dag Nieuwjaar. / Mijn seconden duren uren. / Mijn uren duren weken. / Ik feest in de roes van het werk. //'
Soms zijn er meerdere nachtnotities. Zoals op 25 april 1985, de avond voor de première in Antwerpen van De macht der theatrale dwaasheden: ‘Generale repetitie in het Nationale Theater van Gent. Op uitnodiging van Jan Hoet van het Museum van Hedendaagse Kunst in Gent. / [Want gegarandeerd, die conservatieve uilskuikens van het NTG zouden niet op de gedachte komen om mijn werk uit te nodigen.]’


Kettingroker

 
En zo volgt notitie op notitie. Soms zeer gevoelig, verhelderend wat zijn visie op de vermenging van de kunsten betreft, vaak ook vervelend. Of hij een dag dan wel een nacht te veel gerookt heeft, wat heeft de lezer daar nu aan? De rusteloosheid, de onmacht, de twijfel et cetera zitten in de gedachten. Had Jan, een man waar ik als mens en als kunstenaar ontzettend van hou, laat dat duidelijk zijn, de smog eruit gegooid, dan was Nachtboek  een beklijvend historisch boek geworden. Schrijven over roken, zoals Italo Svevo doet in Bekentenissen van Zeno, daar is hij nog mijlenver van verwijderd. In die roman wordt roken geen smog maar wolk.
Met het groeien van de beruchtheid komen er ook namen van beroemde theatermensen aan bod. Murce Cunningham, Eugenius Knapik, Robert Wilson, David Bowie, Gerard Mortier. Ook namen die hem blijvend inspireren passeren de revue, onder meer Fred Astaire. Fabre heeft tevens de schaamten niet geschrapt. Ze worden schaamte met de kleur van een blauwe balpen. ‘Munchen, 1 november 1991 / De tweede voorstelling van Sweet Temptations  verliep zoals te verwachten en niet te voorzien was. / Simpel gezegd, het was een slechte voorstelling. / Fuck it. / Sometimes you have to lose a battle tot win a war. / Welke oorlog? De oorlog in mijn hoofd.’


Impressies


Het Nachtboek  van Jan Fabre is hoogst interessant. Een hoge oplage zal het niet halen. Het feit is er nu eenmaal dat voor bepaalde kunstenaars de massa uitloopt n.a.v. een kunstwerk, een voorstelling… maar niet voor zijn filosofieën, omgezet in, zoals in dit boek, impressies, gepresenteerd als nachtgedachten. Wat jammer is. Juist door de impressies, ze mondjesmaat consumeren, over weken of maanden gespreid, begrijp je sneller en beter de drift van de kunstenaar.
Op de laatste bladzijde [345] verblindt die drift het leesgevoel, op het brandende af. Twee van de vier nachtgedachten [waarvan de tweede een variante is op een beroemde versregel van Lucebert]:
‘Antwerpen, 26 december 1991 / Op bezoek bij mijn familie / is een antieke tragedie geworden. / Het is voor ieder tijdperk / en voor elk publiek. / [De hoogste kunstzinnige pretenties met een muzikale en historische vorming. En ook de meest gewone ontvankelijkheid van het hart.]’ – Antwerpen, 31 december 1991 / Alle echte schoonheid / is onhandig.’


Guido LAUWAERT

 

NACHTBOEK – Jan Fabre – De Bezige Bij Antwerpen – ISBN ISBN 978 90 8542 589 2 -

€ 22,50

Partager cet article
Repost0
18 septembre 2014 4 18 /09 /septembre /2014 15:19

 

Verboden-te-roken.jpg

 

De gezondheidsautoriteiten van de staat New York willen dat kinderen geen films meer te zien krijgen waarin wordt gerookt. Volgens ene Richard Daines worden kinderen namelijk sterk beïnvloed als ze iemand op het witte doek een sigaret op zien steken. De helft van de nieuwe rokers raakt volgens hem op die manier verslaafd. Voortaan worden films waarin wordt gerookt automatisch verboden voor jongeren onder 18 jaar. Wat een bende hypocrieten ginder. Ze staan op hun achterste poten wanneer er een blote tepel op televisie verschijnt. Ze schikken zich in het verbieden van films waarin wordt gerookt, maar koesteren tegelijkertijd het grondrecht op wapenbezit. Moet je het gros van de Hollywood-films niet verbieden omdat kinderen daardoor gaan denken dat het normaal is om in een auto met een snelheid van 180 kilometer per uur achter een wagen die 181 rijdt aan te zitten? Moet je elke film waarin geweld wordt gebruikt (Amerikaanse kinderen hebben via tv en cinema op hun tiende al honderden moorden gezien) dan ook niet verbieden voor de jeugd? Want ik geloof best dat zien roken doet roken. Maar wanneer je suggereert dat zien doden doet doden (ooit opgemerkt hoeveel schietpartijen op scholen er in de Verenigde Staten van Noord-Amerika plaatsvinden?) vloek je in de kerk. Het komt daar nooit meer goed….

Bert BEVERS

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche