Overblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
11 janvier 2012 3 11 /01 /janvier /2012 10:00

 

Carel-Van-Manderstraat--foto-Bert-Bevers-.JPG

Foto: © Bert Bevers

 

Wilt yemandt rechte wijsheyt leeren,

Nae des Heeren woordt voorwaer,

Die moet het goet altijts vermeeren,

End' hem bekeeren van zonden swaer,

Want dat is wijshede,

Die hier in Gods vrede

Wandelt op elck termijn,

Als wijnrancxkens becleven,

Niet meer in zonden leven,

Van men herboren zijn.


Carel-Van-Mander.jpg

Carel van Mander (1548-1606)

 

Opmerking: de Carel van Manderstraat heeft momenteel nergens een naambordje

Partager cet article
Repost0
10 janvier 2012 2 10 /01 /janvier /2012 12:00

GierikBrugge.jpg

Voorplat: Renaat Ramon.

Brugge behoort tot die enkele verdroomde steden die naar het einde van de XIXde eeuw de verbeelding van de estheten bevolken. Laat-romantische, symbolistische, decadente motieven bij uitstek: sluimerende steden en stille wateren, heimwee naar het verleden, melancholisch verzet tegen de vulgariteit van de om zich heen grijpende industriële en mercantilistische samenleving...

Brugge die scoone, 'le jamais banal Bruges' (Mallarmé), 'De verlaten stad' (Fernand Khnopff) die Paul Joostrens obsedeerde, staat centraal in de 113de aflevering van Gierik & NVT.

In zijn bevlogen essay 'Beeldschoon, maar ook een randgeval' is Kurt Van Eeghem (°1952) niet mals voor de stedenbouwkundige ontwikkeling van zijn geboortestad.

[…] Nadat de oude stad alle randgemeenten had opgeslokt tijdens de grote fusiegolf van 1977, trad de perverse regel in werking: 'alle aandacht voor de oude stad, alleen maar' rommelen in de rest'.

Het oude centrum van Brugge is beeldschoon, wellicht het mooiste stedelijke patrimonium van het land. […] Het nieuwe Brugge is walgelijk.' […] Zo trots de Bruggeling over zijn binnenstad mag zijn, zo beschaamd moet hij wezen over zijn randgemeenten […], de banaalste stukjes stedelijk weefsel ten westen van de Chinese muur.

BRUGGEjoostensTwee.jpg

Paul Joostens, Brugge, 1929/1950, olie op doek, 80 x 70

Van Eeghem beperkt zich niet tot vlijmscherpe kritiek: hij besluit zijn essay met een gloedvol pleidooi voor een optimistische toekomstvisie, waarbij hij concrete suggesties formuleert. Het komt erop aan zowel 'Bruges-la-morte' te koesteren als 'Bruges-la-vivante' op te waarderen. In de binnenstad (zowat 20.000 inwoners) mag niets veranderen. ('U hoort hete goed, niets. Blijf alert bij het verleggen van elke tegel in pakweg de Katelijnestraat'). Daartegenover is het zonder meer imperatief zich voluit te concentreren op de grote, brede rand, de stenen woestijn waar 200.000 Bruggelingen wonen, aldus Kurt Van Eeghem.

*

Het Concertgebouw en de hedendaagse architectuur in het perspectief van Brugge culturele hoofdstad 2002 worden doorgelicht door Jaak Fontier (°1927), die tevens een gesprek over de tentoonstellingen in het Cultuurcentrum Brugge met Michel Dewilde voert.

Het jaarlijkse Cactusfestival werd uitgeroepen tot beste kleinschalig Europees muziekfestival. Jan Bonneure (°, medestichter en bezieler van het festival, schetst de geschiedenis van Cactus, als 'café met inhoud en muziekcentrum'.

Henri-Floris JESPERS

(wordt vervolgd)

Gierik & Nieuw Vlaams Tijdschrift, jg. XXIX, winternummer 2011, nr. 4, 107 p., ill. Redactie: Guy Commerman, Kruishofstraat 144/98, B 2020 Antwerpen.

E-mail: guycommerman@skynet.be

www.gierik-nvt.be

Abonnement (4 nrs., inclusief portokosten): België: 25 € EU: 35 €; Andere landen: 40 € . Losse nrs. (incl. port): België: 7 €; EU: 11 €; Andere landen: 12 €.

Rekening België: 068-2237695-29 van Gierik & NVT; buitenland: IBAN BE26-0682-2376-9529 BIC-code GKCC BB

Partager cet article
Repost0
10 janvier 2012 2 10 /01 /janvier /2012 01:00

 

Gerard Walschapstraat (© Bert Bevers)-copie-1

Foto: © Bert Bevers

 

Toen ik gaan moest door duistere straten

en door modder en tierend tempeest...

al de menschen met marmergelaten

en zoovele gelaten verbeest...

 

Oh in helderder uren en dagen

als uw lach in mijn aangezicht lichtt',

ik droeg dan niet meer wat ik drage

't was uw lach die mijn lasten verlicht.

 

Moge uw lach, die mijn licht is, niet wijken

uit den eenzamen gang dien ik ga;

moet er al wat nog niet bezweek om bezwijken

ik geef het u, neem het me, sla!

 

Ach, ik wacht u zoo, zie, zonder klagen

zoo Gij zelf wacht in de eenzame kerk...

ik draag weer eentonige vlagen

als vreugdlooze kinderen...en werk.


Walschap.Coll.-L-jpg

Gerard Walschap (1898-1989). Collectie Letterenhuis.

Partager cet article
Repost0
9 janvier 2012 1 09 /01 /janvier /2012 01:00

 

Michiel-de-Swaenstraat.JPG

Foto: © Bert Bevers

 

Aen den Heer van Heel

 

Wat claegt gy, heer van Heel, wat doet gy Hollant treuren,

Omdat een wilde Swaen syn kust verlaten heeft?

De Swaen, met een meerder recht, tot rouwe sigh begeeft,

Nu een soo soet verblyf niet meer hem magh gebeuren.

 

O Hollant ! vreedsaem lant, waerin de vryheyt leeft,

Wat socht ik die vergeefs by uwe nagebueren,

Waer Frans en Castiliaen de rust en vrede schueren,

Waar't hooft der borgery voor vreemde heeren beeft...

 

O had ik, lieve Lant, in uw begryp gebleven,

Hoe vroylyk wiert myn stem tot singen voorts gedreven,

Of aen de Rotte-stroom, of midden op de Maes!

 

Nu leef ik in een oort waer vreughde is uytgeweken;

Myn spys is bittre gal, myn sang... Eylaes! Eylaes!

Och! Och! waer heb ik my, misleyde Swaen, versteken!’


Michiel-De-Swaen.jpg

Michiel De Swaen (1654-1707)

Partager cet article
Repost0
8 janvier 2012 7 08 /01 /janvier /2012 21:31

Ik herinner me levendig hoezeer ik getroffen werd door de eerste gedichten van Mark van Tongele (°1956), die ik in typoscript las. Kort daarop – zowat een kwart eeuw geleden – hadden we enkele intense gesprekken bij mij thuis, waarbij de te verwachten invloed van nieuwe, elektronische technologieën op de poëtica ruim aan bod kwamen. Het bleek dat we een gemeenschappelijke vriend hadden, Jaak Brouwers. Van Tongele voerde toen al een briefwisseling met Hedwig Speliers, die nu in Poëziekrant aandacht vraagt voor Ademruis (Amsterdam, Atlas, 2011, 64 p.), de jongste bundel van Mark van Tongele (die ik nog niet gelezen heb).

Speliers citeert het vers 'de kunst van het uitblinken in de cultus van het dagdagelijkse'.

Dit is de kern van zijn dichterschap en het lukt hem telkens weer om de banaliteit van het dagdagelijkse te debanaliseren, om het wonder van de epifanie te voltrekken en door zin poëtische spel aan de aardse zwaartekracht te ontsnappen.

De bundel werd niet gethematiseerd of gestructureerd:

Het wonder van het dagdagelijkse moet je van gedicht tot gedicht ervaren. Klank, klankverschuivingen, neologismen, taalvondsten vormen op zich de structurele ruggengraat van zijn bundel waarin hij door zijn leven wandelt.

VanTongele-copie-1.jpg

Het is mij een raadsel waarom de poëzie van Mark van Tongele nog altijd niet echt de aandacht krijgt die hij ten volle verdient, ondanks de publicatie van de verbluffende verzamelbundel Gedichten (Tielt, Lannoo/Atlas, 2005, 437 p.). Die voorbeeldig uitgegeven bundel bevat niet alleen een gedegen voorwoord van Yves T'Sjoen, een bibliografie, maar bovendien ook een nawoord van de dichter.

JanDeRoekFlanders.jpg

In de spraakmakende bloemlezing Hotel New Flandres (Gent, Poëziecentrum, 2008, 752 p.) kreeg kreeg de poëzie van Jan de Roek (1941-1971) eindelijk de aandacht die ze ruimschoots verdient. De nagedachtenis van Jan de Roek leefde vooral zoniet uitsluitend in het geheugen van zijn vrienden. Zowat drie decennia lang kreeg zijn oeuvre haast geen aandacht, laat staan erkenning. Door bloemlezers (ook door zijn vriend Eddy van Vliet, 1942-2002) werd het steevast geïgnoreerd. Het was net of de dichter, roerlozer nog dan onder een grafzerk, voorgoed begraven lag onder de haast vijfhonderd dichtbedrukte bladzijden van zijn postuum verzameld werk. Ook de scherpste en meest vooringenomen critici van Hotel New Flandres – en dat waren er heel wat... – erkenden unaniem dat De Roeks poëzie 'een revelatie' is. Dat was de aanleiding om een literaire avond te organiseren in Het Goudblommeke in papier in Brussel waar, op 4 maart 2009 , Kris Kenis gedichten van Jan de Roek las. Getuigenissen werden gebracht door Frank de Crits, Clara Haesaert, Freddi Smekens, Lucienne Stassaert en Rody Vanrijkel.

Tot besluit van haar herinneringen aan Jan de Roek drukte Lucienne Stassaert de hoop uit 'dat een of andere verlichte uitgever weldra bereid zal zijn om een nieuwe uitgave te verzorgen van zijn verzameld werk'.

Peter Bormans bespreekt Ik ben de overlevende (Brussel, VUBpress, 2011, 240 p., 2 cd's), de pas verschenen bloemlezing uit het werk van Jan de Roek. In de inleiding van Hans Vandevoorde wordt het belang van de dichter stevig beargumenteerd. Over de keuze, het aantekeningenapparaat en de editieverantwoording kan wel wat detailkritiek gevoerd worden, maar dat is bijkomstig. Hoofdzaak is dat het oeuvre van Jan de Roek opnieuw onder de aandacht gebracht wordt. Meer daarover in een volgende papieren- en PDF- van de Mededelingen van het CDR.

*

Hier werd al bij herhaling de aandacht gevestigd op Jan de Roek. Belangstellenden dienen gewoon zijn naam in te tikken in de rubriek 'Recherche' (kolom rechts).

*

In de toppers van Knack.be prijken vier dichters (w.o. Carette en Van Tongele). Het is wel opmerkelijk, aldus criticus Philip Hoorne, dat de gemiddelde leeftijd van de vier dichters boven de 55 ligt. (Cf. de blog van 31 december.) Dat valt nog mee: de gemiddelde leeftijd van de vier levende Vlaamse dichters die ruim aan bod komen in Poëziekrant is... 68 jaar.

Henri-Floris JESPERS

 

Poëziekrant, Het Toreken , Vrijdagmarkt 36, B 9000 Gent.

Abonnement: België: 38 €; Nederland en EU-landen: 44 €; Andere; 60 €.

Rekeningen

België

OBK-Bank: 123-6100457-66

IBAN: BE 07 1236 1004 5766

BIC: OBKBBE99

Nederland

RABOBANK: 10.12.06.232

IBAN: NL 45 RABO 0101 2062 32

BIC: RABONL2U

Los nummer: België: 7 € (exclusief verzendkosten); 10 € (inclusief verzendkosten); Nederland en EU-landen: 12 € (inclusief verzendkosten); Andere landen: 14 € (inclusief verzendkosten).

Partager cet article
Repost0
8 janvier 2012 7 08 /01 /janvier /2012 01:00

 

Alice-Nahonstraat--c-Bert-Bevers-.JPG

Foto: © Bert Bevers


De mensen doen hun masker af,
hun mooie-spelen moe-gedaan,
och arme, zij die levenslang
gemaskerd gaan.

Gemaskerd door hun eigen trots,
vergulde lach of kranke lust.
Zij krijgen van geen enkle dag
wat avondrust.

Ze gaan, 'lijk zwervers, altijd door
langs dageraad en avondrood;
ze vinden nergens 't eigen huis
dan in de dood.


Alice-Nahon--collectie-Letterenhuis-.jpg

Alice Nahon (1896-1933). Collectie Letterenhuis

Partager cet article
Repost0
7 janvier 2012 6 07 /01 /janvier /2012 12:00

 

LuciennePoeziekrant.jpg

Alfred de Vigny had zijn ivoren toren, Hedwig Speliers (°1935) geniet van zijn bel-etage. Hij tekent nu voor de redactionele begeleiding van de Bel-etagereeks van uitgeverij Poëziecentrum, waarin jonge, talentvolle dichters een kans krijgen.

'Het moet je plezieren dat een reeks genoemd is naar een van je bundels én naar je woning hier in Oostende', suggereert interviewer Jooris van Hulle.

Er zit ook een diepere betekenis achter de naamgeving. Ik hou van poëzie die van de straat is opgelicht. Als ik hier in mijn bel-etage zit, kijk ik van boven naar beneden. Dat heeft niets te maken met verachting, maar met het krijgen van een overzicht en het verlangen te ontstijgen aan de begane grond, die voor mij staat voor banaliteit. [...]

Er zijn heel wat dichters die goede gedichten schrijven, maar daarom nog geen goede dichters zijn. Er is heel wat jong talent aanwezig, maar vaak willen die er te vlug komen en geven ze toe aan de waan van de dag. Gelukkig zijn er uitzonderingen.

Tot de uitzonderingen rekent hij alvast Inge Braeckman (haar bundel Incantaties werd hier lovend besproken door Guido Lauwaert, zie de blog van 29 december 2011).

Speliers vestigt heel bewust de aandacht op de ontstaans- en publicatiegeschiedenis van de bundels. Hij verwijst wat graag naar de thematische intertekstualiteit in zijn werk. Daardoor benadrukt hij ten overvloede dat 'het dichten inderdaad ook een intellectuele bezigheid zijn'.

Als dichter zie ik het zo: je ziel zingt, je intellect spreekt. […]

Ik voel al te vaak de poëzie wegglijden van de kennis en alleen nog beschrijving worden van kleine, werkelijke dingetjes uit de directe omgeving. De bloedarmoede van zoveel actuele poëzie...

Net als Speliers wordt ook Hendrik Carette (°1946) door Jooris van Hulle geportretteerd in Iedereen is van ergens (Antwerpen/Utrecht, Houtekiet, 2011). Net als Speliers geeft hij kwistig informatie over de inspiratiebronnen van zijn werk, aantekeningen gedicht per gedicht. Carette is een literaire omnivoor die graag koketteert met zijn dilettantische belezenheid (dilettantisch in de primaire, positieve Franse betekenis des woords) In tegenstelling tot Speliers staat hij echter wantrouwig tegenover al te veel denkwerk. Hij stelde al eerder: 'Een dichter moet het verstand op het vriespunt houden, zoniet dreigt het gedicht – onder het gewicht van het denkwerk – in al zijn voegen te kraken en te begeven'. In het gesprek met Sofie Rycken gaat hij daar verder op in:

Je hebt dichters waarvan de gedichten kreunen, knarsen en bezwijken onder hun denken. Daar kan ik mij niet in vinden. […] Wanneer een dichter te diep onder het vriespunt gaat, bevriezen zijn verzen, zoals bij Claude van de Berge. Maar wie er te hoog boven gaat, slaat de bal ook mis.

Op vraag van de interviewster gaat Carette gaat ook in op zijn gedicht over Joke van Leeuwen, 'Een niet zo geniale en niet zo geestige dichteres':

Ja, laat haar maar leuk haar ding dong doen,

zolang ik maar niet hoef en zij niet jokt en lokt en ik niet moet geeuwen.

Sofie Rycken, kennelijk een begaafde interviewster, weet Carette te bewegen tot enkele eenvoudige maar niet minder revelerende uitspraken:

Ik ben geen jaloerse dichter, ik gun anderen hun succes. Maar ik heb me – al dan niet terecht – altijd een beetje miskend en onderschat gevoeld. We leven in een beeldcultuur: wie als dichter niet op televisie komt of op een podium gaat voorlezen, bestaat bijna niet. […] Maar een tiental van mijn gedichten zal de tand des tijds wel weerstaan.

De rechttoe rechtaan uitspraken van Carette (waar ik mij meer dan eens aan erger, dat is hier al vaker gebleken) zijn mij liever dan het veelal zalvende, prekerige pedagogisch discours van Speliers...

Henri-Floris JESPERS

Poëziekrant, Het Toreken , Vrijdagmarkt 36, B 9000 Gent.

Abonnement: België: 38 €; Nederland en EU-landen: 44 €; Andere; 60 €.

Rekeningen

België

OBK-Bank: 123-6100457-66

IBAN: BE 07 1236 1004 5766

BIC: OBKBBE99

Nederland

RABOBANK: 10.12.06.232

IBAN: NL 45 RABO 0101 2062 32

BIC: RABONL2U

Los nummer: België: 7 € (exclusief verzendkosten); 10 € (inclusief verzendkosten); Nederland en EU-landen: 12 € (inclusief verzendkosten); Andere landen: 14 € (inclusief verzendkosten).

Partager cet article
Repost0
7 janvier 2012 6 07 /01 /janvier /2012 01:00

Emile-Verhaerenlaan--c-Bert-Bevers-.JPG

Foto: © Bert Bevers

 

 Temps gris 

 

La Mer du Nord n'est elle-même

Qu'aux jours rugueux d'hiver,

Quand ses vagues, à l'infini sont blêmes

Et ses sables, jusqu'au printemps, déserts.


 

Toute sa patience avide et sourde

Travaille alors à son énormité

D'embruns compacts, de vagues lourdes

Et de mornes clartés.


 

Si, vers midi, les cieux noirs se dérident,

L'instant vite s'enfuit, l'instant vermeil

Où se traîne, sur les grèves torpides,

L'or fatigué des vieux soleils.


 

Et l'ombre, à coups de lumière éventrée,

Se referme, sitôt que l'horizon hagard

Soulève, avec les blocs de sa marée,

Les flux montants de ses brouillards.


 

Et la mer, boudeuse et vomissant l'écume,

Recommence sa lutte et ses combats,

Engloutissant, derrière un mur de brumes,

Tant de voiles qu'on ne voit pas.


Emile-V-jpg Emile Verhaeren (1855-1916)

Partager cet article
Repost0
6 janvier 2012 5 06 /01 /janvier /2012 20:23

 

LucienneKat.jpg

In Zuurvrij trof ik Jef Scheirs, Pernath en Snoek, Jaak Brouwers, Jan Berghmans en Lambert Jageneau. Vandaag valt Poëziekrant in de bus en, ja, opnieuw de schok der herkenning... Met alle de vijf dichters aan wie een geïllustreerd artikel gewijd wordt, deel ik een gemeenschappelijk verleden.

Hedwig Speliers zag ik voor de laatste keer zowat 40 jaar geleden. Dat was in Roeselaere. Clara Haesaert had ons net gerecruteerd als medewerkers aan het prille weekblad Knack. (Mijn eerste bijdrage, verschenen op 3 augustus 1971, handelde over André Malraux.) Ik bleef de publicaties van Speliers aandachtig volgen, vooral dan zijn essayistisch werk. Over mijn vriend Jan de Roek heb ik veel gepubliceerd. Lucienne Stassaert is al meer dan vier decennia een permanente aanwezigheid. Aan de diepgravende gesprekken bij mij thuis met de toen debuterende Mark van Tongele koester ik een levendige herinnering. Hendrik Carette ontmoette ik in Brugge in de tweede helft van de jaren zestig. We maakten samen de gouden jaren van uitgeverij Contramine mee. Hendrik was mijn assistent op het kabinet van minister Hugo Schiltz en is een gewaardeerde medewerker van het CDR.

*

Anneleen de Coux peilt naar de relatie tussen het beeldend werk en de poëzie van Lucienne Stassaert, 'haar plaats in de Nederlandse letteren én in de wereld, de dichters die haar hebben beïnvloed, transcendentie en mysterie in haar gedicht, leven en dood, de relatie tussen stijl en thema's'.

'Ik ben eigenlijk een mislukte mystica', bekent Stassaert. 'De godsidee komt wel voor en heeft aan belang gewonnen. Vroeger was het echt: afstoten. Nu is het een stil gevecht op de achtergrond, zonder een idee van wie er gewonnen heeft.'

Ik ken het werk van Anneleen de Coux nauwelijks, maar zij ontpopt zich hier alleszins als een interviewster die beslagen ten ijs gaat. Dat was mij al eerder opgevallen bij de lezing van haar gesprekken met Erik Spinoy in Poëziekrant en met Roger de Neef in Deus ex Machina. In Mededelingen van het CDR (nr. 41, 1 februari 2005, p. 12) signaleerde ik destijds haar vlijmscherpe kritiek op de poëzie van Luuk Gruwez, een bijdrage naar mijn hart.

Henri-Floris JESPERS

(wordt vervolgd)

Poëziekrant, Het Toreken , Vrijdagmarkt 36, B 9000 Gent.

Abonnement: België: 38 €; Nederland en EU-landen: 44 €; Andere; 60 €.

Rekeningen

België

OBK-Bank: 123-6100457-66

IBAN: BE 07 1236 1004 5766

BIC: OBKBBE99

Nederland

RABOBANK: 10.12.06.232

IBAN: NL 45 RABO 0101 2062 32

BIC: RABONL2U

Los nummer: België: 7 € (exclusief verzendkosten); 10 € (inclusief verzendkosten); Nederland en EU-landen: 12 € (inclusief verzendkosten); Andere landen: 14 € (inclusief verzendkosten).

Partager cet article
Repost0
6 janvier 2012 5 06 /01 /janvier /2012 14:00

Op 15 maart 2012 zou Louis Paul Boon honderd jaar zijn geworden. Naar aanleiding van het eeuwfeest publiceren Kris Humbeeck & Britt Kennis in Zuurvrij een boeiend portret van Boon bijdrage: 'Villa Insengrimus'.

Hoogtepunt van het het rijkelijk gevuld Boonjaar dat ons te wachten staat, is de dubbeltentoonstelling Louis Paul Boon 1912-2012 in het Stedelijk Museum te Aalst en en in het Letterenhuis te Antwerpen. Aalst richt zich op de (literaire) rebellen van Boon, met als centrale figuren Jan de Lichte, priester Adolf Daens en de Geuzen. Het Letterenhuis belicht Boons werk en leven aan de hand van zijn verschillende woningen.

BoelvaarVervisch.jpgBoelvaar Poef, het tijdschrift van het LP Boon-Genootschap, uitgegeven door de stichting Insegrimus te Utrecht (dat hier al bij herhaling ter sprake kwam), brengt in elke aflevering lezenswaardige bijdragen, niet alleen over Boon, maar ook rond Boon. Zo brengt Willem M. Roggeman (°1935) in het september-nummer (jg. XI, nr. 2) een portfolio in kleuren met interview van Godfried Vervisch (°1930), 'een autobiografische schilder'. Nog minder relevant voor de Boon-studie is Roggemans overzichtelijke bijdrage over 'Tone Brulin, Boon en Tijd en Mens', die op zich zeker niet baanbrekend is, maar als 'kapstok' dient voor de publicatie van een in alle opzichten revelerend gedicht van de onvolprezen theatermaker Tone Brulin (°1926). Kathy de Nève (°1964) legt het gesprek vast dat ze enkele jaren voerde met de geëngageerde dichter Willie Verhegghe (°1947). Eerder publiceerde ze al in Boelvaar Poef  en in Gierik/NVT interviews met personen die Boon goed gekend hebben.

Wim de Poorter (°1939) schetst de geschiedenis van de editie van de Boontjes, een project dat na publicatie van acht delen (tien delen wachten nog op uitgave) tot stilstand kwam en oppert daarbij verklaringen voor de mislukking.

BoelvaarElsschot.jpgDe bijdrage van Koen Rymenants (°1977) over de kunstopvatting van Willem Elsschot is ongetwijfeld het koninginnenstuk van de jongste aflevering (jg. XI, nr. 3/4), geheel gewijd aan Elsschot, 'in het algemeen beschouw als de ontdekker van de schrijver Louis Paul Boon', zo staat toch te lezen in het redactioneel. Hans Vandevoorde (°1960) en Jos Muyres (°1957) focussen op resp. Villa des Rosesen De verlossing, Wieneke 't Hoen (°1967) behandelt 'De opkomst en ondergang van Boorman en Laarmans', Fabian Stolk (°1958) bijt zich vast in 'Frans Laarmans' coming of age'. Willem M. Roggeman brengt een informatieve en voorbeeldig geïllustreerde bijdrage over sculpteur Wilfried Pas (°1940).

IIsengrimus-prijswinnaar Julien Weverbergh (°1930) wordt gehuldigd door Walter van den Broeck (°1941).

HFJ

 

 

Zuurvrij 21, december 2011. Een uitgave van het Letterenhuis, Antwerpen. 111 p., ill. Een abonnement op Zuurvrij voor 2 jaargangen van telkens 2 nummers bedraagt 20 €, IBAN BE90 7330 0831 3132 BIC KREDBEBB onder vermelding van uw naam, adres en 'Zuurvrij 2011-2012. Losse nummers t/m nr. 19: 4 € (5-17 en 19 nog leverbaar); vanaf nr. 20: 6 €.

Rebellen, Stadsmuseum Aalst, 17 maart t/m 23 september.

Villa Isengrimus, Letterenhuis Antwerpen, 18 maart t/m 4 november.

Boelvaar Poef, jg. XI, nr. 2, september 2011, 96 p., ill.; jg. XI, nr. 3/4, 126 p., ill. Jaarabonnement: 45 €. Los nummer: 10 €. Dubbelnummer: 12,50 €. Waar storten? Vraagteken, inderdaad. Laconiek wordt het rekeningnummer vermeld van het Louis Paul Boon Genootschap: 068-2004947-81.

Partager cet article
Repost0

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche