Bart Mesotten (°1923) is licentiaat theologie en klassieke filologie. Als publicist maakte hij zich vooral verdienstelijk inzake de Japanse versvorm haikoe, waarvan hij de productiefste promotor is geweest in Vlaanderen. Het is in dat verband dat ik hem in de jaren tachtig dankzij Clara Haesaert leerde kennen.
Bart Mesotten zoals ik hem destijds leerde kennen
De laatste decennia publiceert hij vooral over etymologie. Valse profeten (2007) werd beknopt gesignaleerd in Mededelingen van het CDR (nr. 102, 30 september 2007, p. 26), waarin ook een grondige bespreking van Rari nantes. Honderden Griekse en Latijnse gevleugelde uitdrukkingen, afkortingen, voor- en achtervoegsels te gast in het Nederlands (2009) van de hand van Luc Pay verscheen (nr. 160, 30 juni 2010, pp. 2-4); de integrale tekst kan hier geraadpleegd worden: http://mededelingen.over-blog.com/article-luc-pay-over-bart-mesotten-en-zijn-rari-nantes-52900169.html
Met Valse profeten(2007) bracht Bart Mesotten een nieuwsoortig woordenboek met ‘honderden Bijbelse woorden en uitdrukkingen’ die, zoals hij zegt, ‘te gast zijn in het Nederlands’. Daarmee bedoelt Mesotten dat deze in onze taal zijn onthaald en opgenomen en er een eigen leven zijn gaan leiden. Het gaat om gezegden die uit de Bijbel komen, dus eigenlijk Bijbeltaal zijn, ofschoon we dit vaak niet (meer) onderkennen. Bart Mesotten laat zien hoe de Bijbel onze taal (en ook tal van andere talen) heeft verrijkt met woorden, begrippen en uitdrukkingen, zelfs spreekwoorden. Hij doet dit, zoals in zijn vorige boek, in alfabetische volgorde. Telkens geeft hij hierbij de vindplaatsen, de tekst en context van deze woorden en gezegden in de Bijbel, omschrijft hun oorspronkelijke Bijbelse betekenis en volgt daarna hun latere aanwendingen en nieuwe inhoud en betekenissen.
In Schakel, hetJaarboek van het Sint-Michielscollege te Brasschaat(jg. 59, 2007, pp. 196-197) wijdde Luc Pay een grondige bespreking aan Valse profeten. Het leek ons zinvol een door de auteur lichtjes herziene versie hier on-line te publiceren.
■
Bart Mesotten en Luc Pay
Valse profeten
Op zaterdag 13 oktober 2007 werd in de abdij van Averbode het tweede lexicon van Bart Mesotten o. praem. voorgesteld: Valse profeten. Honderden Bijbelse woorden en uitdrukkingen te gast in het Nederlands.
Norbertijn Bart Mesotten werd geboren in 1923 te Diepenbeek, behaalde zijn licenties in de theologie (Rome) en de klassieke filologie (Leuven) en gaf les aan het Sint-Michielscollege van 1954 tot 1969; daarna werd hij rector van de zusters van Overijse-Mechelen. Ik waag mij niet aan een volledige bibliografie van zijn werk en verwijs de lezer daarvoor resoluut naar bibliotheken en (met enige voorzichtigheid) naar het internet; een summiere suggestie moge volstaan.
Pater Mesotten was hoofdredacteur van Schakel. Jaarboek van het Sint-Michielscollege van Brasschaat van 1957 tot 1968. Nog afgezien van zijn beslissende en blijvende invloed op dat jaarboek vindt de lezer er talloze bijdragen van zijn hand rond literatuur, muziek, cultuur, naast eigen creatief werk (b.v. in de jaargangen 1955 en 1971).
Maar Mesotten is natuurlijk de man die in Vlaanderen de Japanse dichtvorm ‘haikoe’ introduceerde en bij een ruim publiek bekend en geliefd maakte. Naast eigen dichtwerk in dit genre publiceerde hij rond haikoe (en verwante dichtvormen) twee standaardwerken: Haikoe-boek (Pelckmans, 1986) en Duizend kolibries (SintJoris, 1993), met daarbij, eveneens bij Pelckmans, Een verre vogel (1998) en Boven de wolken (2003). Hij stichtte het ‘Haikoe-centrum Vlaanderen’ (1976) en richtte het haikoe-tijdschrift Vuursteen op (1980). Tot in Japan zelf geniet Mesotten met het werk in dit genre een grote faam; in 2000 ontving hij daar zelfs een prestigieuze Japanse literaire prijs voor. Daarnaast publiceerde hij ‘gewone’, eigen poëzie, een bloemlezing met en een essay over poëzie.
Hij verzorgde tevens voor de schoolradio en -televisie enkele uitzendingen rond grote literaire meesterwerken (Gilgamesj-epos, Ramayana-epos, Divina Commedia).
Bij ‘the general public’ is Mesotten echter vooral bekend geworden door zijn religieuze rubriek in Knack (die hij verzorgde gedurende 16 jaar en “waarbij hij de netelige theologische kwesties van deze tijd niet schuwde” – aldus Rudi Arnould in het tijdschrift Vlaanderen,1993) en door zijn talloze taalkundige bijdragen in diverse bladen, waarin hij zich een erg scherpzinnig en gevoelig etymoloog toont die er bovendien in slaagt op een vaak plezierige en heldere manier een toch niet zo eenvoudige materie bij de modale lezer over te brengen. Etymologische bijdragen verschenen in Vlaamse Filmpjes, De Bond, Kerk en Leven, Knacken De Standaard, en vonden een definitieve neerslag in twee lijvige publicaties met “etymologische verkenningen”: Binnenkijken in woorden (Pelckmans, 1997, 584 pp.) en Rondneuzen in woorden (Pelckmans, 2000, 621 pp.).
Tot nog toe publiceerde hij op dit terrein ook twee lexica die we gerust als ‘magna opera’ mogen bestempelen: Van Aalmoes tot Zwitserse garde. Etymologie en betekenis van duizend woorden rond religie (Averbode, 2005, 670 pp.) en het hoger genoemde Valse profeten (Averbode, 2007, 644 p.). Met deze twee publikaties vestigt Mesotten, op vrij hoge leeftijd maar met een onvoorstelbare, niet-aflatende werkkracht en dito vitaliteit, meteen ook definitief zijn reputatie als uitstekend lexicograaf.
Valse profeten bevat Honderden Bijbelse woorden en uitdrukkingen te gast in het Nederlands. In een ‘Woord vooraf’ behandelt Mesotten aanleiding, reikwijdte en methodiek van zijn nieuwe etymologische lexicon, zoals het een goede lexicograaf betaamt. Dit soort inleidingen wordt door de modale lezer bij andere woordenboeken (Van Daleb.v.) nooit gelezen, zeer ten onrechte maar misschien begrijpelijk gezien het vaak erg wetenschappelijk-technische jargon dat in zulke woordenboeken wordt gehanteerd. Mesotten slaagt er echter in op een verhalende, toegankelijke en vooral pittige wijze zijn lexicografische kaarten op onze leestafel te gooien.
Zo vernemen we op welke manieren Bijbelse taal het Nederlands heeft bëinvloed (lexicologisch-semantisch aspect); krijgen we informatie over de gebruikte bronnen en het verschil tussen dit lexicon en vergelijkbare werken over Bijbelse taal, over de gehanteerde vertaling en de spelling-criteria, en uiteraard over de vraag welke verklaring bij de diverse lemmata verwacht mag worden. Kortom, een voortreffelijke, erg leesbare inleiding waarin macro- (“welke woorden heb ik opgenomen?”) en microstructuur (“wat zeg ik over die woorden en hoe?”) van het woordenboek uit de doeken worden gedaan.
Zowat 600 bladzijden lang worden dan, in alfabetische volgorde, Bijbelse woorden en uitdrukkingen in het Nederlands etymologisch verklaard en in hun context geplaatst. Verwacht hier geen saaie, puur vaktechnisch-gesystematiseerde opsommingen van linguïstische wetenswaardigheden (betekenissen, vindplaatsen, semantische verschuivingen, data...) maar onderhoudende ‘verhalen’ die niet alleen die taalkundige informatie maar tevens boeiende historische en/of religieus-filosofische toelichtingen en achtergronden aanbieden. Sommige trefwoorden krijgen een kwart pagina verklaring, de meeste echter een volledige bladzijde, zoniet twee. Een schatkamer aan informatie dus waarin de lezer eindeloos kan grasduinen en puur genieten van de etymologische en stilistische weelde. Het boek, dat overigens ook een zeer mooie en overzichtelijke vormgeving kreeg, sluit af met zes registers die de zoek- en vindbaarheid van de ingangen nog in belangrijke mate verhogen.
Kortom: een taalkundige én stilistische schatkamer. De uitgever, Filip Noël o. praem., sprak bij de presentatie de hoop uit dat dit boek “gelezen zal worden”; ik ben er echter van overtuigd dat daarover weinig twijfel kan bestaan gezien de manier waarop de lemmata behandeld worden.
Tot besluit van zijn verwelkoming bij de presentatie van Valse profeten knipoogde diezelfde uitgever Mesotten ironisch deze woorden toe: “Je mag nog boeken schrijven, maar het mag ook iets minder zijn.” Ikhoop echter dat het nieuwe lexicon , waaraan Mesotten ondertussen alweer werkt, minstens even volumineus zal blijken. Want zoals Courteline zei: “J'admire en vous ce soupçon d'embonpoint qui n'exclut point la grâce.”
Luc PAY
Bart MESOTTEN, Valse profeten. Honderden Bijbelse woorden en uitdrukkingen te gast in het Nederlands. Uitgeverij Altiora Averbode, 2007, 644 p. [registers en inlegvel met afkortingen]. 36,50 €.