Overblog
Editer l'article Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
10 août 2011 3 10 /08 /août /2011 14:54

 

Wislawa3.jpg

De Poolse dichteres Wisława Szymborska [º1923] was internationaal amper bekend toen de Zweedse Academie op 3 oktober 1996 bekendmaakte dat haar de Nobelprijs voor Literatuur was toegekend. De Nederlandse cineast en journalist John Albert Jansen is het gelukt deze mediaschuwe dame te interviewen. Hij leerde haar kennen als een even gedistingeerde als schalkse en humoristische oude dame. Zijn film, Einde en Begin, is een tijdsdocument dat in geen dvd-hoekje van de poëziebibliotheek mag ontbreken.

 

John Albert Jansen is met dit werkstuk niet aan zijn proefstuk toe. Een paar jaar geleden maakte hij de geruchtmakende documentaire Wreed Geluk. Niet de usual suspects, zoals de weduwe en de kinderen van Hugo Claus werden geïnterviewd, maar relaties in de marge. Het werd een pakkend portret met getuigenissen die de goddelijke status opgebouwd door de media en de uitgeverij onderuit haalden. Ze plaatsten Claus waar hij hoorde, op het plateau van groot en veelzijdig kunstenaar maar ook als mens met gruttertrekjes.

 

Voor elke documentaire weet John Albert Jansen de juiste insteek te vinden. Voor zijn dubbele ontmoeting met Szymborska begon hij met een spelletje versieren in de goeie ouwe stijl. Haar privé-leven schermt ze zorgvuldig af. Geen gedoe in mijn huis, en al die vragen, heilige Stanislaus, verlos me daarvan.

Waarom heeft John Albert Jansen zich dan op de Poolse Nobelprijswinnares geworpen? De film mag dan wel door de Nederlandse televisie uitgezonden zijn, binnen de zendtijd van de VPRO, en op literaire festivals zoals Watou en Poetry International Rotterdam zijn/worden vertoond, een boek zal ze er niet meer door verkopen. Het antwoord schuilt in een weliswaar nabij maar duister hoekje. De cineast, en dat bleek ook uit vroegere gesprekken met hem, is gebiologeerd door poëtische vogels, mensen die binnen de maatschappij functioneren, zonder te participeren. Ze houden afstand, absorberen het sociale gebeuren en gaan daarmee aan de slag. Wat ze ervaren, koppelen ze aan het historisch gebeuren dat aan het moment voorafgaat, recentelijk of van oudere datum. Want een feit van nu kan jaren geleden zijn oorsprong hebben, in die tussentijd in de catacomben van de geest hebben overnacht. Zo bekeken wordt Szymborska eerder geraakt door het onbewuste dan door het bewuste.

 

Wislawa2.jpg

Een tweede element dat voor haar van belang is, wordt aangebracht van buiten, een gebeurtenis die invloed heeft op het gedrag van de vreemde vogel en een radicale reactie veroorzaakt. Szymborska verwerkt dat met de waardeloosheid van de werkelijkheid, een werkelijkheid die mensen zelf gecreëerd hebben. Daar kan zij enkel al grappend op reageren, een taalvorm waarmee ze haar eigen interpretatie van de feiten en de vreemde vogels op de helling zet. Een goed voorbeeld is het gedicht Elegische berekening, waarvan het eerste vers in de Nederlandse vertaling van Gerard Rassch luidt: Hoeveel van degenen die ik heb gekend / [als ik ze werkelijk heb gekend] / mannen, vrouwen / [als die verdeling van kracht blijft] / hebben die drempel overschreden / [als het een drempel is] / zijn die brug overgerend [als je het een brug moet noemen] //

 

Het leven is niet meer dan het leven, veel kan de mens er niet aan toevoegen en het versimpelen van de eigenwaarde als dichter en als mens, dat is wat John Albert Jansen overtuigd moet hebben een film over haar te maken. Nuchtere Nederlanders houden van lucide mensen, en dat is wat Wisława Szymborska in de eerste plaats toch is. Hetzelfde geldt voor Hugo Claus: Hij is nuchter en kurkdroog vanuit een demonische humor. Een tip voor een doctoraat, ‘De mefistoletische spot in de poëzie van Hugo Claus’, want jonge wetenschappers houden er nu eenmaal van iets simpel academisch op te blazen.

 

Wislawas1.jpg

Of die visie op het werk van Jansen overeind blijft, moet in volgende projecten blijken. Hoewel hij niet van plan is een lading dichtersportretten te maken. Naast karakter en persoonlijkheid moet er iets extra aanwezig zijn dat in en op de geportretteerde kleeft en hem / haar onherstelbaar heeft beschadigd. In een mail typeert John Albert Jansen zijn documentaires als volgt: ‘Het begrip 'dichtersportret' wordt daarbij gemeden: het dekt de lading niet en bovenal word je daardoor altijd weer in een niche of reservaat weggestopt en opgeborgen. ‘'Wreed geluk” en nu “Einde en Begin” laten zien dat het ook anders kan. In beide films maak ik een associatieve, filmische reis, omdat ik denk dat je met bepaalde gedichten als vehikel dieper kan doordringen tot de geschiedenis en/of de mentaliteit van een land.’

 

Momenteel concentreert John Albert Jansen zich op ideeën voor volgende projecten. De mens als vreemde vogel blijft uiteraard overeind staan. Hij denkt onder meer aan Bei Dao [China], Derek Walcott [Caribische Gebied], Les Murray [Australië], Antjie Krog [Zuid-Afrika], H. H. ter Balkt en zijn Achterhoek en wellicht Leonard Nolens. Grootste probleem is de financiering. De VPRO zal hoogstwaarschijnlijk sponsoren, maar hoe dan ook zal extra geld gevonden moeten worden. Van Canvas/VRT moet niet veel heil verwacht worden. Naar verluidt ligt ‘Einde en Begin’ al maanden op een bureau, en het zal op z’n minst nog een paar maanden duren eer een sufferd, zoals Godfried Bomans een beambte noemt in zijn hilarische detectiveverhaal ‘De avonturen van Bill Clifford’, eer dus een sufferd beslist of de film uitgezonden wordt.

 

Einde en Begin’, is genoemd naar een gedicht uit de gelijknamige bundel uit 1993.


Guido LAUWAERT

 

 

Einde en Begin – een documentaire van John Albert Jansen - www.oogland.com

 

EINDE EN BEGIN

 

Na elke oorlog

moet iemand opruimen.

Min of meer netjes

wordt het tenslotte niet vanzelf.

 

Iemand moet het puin

aan de kant schuiven

zodat de vrachtwagens met lijken

over de weg kunnen rijden.

 

Iemand moet waden

door het slijk en de as,

de veren van canapés,

de splinters van glas

en de bloederige vodden.

 

Iemand moet een balk aanslepen

om die muur te stutten,

iemand het glas in het raam zetten,

de deur in de hengels tillen.

 

Fotogeniek is het niet

en het kost jaren.

Alle camera’s zijn al

naar een andere oorlog.

 

De bruggen moeten terug

en de stations opnieuw.

Van het opstropen

gaan mouwen aan flarden.

 

Met een bezem in de hand

vertelt iemand nog hoe het was.

 

Iemand luistert en knikt

met een hoofd dat nog niet is afgekletst.

Maar bij hen in de buurt

duiken al gauw lieden op

die het begint te vervelen.

 

Soms zal iemand nog

onder een struik

doorgeroeste argumenten opgraven

en ze naar de vuilnishoop brengen.

 

Zij die wisten

waarom het hier ging,

moeten wijken voor hen

die weinig weten.

En minder dan weinig.

En ten slotte zo goed als niets.

 

In het gras, overwoekerd

door oorzaak en gevolg,

moet iemand liggen die

met een aar tussen zijn tanden

naar de wolken staart.

 

Wisława Szymborska

vertaling Gerard Rash

Partager cet article
Repost0

commentaires

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche