Niemand was als de verheven Niels.
Niels Lyhne* was niet zomaar iemand
en als achttienjarige las ik de roman van zijn leven.
Niels was een Deen en stond helemaal alleen
op de heide
of op een strand van Jutland.
Even (niet zo lang) leefde ik in vrees en beven.
Nu, na een halve eeuw, bewaar ik de zeedrift
van jaren jutten
onder de nachtelijke hemelkoepel en de sterrenhemel
met mijn gebeden en geboden.
En vooral op de eilanden vrees ik de schrille schreeuw
van een stern of een te grote meeuw
als voorbode van de genadeloze goden.
Hendrik CARETTE
*Niels Lyhne, roman van de Deen Jens Peter Jacobsen uit 1880, onlangs heruitgegeven door de Wereldbibliotheek en uit het Deens in het Nederlands vertaald door Annelies van Hees. Mijn exemplaar dateert van 1946 en werd uitgegeven door Meulenhoff te Amsterdam. De Oostenrijkse dichter Rainer Maria Rilke verwijst reeds in zijn tweede brief vanuit Viareggio (5 april 1903) aan een jonge dichter op het belang van de novellen en de roman Niels Lyhne van deze Deen.