Overblog
Editer l'article Suivre ce blog Administration + Créer mon blog
13 février 2013 3 13 /02 /février /2013 12:21

 

Janneman.jpg

Het kinderboek in al zijn facetten werd vanuit de meest uiteenlopende oogpunten door academici uitvoerig belicht. Maar het gaat dan wel over boeken geschreven voor kinderen. Boeken geschreven door kinderen blijven echter onderbelicht.

Aan dit boeiende onderwerp wijdde literatuurwetenschapper Nico Laan (°1951, Universiteit Amsterdam) een bijzonder lezenswaardige studie: 'Het kind als schrijver' (verschenen in Literatuur zonder leeftijd, jg. 22, Biblion, Leidschendam, 2008, pp. 48-72). Hij wijst erop dat er in Nederland vorige eeuw één kinderdebuut verscheen: Blijf lachen Irmgard (1966). Het werd een enorm succes: binnen het jaar werden meer dan 30.000 exemplaren verkocht. De 12-jarige auteur Irmgard Smits (°1954) werd uitgeroepen tot “Neerlands jongste schrijfster”.

De Vlaamse literatuur viel blijkbaar buiten het gezichtsveld van de onderzoeker. Daarom, ter aanvulling, toch even verwijzen naar twee Vlaamse “wonderkinderen”.

Dirk Rochtus (°1961) was tien toen zijn eerste boek van de pers rolde, Met Jack Keaton naar het wilde westen (Heideland, 1971).

Sam van Rooy (°1985) was elf toen hij zijn eerste boek schreef, De vampierenmoord. Houtekiet publiceerde het boek in 1997. Het legde de uitgeverij geen windeieren: er gingen 10.000 exemplaren over de toonbank. Zijn tweede roman, Smokkel in Egypte verscheen een jaar later en wist nog 5.000 lezers te bekoren.

*

Gisterochtend werd in Sharkies, de cafetaria van Aquatopia aan het Koningin Astridplein te Antwerpen, het eerste boek van de achtjarige Janneman Pairon aan de pers voorgesteld. Kinderen waren baas, want het evenement werd georganiseerd door Jan en Ina (beiden 11 jaar). Mijn eerste boek (ja, de titel lag voor de hand) bestaat uit een verzameling fenomenale vertellingen, verrassende opvattingen en pittige spreuken over draken, dinosaurussen, koningen, oorlogen, maar ook over mijnheer da Vinci en René Magritte. Net zoals bij Jacob van Eeghen (Een keuze uit de nagelaten gedichtjes, 1835) en Hilda Conkling (Poems by a Little Girl, 1920) zijn de teksten naar leeftijd geordend. Er zijn dus vier hoofdstukken: ‘op vijfjarige leeftijd’, ‘op zesjarige leeftijd’, ‘op zevenjarige leeftijd’ en ‘op achtjarige leeftijd’.

Toen Janneman nog niet kon schrijven, werden sommige uitspraken door zijn vader genoteerd. De andere teksten schreef hij zelf, en ook de tekeningen in het boek zijn van zijn hand. Dat Janneman ook picturaal begaafd is blijkt voldoende uit zijn portret van Magritte, een werk waaruit blijkt dat de jongen wel degelijk het werk van Magritte kent.

JannemanMagritte.jpg

Janneman Pairon is de zoon van dichter Marc Pairon, drijvende kracht achter de reguliere uitgeverij Stichting Charles Catteau, waar Mijn eerste boek verschijnt. Uit de teksten en uitlatingen van Janneman leer je evenveel over de schranderheid van de jongen als over het culturele milieu waarin hij mag opgroeien.

En, ja hoor, het is Janneman menens:

Later zal ik andere boeken maken, waarin ik veel leuke dingen over mijn leven zal vertellen. Maar nu nog niet, want daar is mijn leven voorlopig nog te kort voor geweest.”

En:

Zet maar een foto van mij op de achterkant van het boek. Dan weten de mensen wie de schrijver is, als ze hem tegenkomen. Ik zal mijn handtekening er zelf bijzetten. Dat doen andere schrijvers meestal ook.”

*

Ja, er zijn wonderkinderen, ik ken prachtige gedichten van tien-, elf-, twaalfjarigen; uit Frankrijk herinner me vooral Minou Drouet”, aldus Simon Vinkenoog. En waarom ook niet. Prestaties van kinderen op het vlak van muziek, wetenschappen of schaken (en er zijn heel wat voorbeelden op te sommen) worden on face value aanvaard. “Le génie adolescent” kreeg in talrijke publicaties ruim aandacht. Gek genoeg, kindschrijvers worden veelal sceptisch onthaald. Wantrouwen of onbehagen? Waarom zouden ze niet spontaan creatief kunnen schrijven, ze gebruiken wel computers met een ontwapenende vanzelfsprekendheid ? Maar dat is een ander verhaal.


Tous les enfants ont du génie, sauf Minou Drouet”


De “zaak” Minou Drouet bracht literair Frankrijk destijds in rep en roer. Als kinddichteres verwierf ze internationale faam, vandaag is zij volledig in de vergetelheid weggezonken.

De gerenommeerde Parijse uitgever René Julliard ontdekte niet alleen Françoise Sagan (1935-2004), die 18 was toen hij haar eerste roman, Bonjour tristesse, in 1954 publiceerde, een internationale bestseller (in het Nederlands vertaald door Hubert Lampo). Met Minou Drouet (°1947) dacht hij nog een grotere slag te slaan. In 1955 publiceerde hij in een oplage van 500 exemplaren een brochure met staaltjes van haar gedichten en brieven (de visueel gehandicapte en muzikaal begaafde Minou Drouet was toen acht). Meteen barstte in de pers een heftige polemiek los. In het eerbiedwaardige Figaro littéraire werd ze uitgeroepen tot een “génie”, in het veelgelezen vrouwenblad Elle werd aan de hand van een aantal reportages geponeerd dat er bedrog in het spel was en dat haar teksten in feite van de hand waren van Claude Drouet, haar stiefmoeder. Kortom, een “hoax”.

André Breton achtte een kind niet in staat zo'n poëzie te schrijven, maar verklaarde zich sowieso gefascineerd door de persoonlijkheid van de auteur. Jean Cocteau zei laconiek dat alle kinderen genie hebben, behalve Minou Drouet. In de republiek der letteren stonden believers en disbelievers sarcastisch (en soms met getrokken messen) tegenover elkaar. In januari 1956 lanceerde Julliard haar bundel Arbre, mon amour en L'affaire Minou Drouet; petite contribution à une histoire de la presse waarin de toonaangevende journalist André Parinaud (1924-2006) de aanvallen en tegenaanvallen samenvatte. Op vijf maanden tijd werden 45.000 exemplaren van de bundel verkocht. De “zaak Minou Drouet” geraakte internationaal in de belangstelling. De jonge dichteres haalde bijvoorbeeld de cover van Der Spiegel (7/1956, 15 februari 1956).

Kortom, Minou Drouet wordt een celebriteit. Ze treedt vaak in het publiek op, ook als pianiste, wordt in privé-audiëntie ontvangen door paus Pius XII en krijgt in 1958 de hoofdrol in de film Clara et les Méchants (ook bekend als Bourreaux d'enfants) van Raoul André (1916-1992).


Coda


Tot slot, hier dan de zevenjarige Janneman aan het woord:

'Papa, denk jij dat wij nu in het jaar 2011 leven?'.

'Ja.'

'Fout. Die denkt dat wij nog maar 2011 jaar bestaan, kent zijn geschiedenis niet!”


Henri-Floris JESPERS


Janneman PAIRON, Mijn eerste boek, Aartselaar, Stichting Charles Catteau, 2013, 73 p., ill.,

5 €. ISBN 978 94 9121 806 4

Partager cet article
Repost0

commentaires

Présentation

  • : Le blog de CDR-Mededelingen
  • : Nederlandse en Franse literatuurgeschiedenis, onuitgegeven teksten, politieke en culturele actualiteit
  • Contact

Recherche